A l+o - over het personeel bedoelt, ofwel dat niet op tijd nieuwe kleeding verstrekt wordt? De heer DIELI8SEN zegt, dat hij dit laatste bedoelt. Er zijn agen ten bi j, die al 9 jaren met hetzelfde goed loopen. En als zij om nies. goed vragen, dan wordt wel beloofd, dat zij het zullen kri jgen, maar er komt niets van. De VOORZITTER zegt dit moeilijk te kunnen aannemen. Waar blijft dan het bedrag, dat elk jaar voor nieuwe kleeding wordt uitgetrokken? In elk geval zal spreker het onderzoeken. Wat het schoeiselgeld betreft, wijst spreker er op, dat hieromtrent reeds eerder door den raad is besloten het af te schaffen,omdat het onder de kleeding moest worden begrepen, maar omdat dit besluit nooi uitgevoerd is geworden, werd de zaak thans opnieuw ter beslissing aar den raad voorgelegd. Wethouder JUTEN zegt, dat de vergoeding voor schoeisel der politie reeds uit den ouden tijd is. Intusschen is de toestand echter heel wat veranderd, de agenten doen minder dienst dan vroeger, bovendien hebben ze nu rijwielem en loopen ze dus niet zooveel meer en daarom is spreker ook van meening, dat het schoeiselgeld nu wel vervallen ka De heer SIMONS is tegen het afschaffen van het schoeiselgeld. In verband met de salarisherziening, die op komst is, zou spreker den toestand liever laten zooals hij is. De VOORZITTER brengt dan het Voorstel van B W in stemming, waar- bi j dj t wordt verworpen met 13 - 5 stemmen. Voor stemden de heeren Juten, Kiepe, van Hasselt, Scheffelaar, en Demmers. Tegen stemden de heeren Bakx, Musters, van Hal, van Kroon, Dielis sen, van Kaam, Walder, Bekker, Boschman, Becht, Kruize, Simons en Schuyl. Wethouder KIEPE doet aan het voorstel om de politie voortaan schoeisel te verstrekken j.rplaats van geld. Na enkele bemerkingen hiertegen uit den raad, trekt hij daarna dit voorstel weer in. Volgnummer 91. Onderhoud van brandbluschmiddelen en reddingsmiddelen De heer BAKX maakt een opmerking over het ontslag van twee mon teurs bij de brandspuit, waarvoor men toen weer anderen genomen heei. De heer DIELISSEN beaamt hetgeen door den heer Bakx gezegd is. De VOORZITTER zegt dat dit niet gebeurd kan zijn, daar anders het college er mede op de hoogte zou moeten zijn, en dat weet er niets van. De heer VAN KROON zegt er toch ook een en ander van vernomen te hebben van een hoogstaand persoon. De VOORZITTER zegt het te zullen doen onderzoeken. Zonder hoofdelijke stemming wordt de post hierna goedgekeurd. Hoofdstuk IV. Volksgezondheid. Volgnummer I06. Tosten van maatregelen, genomen krachtens de besmet- telijke zi ektenwet«~Hrs. 1928 nr.2b5.T~ De heer SCHUYL zegt, dat een vorig jaar van gemeentewege een actn gevoerd is voor rat tenv er delging, welke actie later is stop gezet. Naar zijn meening is het toch wel wens ch eli jk, dat de gemeente in. dez actief blijft en de actie doorzet. De VOORZITTER is van meening, dat dit toch geen overheidszorg is. Als een particulier last van ratten heeft, zal hij zelf moeten zorg< ze kwijt te raken. De heer SCHUYL gelooft,dat hier ten deele toch ook wel een taak voor de overheid ligt, om bij die bestrijding de behulpzame hand te bieden, hetgeen ook haar,als zijnde een publiek belang, is. De heer DIELISSEN wijst op de Cromwielstraat, waar geweldig groot ratten huizen, die de geheele straat ondermijnen. De heer SCHUYL zegt, dut ook aan den Wouwschenweg veel ratten zitten. De VOORZITTER merkt op, dat dit rijksratten zijn, daar het hier ee. rijksweg betreft. Overigens zal spreker deze zaak in overweging dos nemen. Zonder hoofdelijke stemming wordt de post vervolgens goedgekeurd

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1934 | | pagina 59