- 26 -
De heer BECHT stelt voor, om het salaris van den ontvanger der havengelden
te brengen van f.lOOÖ,— - 1500, Hij krijgt dan toch nog een verhooging van
ruim f.300,
Daar wethouder Juten zijn voorstel handhaaft en dit voldoende gesteund wordt
brengt de VOORZITTER dit in stemming, waarbij het wordt aangenomen met 13-6
stemmen.
Vóór stomdon do heeren JutenWe. ld er 9 Dielissen5 S.chuyl9 van Kuanij van Has**
seltBekker, Boschman, Kruize, Musters, Bakx, Simons en van Hal.
Tegen stemden de hoeren van Kroon, Scheffelaar, Broekmans, Kiepe, Becht en
Demmers.
De heer BECHT doet dan het voorstel om het salaris van den bode te bepalen
op f,1000,— - 1500,-4.
De VOORZITTER merkt op, dat er hier geen bode is, alleen een cor.oaerge~^ede3
De heer LECHT antwoordtdat er toch een bode komen kan. Hij handhaaft c,an
ook zijn voorstel.
Daar het voorstel van den heer Becht voldoende gesteund wordt, brengt de
VOORZITTER dit in stemming, waarbij het wordt aangenomen met 11-8 sterainen„
r stemden de heeren van Kroon, Scheffelaar, Broekmans, Dielisson, Becht,
van Kaam, van Hasselt, Boschman, Musters, Bakx en van Hal»
Tegen stemden de heeren Juten, Waldor, Kipe, Sohuyl, Bekker, Kruiret.im ns,
Demmors»
De heer SIMONS wijst er op, dat er tusschen de lagere ambtenaren ter gemeen
te-secretarie en verschillende werklieden der bedrijven en politiedienaren wen
onbillijke verhouding bestaat voer wat de aalarieering betreft. Er zijn vel
schillende ambtenaren, ciie al 8 10 jaar in dierst der gemeente zijn en a.i^
zeker 30 jaar oud zijn, die nog minder salaris hebben dan verschillende werk
lieden of veel korter in dienst zijnde politieagenten»
De VOORZITTER zegt, dat dit nu niet aan de orde is. Het gaat nu niet om be
paalde personen, maar om de bepaling van het salaris aan de verschillende ran
gen verbonden.
De heer SIMONS meent, dat er daarom toch wel over gesproken kan worden.Door
B W is zelf erkend, dat er verschillende ambtenaren zijn, die een te laag
salaris hebben. Hij stelt daarom voor, aan alle ambtenaren beneden den rang
van adj,commies le klasse een toeslag te geven van 3van hun salaris, hetgeen
dus gelijk staat met de ingevoerde korting.
Daar dit voorstel van den heer Simons niet voldoende gesteund wordt, kan
het niet in omvraag worden gebracht.
Ook het voorstel van den heer Simons betrefrende de verhooging van hei. sala
ris van commies en hoofdcommies wordt niet voldoende gesteund en kan dus niet
verder behandeld worden.
De heer WALDER doet het voorstel om het salaris van den directeur der ar
beidsbeurs te brengen van f.3000,-- - 3500,
Daar dit voldoende gesteund wordt, brengt de VOORZITTER het in stemming,
waarbij het wordt verworpen met 14 - 5 stemmen.
Vóór stemden de heeren Waider, Schuyl, Kruize, Simons en van Hal,
Tegen stemden de heeren van Kroon, Juten, Scheffelaar, Broekmans, Kiepe,
Dielissen, Becht, van Kaam, van Hasselt, Bekker, Boschman, Musters, Bakx en
Demmors
Zonder hoofdelijke stemming wordt artikel 7 hierna met de wijzigingen over
eenkomstig de aangenomen voorstellen, vastgesteld.
artikel 9 vraagt de heer BECHT waarom de eene directeur f.800,— meer
heeft dan de andere. De eene krijgt een salaris van f,4600,- -5600,— en de an
dere f.5400,— - 6400,
De VOORZITTER^zegtdat de directeur der bedrijven meer diensten onder zich
heeft dan de anderen, omdat hij directeur is zoowel van het gas, water- als
electriciteitsbedrijf.
De heer BECHT vraagt, of er dan betaald wordt omdat iemand diensten onder
heeft of omdat hij meer diensten verricht.
Y/ethouder KIEPE wijst er op, dat de directeur der bedrijven aanvankelijk
directeur van de gasfabriek was en toen een vergoeding van f.1000,— kreeg voor
het diploma van ingenieur. Later is dat in het salaris verwerkt en zijn er toen
ook die twee diensten van water- en electriciteitsbedrijf bijgekomen.
De heer SIMONS wijst er op, dat in het voorstel voor een teekenaar als sala
ris is opgenomen f.1000,1500, De teekenaar, die er thans is heeft echter
dat salaris niet.
De VOORZITTER zegt, dat die teekenaar niet in vasten dienst is. Dat salaris
geldt alleen voor iemand, die een vaste aanstelling heeft.
