- 12 - heeft. Eenigen tijd geleden moest er iets met de landerijen ge beuren van het Stads Wees- en Armkinderhuis. Het college van regen ten nam daaromtrent de beslissing en voerde die ook uit, zonder den raad daarvoor toestemming te vragen. Spreker vindt dit nu niet zoo erg, maar dan moet de heer Kiepe thans niet afkomen met een dergelijke vergelijking om aan te toonen, dat het gasthuis een ge meentelijke instelling zou zijn. Naar sprekers staat die instelling geheel op eigen beenen. Het college van regenten neemt de beslis singen en de raad heeft slechts namens Ged.Staten daarover toezicht uit te oefenen. De VOORZITTER wijst er op, dat men hier bezig is over een kwes tie van macht te spreken, waarbij het college van regenten tracht om zooveel mogelijk los te komen uit het knellend keurslijf, dat het door den raad kan worden aangedaan. Spreker zegt,dat vanaf 1833* toen het reglement der instelling door den raad werd vastge steld en door Ged.Staten goedgekeurd, is vastgelegd, dat het gast huis een gemeente-instelling is. Daarin is tot heden nog geen ver andering gekomen en nog altijd is het reglement voor den raad het houvast, waardoor alles gemaakt en gebroken kan worden. Natuurlijk is er een oppertoezicht, wat men hier heeft in het college van Ged.Staten, maar dat is juist een bewijs te meer, dat men hier met een gemeente-instelling te doen heeft. Het reglement is de grond wet voor het college van regenten, waar zij niet buiten kunnen gaan. Wat nu de wijziging ten aanzien van de benoeming van den voorzitter betreft, wijst spreker er op,dat de toestand hierdoor practisch toch niet veranderd wordt en ook geenszins zekerheid biedt voor de continuïteit van dien functionaris. Spreker heeft eens nagegaan, welke kans de voorgestelde wijziging nu eigenlijk geeft voor die continuïteit en daarbij kwam vast te staan, dat dit slechts 1/100 <f0 was. Daarom kan de raad ook gerust met de voorgestelde wijziging ac- coord gaan en het college van regenten daarin tegemoet komen. Wethouder VAN HASSELT zegt, dat de voorgestelde wijzigingen uit den boezem van het college van regenten zijn voortgekomen. En waar het reglement toch alles maakt en breekt en de raad daardoor de macht in handen houdt, heeft spreker geen bezwaar gemaakt tegen de voorgestelde wijzigingen. Hij is het met den heer Walder eens, dat de onaangenaamheden eerst zullen konen, wanneer een door de regenten genomen besluit niet door den raad wordt goedgekeurd, doch daar zijn de regenten tevoren ook wel degelijk voor gewaar schuwd. Wethouder KIEPE dankt den heer Juten voor het hier naar voren brengen van de interne aangelegenheden van het Stads Wees- en Arm kinderhuis. Daarmee is naar sprekers meening ook weer aangetoond, dat die instelling, evenals het gasthuis, beide gemeente-instel lingen zijn, want als dat niet het geval was, zou de heer Juten van deze zaken niets afweten, De heer WALDER blijft er bij, dat het onnoodig is het reglement te wijzigen voor wat de benoeming van voorzitter en secretaris- penningmeester betreft, en zou dien toestand willen laten zooals die is. Tegen de voorgestelde uitbreiding van het aantal regenten heeft spreker geen bezwaar. De VOORZITTER sluit hierna de debatten en gaat over tot de artikelsgewijze behandeling van het nieuwe reglement. De uitbreiding van het aantal regenten van 7 op 9, waarvan 4- uit den raad en 5 uit de burgerij, wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Bij art.2, 4-e lid, brengt de VOORZITTER het voorstel van B W om den voorzitter van net college van regenten te doen benoemen door dat college zelf, onder goedkeuring van den raad, in stemming, waarbij dit wordt verworpen met 9-8 stemmen, zoodat de bestaande toestand inzake deze benoeming gehandhaafd blijft. Vóór stemden du heeren Demmers, Dieliseen, van Hal, Bakx, van Kaam, Broekmans, Bekker en Boschman. Tegen stemden de hoeren Simons, Scheffelaar, Musters, Walder, Schuyl, Kiepe, van Hasselt, Becht en Kruize, Wethouder JUTEN was bij deze stemming afwezig. Wethouder SCHEFFELAAR motiveerde zijn stem met de mededeeling, dat hij na de hier gehoorde besprekingen tegen het voorstel van B. W. zou stemmen, omdat de voorgestelde wijziging praktisch geen nut had. Wethouder VAN HASSELT stemde op dezelfde raotiveering als de heer Scheffelaar tegen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1933 | | pagina 173