- 22 - Wethouder JUTEN gelooft,dat iedereen die de kaart van het land kent,wel zal "begrijpen,waarom "bij de herhesteding het werk niet aan den laagsten inschrijver gegund is. Wat de eerste aanbesteding betreft,hebben B W van het feit,dat er geen overeenstemming war omtrent de ingekomen inschrijvingen,gebruik gemaakt om een nieuw bestek te maken en een nieuwe aanbesteding te houden. De heer WALDER zou toch graag de in deze kwestie uitgebrachte adviezen ter inzage willen hebben. De VOORZITTER gelooft niet,dat daar eenig bezwaar tegen is. Wethouder SCHEFFELAAR wijst er cp,dat bij aanbestedingen inge schreven moet worden volgens de bepalingen van het bestek. De in schrijver mag aan zijn inschrijving geen voorwaarden verbinden, doet hij dat toch,dan kan,volgens de algemeene bepalingen,hij voort de gunning niet in aanmerking komen. Waar echter in het eerste bestek het uurloon,de verzekering tegen derden en nog enkele be palingen niet waren opgenomen,daar maakten B W van de gelegen heid gebruik om,nu het werk niet aan den laagsten inschrijver kon worden gegund,een nieuw bestek te maken en een herbesteding te houden. De VOORZITTER vraagt,of de heer Walder nog nadere inlichtingen wenscht over de niet-gunning aan den laagsten inschrijver bij do tweede aanbesteding. Spreker heeft er geen bezwaar tegen om de reden daarvan in besloten zitting mede te deelen. De heer WALDER acht dit niet noodig. Hij is tevreden als hij de rapporten betreffende deze kwestie ter inzage kan krijgen. De VOORZITTER zegt toe, dat die rapporten in de kast op de raadszaal ter inzage zullen worden gelegd. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering hierna door den VOORZITTER gesloten. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 25.Mei 193^. Voorzitter Secretaris.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1934 | | pagina 96