4
- 6 -
Wethouder JUTEN meent, dat, als hij de heeren goed beluisterd en begrepen
heeft, zij thans de bedoeling hebben om zonder eenige voorbespreking of advies
een streep te halen door de salariskorting op het gemeentepersoneel en deze
ineens te nietsdoen, Spreker heeft deze zaak eens nagegaan en het is hera opge
vallen, dat deze zaak tot driemaal toe in den raad is geweest, en dus wel vol
doende bekeken en overwogen is. Waar men een groot ere verlaging der salarissen
niet wilde accepteeren, is tenslotte deze korting aangenomen. De korting loopt
over een bedrag van f.400.000,Omdat er nu van hoogerhand gezegd wordt, dat
de korting over een zeer klein deel van dit bedrag, ongeveer f.25.000, niet
mag worden toegepast, is de raad blijkbaar ineens van oordeel geworden, dat ook
over de resteerende f.375.000,-- maar geen korting behoort te worden toegepast.
Ineens speelt nu het levenspeil, noch de financiën der gemeente een rol meer.
Ook niet de bemerking, die we hier meermalen gehoord hebben, dat in de particu
liere bedrijven de loonen veel zijn gedaald, in sommige gevallen zelfs met 50^,
en de salarissen en loonen van het gemeentepersoneel daar nog altijd hoog boven
uit steken. In verband met een en ander heeft spreker de notulen eens nagelezen
en gezien, dat in den raad ook meex-malen is gewezen op het rapport-Schouten.
Het algemeen gevoelen was, dat er een korting moest en zou komen. Nu echter van
hoogerhand gedecreteerd wordt, dat dit voor de hoogere salarissen niet gaat,
nu is plots de raad van een andere meening. Spreker vindt dat zeer onjuist en
wijst er op, dat op zulk een wijze het batig slot, dat de gemeenterekening nu
nog heeft, spoedig teniet gedaan zal zijn. Sprekers meening is dat, als we een
batig saldo op de rekening hebben, de salarissen niet omhoog moeten, maar dat
de belastingen omlaag gebracht moeten worden. Iedereen draagt door de belastin
gen aan dat batig saldo bij en als er dus iets omlaag moet, dan moeten dit de
belastingen zijn. Dan krijgt men een zuiveren toestand. De belasting is buiten
gewoon hoog en bijna niet meer op te brengen,
Het doet spreker genoegen, waar verschillende leden van oordeel zijn, dat de
ingehouden kortingen nu over de geheele linie moeten worden terugbetaald, dat
hij hier eens een ander geluid heeft laten hooren in het belang van de gemeen
schap van Bergen op Zoom.
De VOORZITTER wil or op de eerste plaats op wijzen, dat de korting voor de
ambtenaren van Juli af 3~|s£ bedraagt, terwijl deze met ingang van 1 October
1934 voor burgemeester, secretaris enz, wordt. Dat is dus ijgj meer. Wat de
handelwijze van gedeputeerde staten betreft, zegt spreker, dat deze geheel
juist is. Gedeputeerde staten hebben, toenze de begrooting gezien hebben, ge
woon gezegd, dat de raad niet het recht heeft om te korten op salarissen, waar
over zij alleen zeggingschap hebben. Volgens de gemeentewet moeten zij daarom
trent alleen de meening van den raad vragen, maar de beslissing is aan hen, en
wanneer zij meenen, dat de korting onjuist is, passen zij die niet toe. Om deze
reden hebben gedeputeerde staten geschreven, dat de korting, welke vanaf 1 Fe
bruari is ingehouden, moet worden terug betaald en tegelijkertijd bericht, dat
het hun bedoeling is om vanaf 1 October 1934 b% op die salarissen te korten.
Wat de salarissen van ontvanger en secretaris betreft, wil spreker even in
herinnering brengen de treurige gebeurtenissen welke zich hier in 1925 hebben
afgespeeld, welke aanleiding waren, dat de raad voor deze functies het beste
van het beste wilde hebben. Die gebeurtenissen zijn bij alle leden van den raad
genoegzaam bekend en daarom behoeft hij daarop niet dieper in te gaan. Maar hij
wil er wel op wijzen, dat de gemeente in dezen secretaris een prima kracht heeft
gekregen, en de raad met die benoeming inderdaad de beste keuze heeft gedaan.
Naar sprekers meening heeft de secretaris aan de gemeente onschatbare diensten
bewezen en het is niet meer dan billijk, dat een dergelijke kracht ook naar be-
hooren betaald wordt. Wanneer we echter naar het salaris van den secretaris zien,
dan zal, naar sprekers meening, er toch wel ieder van overtuigd zijn, dat dit
in vergelijking mot hetgeen in andere gemeenten betaald wordt, te laag is.
Daarom heeft spreker ook een lans willen breken voor verbetering van het salaris
van den secretaris, zooals dit is neergelegd in het concept-schrijven aan gede
puteerde staten,- dat bij de stukken ter inzage is gelegd. Naar aanleiding van
dit schrijven is door een der leden gevraagd, wat wij met het salaris van den
secretaris te Roosendaal to maken hebben, maar spreker heeft gemeend daar ook
even op te moeten wijzen, cmdat die gemeente van gelijke grootte is als de onze.
Wat den ontvanger betreft, is spreker van meening, dat ook deze getoond heeft
uit het ware hout gesneden te zijn. Spreker wijst er nog op, dat ten aanzien
van deze kwestie uit andere gemeenten heel andere geluiden gehoord zijn.
De heer BECHI mérkt op, dat we met andere gemeenten in deze niets te maken
hebben. Hij vraagt, of het juist is, dat do hoogere korting voor nevenbetrek
kingen ook toegepast zal worden op do nevenbetrekking, welke de secretaris hoeft.
De V00R2ITTER antwoordt ontkennend. Dat betreft alleen cumulatio van betrek
kingen. Spreker wijst er nog op, dat de vorige secretaris van deze gemeente een
veel hooger salaris had.