- 3!+ - k Des avonds om acht uur wordt de vergadering door den VOORZITTER heropend. Aanwezig zijn de in hoofde dezer vermelde leden. De h"-er DEIMERS vraagt het woord over de orde en stelt voor om ar vergadering om 10 uur te sluiten, in verhand met het feit, dat hij nogal ver buiten de stad woont. Verschillende leden dringen er op aan, om tot 11 uur te vergade ren. Ha enkele besprekingen stelt de VOORZITTER voor om hedenavono. vergaderen tot 11 uur en dan Maandag de behandeling- der begrooi?ii-g voort te zetten. Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. De heer WAL DEP. vraagt dan het woord voor een persoonlijk feit. Het gaat over de kwestie betreffende het opnemen in de bestekken var, bepalingen omtrent het loon. Door den heer Juten werd gezegd, dat dergelijke bepalingen reeds in de bestekken der gemeente waren op genomen. Spreker heeft nu voor zich een bestek van 29 Januari 1934, en daar staat niets omtrent de loonen in. Naar sprekers meening worden de leden van den raad op deze wijze om den tuin geleid en dat komt toch niet te pas» Wethouder JUTEN zegt toch in de vaste overtuiging geweest te zijn. dat het er in stond. De heer WALDER is van meening, dat men iets niet moet zeggen als men het niet positief weet» Wethouder SCHEFFELAAR zegt bij het doorlezen van het bestek te hebben gezien, dat die bepaling er niet in stond en er op te heoben gewezen, dat het moest worden aangevuld. Wethouder VAN HASSELT zegt uit uitlatingen van den heer Juten te weten, dat deze inderdaad van meening was, dat de bepaling omtrent het loon in de bestekken was opgenomen. Als het er dus niet in staat, is dit een vergissing te goeder trouw van den heer Juten geweest. Wethouder JUTEN beaamt hetgeen door den heer van Hasseltgezegd is. Het i j'G hem, dat de heer Scheffelaar hem niet op de omissie gewezen 1 eft. De L-,r WALDER hoopt, dat dergelijke vergissingen in de toekomst niet meer voorkomen. De heer VAN KAAM gelooft, dat, wanneer de leden van de commissie van openbare werken de bestekken thuis krijgen, zooals vroeger ge beurde, dergelijke vergissingen niet zoo gemakkelijk zullen voor komen. De VOORZITTER zegt dit te zullen overwegen. Hij stelt hierna aan de orde de k?;estie der steunnormen met het daarbij behoorende punt VIII der agenda: VOORSTEL TOT VERLAGING VAN DE NORMEN DER STEUNBEDRAGEN. GENOEMD IE DE GEMEENTELIJKE CRISIS-STEUNREGELING MET RIJKS STEUN. (Verzameling 1933 nr. 147 De heer BAKX zegt met verwondering van dit voorstel kennis genome: te hebben. De werkloozen zijn het pauperisme nabij en men moet het tempo hiertoe niet versnellen. Door den heer Juten is bij de alge- meene beschouwingen gezegd, dat de werkloozen in een uitzonderings positie verkeeren. Inderdaad is dat zoo, maar dan in ongunstigen zin Van de 46 gemeenten,waarvan spreker een opgave der steunregeling heeft, staat Bergen op Zoom op de 43e plaats. Er wordt zoo dikwijls gezegd, dat de gemeente een stand heeft op te houden, maar dat be hoort dan toch ook te geschieden bij de steunregeling. Men heeft daarstraks zooveel gepraat over de progressieve korting op de loonen en salarissen, maar spreker wil er dan op wijzen, dat in de hier voo gestelde verlaging der steunnormen met 1,ook een flinke^ pro gressie zit. Immers op een steunbedrag van 11,per week, betee- kent deze verlaging er eene van 9 10$. Hij kan zich dan ook niet vereenigeu met het voorstel van B W. De h< er VAN HAL sluit zich volkomen aan bij het betoog van deri heer Bak:; De heer SOHUYL zegt blij te zijn dit geluid van de R. K. fractie te hooren. Het voorstel van B W verwondert hem niets; het was reeds langer bekend, dat B W met dergelijke plannen rondliepen en er is zelfs getracht om buiten den raad om,tot verlaging der steunnorm te komen. De gezamenlijke organisaties hebben dit echter bijtijds- weten te voorkomen, laar sprekers meening hadden B W moeten be- 4

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1934 | | pagina 53