-21- in verband met het werkverschaffingsobject voor den aanleg van een sportpark,hetwelk een jaarlijks terugkeerende post van f.10.000,-- meebracht,en van veel grooter belang v;as. Wethouder SCHEFFELAAR zegt,dat door den heer Schuyl er op ge wezen is,dat misschien van zekere zijde geopponeerd zal werden tegen uitvoering van dit geheele werk in werkverschaffing,zulks in verband met de productieve werkzaamheden,welke het omvat. Daartegenover staat echter weer,datwanneer een gedeelte als pro ductief werk zou moeten werden uitgevoerd,daar van aannemerszijde wel eens bezwaar tegen ken worden gemaakt en er een aanbesteding voor sou moeten gehouden werden. Daardoor zou dit werk dan niet meer aan zijn doel als werkverschaffingsobject beantwoordenen zal ook de subsidie van het rijk vervallen en alles ten laste van de gemeente komen. De heele opzet van het plan is berekend op werkverschaffing. Zoo ook met het maken der kamertjes,welke in be- ton zullen worden gemaakt en daardoor heel goed door werkloozen kan geschieden. Spreker ontraadt dan ook ten sterkste om dit werk als productief werk te beschouwen. Wethouder JUTEN wil op de eerste plaats den heer Broekmans ant woorden betreffende het verschil in kosten. Het oorspronkelijke plan,zooals het door den directeur van openbare werken was inge diend,kostte f.107.000,--,terwijl het door B W besnoeide en aan den raad voorgelegde plan komt op f.77000,--. Dit geeft dus een verschil van f.30.000, Bij het eerste plan was aan arbeids loon en een bedrag van f.59000,en bij het tweede f.45000, Het verschil in arbeidsloon bedraagt dus f.14000, Voor het oorspronkelijke plan komt daar echter nog bij een meerder bedrag van f.16000,— aan materialen,hetwelk samen dus het verschil van f.30.000,uitmaakt. Wat de opmerking vaa den heer Schuyl betreft over het produc tief werk,zegt spreker dit niet vergeten te hebben. Hij _heeft daar op echter niet geantwoord,omdat hij,evenals bij het vorig punt, van oerdeel is,dat deze plannen aan den raad worden voorgelegd enkel en alleen als objecten voor werkverschaffing. Wanneer de gemeente niet de kans had om daardoor dergelijke werken zoo voordeelig mogelijk uit te voeren,dan zouden de plannen tot het maken van zulk een uitbreiding wel achterwege gebleven zijn. Spreker is het ook eens met hetgeen hieromtrent door den heer Scheffelaar is naar veren gebracht. Hij wijst er tenslotte op, dat dit voorstel altijd nog een kapitaalsuitgave vraagt van f.40.000,,na aftrek der subsidieterwijl er een jaarlijks terug keerende pest van f.4000,voor rente en aflossing en meerder onderhoud ten laste der gemeente blijft. De heer VAN KROON wijst er op,dat wanneer men op het voorstel van den heer Broekmans betreffende uitvoering van het oorspron kelijke plan zou ingaan,de exploitatiekosten nog heel wat hocger zullen worden, terwijl, het onderhoud ook heel wat meer zal kosten. De VOORZITTER is cck van meening,evenals de commissie van toe zicht, dat met het aanbrengen van die verfraaiingen volgens het oorspronkelijk plan,beter gewacht kan worden tot de exploitatie- uitkomsten dit mogelijk maken. De brug heeft de tëer prcekmans zelf al laten vervallen en hij zou er op willen aandringen om nu ook verder de oppositie tegen het voorstel van B W te laten varen. De verbetering van den hoofdingang kan toch ook later nog altijd aan het werk toegevoegd worden,terwijl ook de beplantingen altijd neg kunnen werden aangebracht. Spreker hoopt dan ock,dao de raad thans het door B W voorgestelde plan,hetwelk f.77.000,— kest,zal aannemen,opdat zoo spoedig mogelijk met de uitvoering kan werden begonnen. Wat- tenslotte nog de kwestie van prcauetief werk betrei t,^ijwW spreker er op,dat reeds jaren betonwerken in werkverschaffing worden uitgevoerd. - i De heer SCHUYL merkt nog op,dat het wel wenschelijk is bij herziening der tarieven rekening te houden met de minder draa£- krachtige' bevolking,waarvoor de tarieven eerder verlaagd dan verhoogd moeten werden» Hij zou B V ook in overvreging willen geven om de kwestie der schoolboden bi^ de exploitatie oezer inrichting nader onder oogen te zien. De VOORZITTER zegt overweging hiervan toe. Het is ook zitn meening,dat men nooit te vroeg in het water kan gaan.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1933 | | pagina 94