-20- Naar aanleiding van de opmerking van den heer Juten zegt spreker, dat,als de zaak geheel klaar is.,er 250 slaapgelegenheden zullen zijn. Er zijn nu reeds heel veel aanvragen ingekomen,zelfs al vooy de Paaschdagen. Spreker wijst er verder op,dat in alle plaatsen d< overheid belangstelling toont in het werk van de jeugdherbergen, en er opofferingen voor over heeft. In Utrecht b.v. werd deze week de jeugdherberg door den burgemeester zelf geopend,wel een bewys, dat de overheid van een dergelijke instelling veel goeds verwacht, Ock een groot deel van de geestelijke overheid toont veel belang stelling in dit werk en spreker hoopt dan ook,dat de raad de ge vraagde medewerkirg zal verleenen,in afwijking van het advies van B W Be heer BEKKER it het eens met het voorstel van B W Raar sprekers meening zien toch ook de ondernemers zelf blijkbaar niet in,dat het daar zoo'n groote vlucht zal nemen,anders konden ze die kosten best voor hun rekening nemen. Spreker is er niet voer deze aansluiting aan de waterleiding gratis te verleenen,waardoor z.i. een gevaarlijk precedent geschapen zou worden. Hij gelooft, dat dan spoedig meerdere dergelijke verzoeken zouden volgen,en zal daarom stemmen voor het voorstel van burgemeester en wet houders Ie heer MUSTERS is in tegenstelling met den heer Rekker van meening,dat de jeugdherbergen van veel nut zijn voor de jeugd. Het is dan niet meer noodig,dat de rondtrekkende jeugd van bei derlei geslacht in een tentje op het veld behoeft te overnachten, zooals spreker meermalen gezien heeft. Het lijkt hem dan heel v'Tat beter,dat ze in een jeugdherberg zijn,waar ze ook onder lei ding staan. Met den heer Becht is spreker van meening,dat een jeugdherberg hier ook van groote propagandistische waarde voor de stad zal zijn. Wethouder SCHEFFELWAR is van meening, dat de jeugdherbergen van geen maatschappelijk belang zijn. Hij gelooft eerder,dat ze een gevaar in zich bergendoordat personen van tweeëlei geslacht daarmede de gelegenheid krijgen te veel in eikaars nabijheid te zijn zonder toezicht. Men kan nu wel ^ggendat er toezicht is, maar dat beperkt zich toch slechts tot de jeugdherberg zelf,wat daar buiten gebeurtstaat buiten verantwoordelijkheid der leiders. Spreker wijst er op,dat ook veel Anti-Revolutionairen en Roomsch- Katholieken tegen deze instellingen zijn,omdat ze boven de lei ding uit groeien. Spreke zal dan cok stemmen voor het voorstel van burgemeester en wethouders. Re heer MUSTERS gelooft,dat het toch altijd nog beter is,dat de jeugd in een dergelijke inrichting verblijft en slaapt dan dat zij zoo maar rondtrekt en in tentjes slaapt. Wethouder JUTEN wil ook een ander geluid ..laten hooren. Men heeft het hier deen voorkomenalsof de stichting van een jeugdher berg in het belang van het vreemdelingenverkeer zou zijn. Naar sprekers meening is dat niet zoo,want degenen,die in zulk een hetberg komen,blij ven er hoogstens een paar dagen en trekken dan weer verdermisschien zelfs zonder in de stad te zijn geweest. In principe is spreker tegen jeugdherbergen. Hij is van meening,dat de ouders zelf voor de opvoeding van hun kinderen moeten zorgen en deze maar niet moet laten rondtrekken en toevertrouwen aan allerlei onbekende personen,de goeden niet te na gesproken. Men heeft hier een getal van 250 slaapplaatsen genoemd,doch spreker zelf ook eens naar dat gebouw gaan zien en is van meening,dat er n°g niet van 100 slaapplaatsen kan worden gesroken. Er werd ge zegd, dat bij drukke dagen,de slaapplaatsen boven elkaar zouden Komen. Naar aanleiding daarvan wil spreker er op wijzen,dat het gemeentebestuur den laatsten tijd verschillende besprekingen ge had heeft met militaire autoriteiten ook voor wat betreft de le gering der manschappen,en deze achtten het beslist uit den booze Hat de slaapplaatsen boven elkander zouden wofcden geplaatst. Na^r sprekers oordeel kan dan ook een fatsoenlijk man dat niet toelatea Vat nu de zakelijke kwestie in deze betreft,is spreker van meening,dat de directeur der bedrijven deze zaak nog zeer licht bekeken heeft. Men moet niet vergeten,dat er ook geen afvoer van net, water is,en het is hem dan ook een raadsel,waar men met het "■'-iter meet blij ventenzij men er een soort zwembassin zou gaan maken.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1933 | | pagina 136