touw, - 15 - verhouding der tarieven weg te nemen* De VOORZITTER is van meening, dat het toch verstandig is om dit voorstel overeenkomstig het voorstel van den heer Becht nog even aan te houden. Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad dan met het voorstel van den heer Becht accoord, XIX. VOORSTEL TOT HET SLUITEN VAN EEN BIJZONDERE OVEREENKOMST BETREFFENDE DE LEVERING VAN ELECTRICITEIT MET G."PE LEEUff TE HALSTEREN. (Verzameling 1935 nr.35,), Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, XX. VOORSTEL TOT HET SLUITEN VAN EEN BIJZONDERE OVEREENKOMST BETREFFENDE DE LE VERING VAN ELECTRICITEIT MET DE COÖPERATIEVE ZUIVELFABRIEK EN MALERIJ TE (Verzameling 1935, nr.34.) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. XXI. VOORSTEL INZAKE HET SLUITEN VAN GROOTVERBRUIKERS CV EREE NKOMSTEN VOOR DE LE VERING VAN GAS. (Ver sameling 1935nr 39 Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stenming wordt overeenkomstig hot voorstel van burgemeester en wethouders besloten. XXIIVOORSTEL TCT HET TREFFEN VAN MAATREGELEN TEN AANZIEN VAN DE DONDERDAGSCHE WEEKMARKT*. (Verzameling 1935, nr.44.) De heer BROEKMANS zegt bij de stukken twee rapporten te hebben aangetroffen, een van wethouder Kiepe, dat 16 regels groot is en naar sprekers meening abso luut niets zegt, maar alleen de persoonlijke meening van den wethouder omtrent deze kwestie bevat, en een van den marktmeester, waarin tenminste nog eenige cijfers worden genoemd. Spreker is bovendien van oordeel, dat de raad door het rapport van den heer Kiepe verkeerd wordt ingelicht. Immers deze zegt, dat hij met de belanghebbende organisaties, n.l. die van den middenstand en van de marktkooplieden heeft geconfereerd. Vat de laatstgenoemden betreft, is het juist zegt spreker, maar niet ten opzichte van de middenstandsorganisatie. Spreker heeft den indruk, dat de wethouder meer sympathiseert met de marktkooplieden dan met de winkeliers in de stado Dit zal dan ook wel de reden zijn, dat in het rapport van den wethouder gezegd wordt, dat aan de eens zoo bloeiende markt een gevoelige klap is toegebracht. Aan een dergelijke bewering heeft men naar sprekers meening echter niets, wanneer d:ie niet door cijfers gestaafd wordt, en niet weet, hoe het met de winkeliers gesteld is. De omzetten der winkeliers vliegen het laatste jaar achteruit en de oorzaak daarvan zal wel dezelfde zijn als die waardoor ook de markt achteruit gegaan is. Wanneer men zijn licht op gestoken had bij de middenstandsorganisatiedan had men dit even goed kunnen weten als spreker en dan zou men vernomen hebben, dat ook zeer behoorlijke za ken, die steeds getoond hebben met hun tijd mede te gaan, den laatsten tijd achteruit gaan. Die achteruitgang van markt en zaken is hoofdzakelijk te wijten aan den steeds slechter wordenden toestand en het steeds stijgende aantal werk- loozen. Men moet tijdens de Donderdagsche markt de winkels maar eens bezoeken, zegt spreker, dan zal men zien, dat er in de winkels niets om gaat, en alleen tegen het einde van de markt een kleine opleving te bespeuren valt. Wanneer de raad nu zou besluiten de markt weer met een uur te verlengen, dan zou men direct zeggen, dat de markt weer opleeft, maar dat is niet juist, omdat men hierbij bedenken moet, dat in dezen tijd ieder jaar, ook in de zaken, eenige opleving komt. Tegen par-rhen en den tijd tusschen Paschen en Pinksteren is er altijd v/at meer omzet en is ook het bezoek aan de markt altijd drukker. Met den thans voor de markt bestaanden toestand te behouden zal men dus precies het zelfde zien. Spreker is geen tegenstander van de markt, mits deze in behoorlijke banen gehouden wordt. En de overheid heeft er mede voor te zorgen, dat niet al te groote bedragen de stad uit gaan en de eigen ingezetenen ook kan3 krijgen iets te verdienen» Dit kan alleen, wanneer de marktbszoekers ook de gelegenheid krijgen om na afloop van de markt de winkels in de stad te bezichtigen en men kan dat bereiken door de markt om 3 uur te laten eindigen» Er is hier thans een voorstel van B A ff om de markt bij wijze van proef voor een half jaar, te doen eindigen om half vier. Dat is dus weer een proef, waar bij men natuurlijk weer tot dezelfde conclusie zal komen, uitgezonderd de eerste weken. Door den wethouder is nu wel gezegd, dat er overeenstemming be reikt is tusschen de marktkooplieden en de winkeliers, maar spreker kan dan wel zeggen, dat de winkeliers er noodgedwongen in toegestemd hebben om de markt

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1935 | | pagina 55