-10- De heer B0SCHL1AN komt nog even terug op de verbetering van de Rembrandt straat en betreurt het, dat door de weigering van mede ding door door de eigenaresse van de hoekwoning nu geen mooi geheel verkregen kan worden. Het gaat hier echter mee, als zoo 1 y.ijls, el s de gemeente iets doet. Men wil eerst zooveel moge— v flen te trekken> als dat dan niet opgaat, en de zaak wordt 00k doorgezet, dan krijgt men spijt. Spreker is van meening dat ook deze juffrouw wel eens van gedachte veranderd kon zijn, nu zij ziebdat de toestand daar zoo mooi verbeterd zal worden en dat ue gemeente nu door te geven en te nemen, ook dat strookje grond nog wei. in bezit zou kunnen krijgen. wijst op de tegenstrijdigheid in hetgeen door den '..et...ouder van openbare werken naar voren gebracht is omtrent e huxzm van het complex "Piet Hein". Immers eerst verklaart deze, dat er toch niets helpt s.an die huizen en later zegt hij menschen gesproken te hebben, die er zeer tevreden over waren. Wethouder Juten noemt het geld weggooien, als men iemand aan c1 ie woningen had, die geregeld de noodige herstellingen zou verrich- ®n?ij is meening toegedaan omdat, trots de jaren, dat dit al gebeurde, die woningen nu toch nog in zulk een slechten toe stand verkeeren. Maar juist omdat die woningen niet goed zijn, moet er iemand zijn, die voor geregeld herstel zorgt. Nu is dit opgedragen aan een metselaar van de gemeente en moet deze van het eene werk naaw het andere trekken. Zoo gebeurde het nog kort ge leden, dat de man op Borgvliet aan het werk was en hij daar werd weggehaald om bij Jurgens de gang op te breken. Terxvijl hij daar mede bezig was en de gang heelemaal open lag, moest hij ook daar weer weg om eerst een andere karwei te doen, terwijl Jurgens in— tusschen met een hoop rommel bleef zitten. Die man moet hier en daar en overai zijn en da. ar om is spreker van meening, dat het ver keerd was om den metselaar en timmerman, die met het onderhoud der huizen van "Piet Hein" belast was, te ontslaan. Hij hoopt dan ook, dat het college op dat besluit zal terugkomen en gelooft niet, dat dit weggegooid geld zal zijn. De heer Walder wil een kleinigheid over deze kwestie zeggen. Ar is hier een spiegel opgehangen over den slechten toestand van dit woningcomplex en daartegenover hebben we ook een te vredenheidsverklaring kunnen hooren. Toch is spreker van meening, dat men deze woningen zou doen stijgen in was.rde door een al- geheele verbetering en goed onderhoud. Het lijkt spreker ook een goede politiek om de huren van deze woningen eenigszins te verlagen, waardoor misschien bereikt zou worden, dat alle wonin gen verhuurd worden. Dit is toch ook een voordeel, want een bewoond huis wordt toch altijd beter onderhouden, dan wanneer het langen tijd leeg staat, waardoor het meer en meer in verval komt Jethouder JUTEN merkt op, dat het misschien veel beter zou zijn om ze ineens af te breken. De heer WaLDER wijst er op, dat al heel gemakkelijk gezegd is, we kunnen ze beter afbreken, maar hij gelooft toch niet,dat de volkshuisvesting in deze gemeente van dien aard is, dat voor- loopig een dergelijk aantal arbeiderswoningen gemist kan worden. De heer VAN HAL is van meening,dat de huizen in een dergelijk slechten toestand verkeeren, dat een timmerman en één metselaar aie reparaties niet kunnen inhalen. Hij hooptj dat naar aanlei ding van het hier gesprokene, deze kwestie door B W eens goed onder oogen gezien zal worden. Wat de verbetering van de Rem- crandtstraat betreft, en hetgeen de heer Boschman gezegd heeft, gelooft spreker ook, dat Mej.van Eekeren thans wel bereid is om mede te werken om een goed geheel te verkrijgen. Doordat het pand echter zooveel hooger gelegen is dan de straatweg, zou het tengevolge van de verbetering van de Rembrandtstraat aan den zij gevel m waarde dalen en daarom zou spreker er voor zijn om daar voor een kleine vergoeding_aan die juffrouw te geven. Hij wijst verder op een kleine moeilijkheid als het wegbreken van een wa-4- rEu?£ betgeen ook van gemeentewege zou moeten geschieden. Wethouder JUTEN zegt dankbaar gebruik te zullen maken van den enk van den neer Boschman om nog eens naar de eigenaresse van het pand op den hoek der Rembrandtstraat te gaan betreffende het afstaan van een strookje grond. Het zou inderdaad jammer zijn, wanneer hier nu niet ineens een goed geheel zou kunnen worden verkregen. De onderhandelingen zullen dus nu opnieuw beginnen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1933 | | pagina 114