-13-
vaak toont de heet? Juten zich in dit opzicht hier in den raad niet
consequent,hetgeen ook bleek bij het vorige punt der ftgendajwaar-
van spreker bijna zeker weet,dat het niet de volle instemming van
den heer Juten had.
Wethouder JUTEN oerfct op,öat gaeo niet weet,wat er gebeurt,als
men zich bij dergelijke dingen afzijdig houdt.
Ee heer WALDER zegt,dat dit juist is,maar de heer Juten daarbij
toch niet naar de kosten gekeken heeft» Wat nu verder de ijsbaan be
treft,wijst de heer juten op het Lange Water en zwarte Ven,waar zeer
zeker een goede ijsbaan is,maar niet iedereen kan daarvan profitee-
ren,omdat die op 14 km. afstand van de gemeente gelegen is. Men kan
3sa ook wel zeggen,dat in Breda of Amsterdam een goede baan is,
waar men van hier uit eveneens gebruik kan maken.
Wethouder JUTEN merkt op,dat tegenwoordig toch ieaereen een fiets
heeft en de afstand naar die banen niet zoo ver is. Bovendien rij
den er ook geregeld autobussen,zooals dezen winter naar de Groote
Meren, spreker vindt het aan ook allemaal dwaasheden,wat de heer
Walder in deze naar voren brengt.
De VOORZITTER hamert.
De heer WALDER zegt,dat de Voorzitter het maar moet laten gaan.
't valt ook niet mee om het naar den zin te maken.
De heer BEKKER wijst er op,dat de heer Juten de menschen buiten
de gemeente stuurt om te genieten van de ijssport,maar spreker zou
ze juist in de gemeente vallen houden. Spreker vindt het voorstel
van den heer Broekmans het beste,als de gemeente de ijsbaan zelf in
handen neemt,kan iedereen er van profiteeren.
De heer BOSCHMAN veelt ook het meest voor het voorstel van den
neer Broekmans,omdat iedereen vrij moet blijven. Bovendien kunnen
de werkloozen geen entree betalen,zoodat die er niet van zouden kun
nen profiteeren als de zaak in particuliere handen kwam.
Wethouder JUTEN is van meening,dat de liefhebbers van schaat
sen toch gelegenheid genoeg zoeken om van het ijs te kunnen nie
ten en geen moeite sparen om hun schaatsen te kunnen onder binden.
Daarvoor, ie hun geen afstand te ver en vaak nemen zij hun boter
hammen mee. Overigens heeft spreker er geen bezwaar tegen om dit
voorstel terug te nemen voor een nader onderzoek. We hebben nog den
heelen zomer voor ons om deze 2aak rustig te bezien.
Ls VOORZITTER zegt,dat hij eigenlijk de oorzaak is van dit de
bat. Hij heeft deze aangelegenheid indertijd met den heer van de
Laarschot besproken,waarbij hij van de veronderstelling uitging,
dat de ijsclub reeds een terrein op het oog had. spreker was dan
ook danig teleurgesteld,toen hij dit verzoek aan den raad las en
daaruit bleek,dat de ijsclub zelf geen behoorlijk terrein kon aan
wijzen, v/aarover zij de beschikking zou kunnen krijgen.
De heer SCHUYL zegt evenmin als de heer Boschman er voor te zijn
om privilegiën te gaan scheppen voor bepaalde personen. Ben uit
gave als deze moet in het algemeen belang zijn en daar moet ieder
een van kunnen profiteeren. Daarom voelt spreker ook veel voor het
voorstel van den heer Broekman®, Spreker merkt verder op,dat men
wijselijk niet ingegaan is op hetgeen hij gezegd heeft omtrent een
Sportpark,doch uit hetgeen hier naar vofcen gebracht is,gelooft
spreket toch wel te mogen concludeeren,dat men dichter bij den
sportpark is dan men wel denkt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel van B W hierna
teruggenomen,opdat B W de zaak nader onder oogen zullen zien en
n&ar aanleiding van de hier gemaakte opmerkingen t.z.t. met nieuwe
Voorstellen kunnen komen.
Xl. ADVIES 0? HET VERZOEK VAN G*A «POPPBALHIER»0M VÓÓR HET DOOR HEM
GEHUURDE PAND IN DE KONING WILLEN III STRAAT,nrSTTVAN GEMEENTE
WEGE BEN TROTTOIR AAN TE LEGGEN»
^Verzameling IÖ33 nr.2?)
De heer VAN KAAM zegt,dat hij ter plaatse is gaan zien en de
boestand daar zoowel voor de gemeente als den eigenaar ongunstig
is en niet zoo kan blijven. Het is bovendien erg lastig voor den
huurder van het pand,die altijd een hoop zand voor zijn deur heeft
biggen. Spreker heeft ook een onderhoud gehad met den eigenaar
^ab het pand,den heer Vrienswaarbij bleek,dat hieromtrent met
dezen door het college van B W geen onderhandelingen zijn ge
voerd,maar met den huurder. Y/el had de heer vriens e enige bespre
kingen gehad met den heer Touw,Öietoen spreker zich tot hem wendde
hem precies hetzelfde vertelde als de heer Vriens verteld had.