J I - 12 - den raad,maar nog nooit heeft spreker het noodig gevonden,dat er een reisverordening werd ingevoerd,omdat hem nooit gebleken is,dat erdoor de ambtenaren misbruik werd gemaakt van de gelegenheid om op kosten der gemeente op reis te gaan. Spreker is dan ook zoo goed tegen deze verordening,als hij het tegen de vorige geweest is,Wat dit betreft is hij dus van hetzelfde hout gesneden als de heer Broekmans.Wij hebben thans ambtenaren, cae we vertrouwen kunnen, en als dat niet het geval zou zijn, w°e£ g®tracht worden om die zoo spoedig mogelijk kwijt 1e raken, we nebben vroeger wel andere gehad, doch het betrof daar ook geen kwestie van misbruik maken van reizen voor de gemeente, misschien dat zoo'n verordening wel noodig is bij het leger, -aar hier voorde ambtenaren naar sprekers meening niet. Als men h K^enscben vr>ij laat,geven ze slechts op,wat ze werkelijk hebben uitgegeven,doch wanneer men ze aan banden gaat leggen, aan zal men precies gaan uitrekenen,wat men aan de hand van de verordening voor een reis in rekening kan brengen, Naar sprekers meening is het dan ook het beste,om die verordening zoo gauw mogelijk kwijt te zien raken, en evenals in 1930 zal hij 'ook tegen de2e verordening stemmen. De heer BEKKER zou willen vragen,of het nü wel zooveel voor deel voor de gemeente zal brengen om hier een nieuwe reisver ordening te maken.Hij gelooft dit niet,Het is iets anders voor groote instellingen,zooals voor den heer Simons als militair en voor het rijk,omdat daar jaarlijks een massa dienstreizen ge maakt worden,doch de enkele menschen,die jaarlijks voor de ge meente op reis gaan, zullen niet zooveel kosten,dat daarvoor eer nieuwe verordening moet worden gemaakt,Spreker kan nog niet direcL meegaan met het voorstel van den heer Broekmans,maar zou, nu er eenmaal een verordening is, die gewoon willen laten zooals ze is. De heer /AU KAAu kan zich geheel vereenigen met de vorige sprekers,die tegen een reisverordening waren»Spreker heeft ea?if inlichtingen ingewonnen in andere gemeenten en van de 25 gemeen ten waaraan hij het gevraagd heeft,waren er slechts 4,die een reisverordening hadden,Spreker is dan ook tegen dit voer stel. De heer BOSCHI.iAU is ook tegen iedere reisverordening. Hij is van meening,dat men vertrouwen in de ambtenaren moet hebben en gelooft niet,dat er misbruik gemaakt 2al worden van de gelegen heid om voor de gemeente op reis te gaan. Spreker zal het voor stel van den heer Broekmans dan ook steunen, 6 heer SII.IONS wijst er op,dat twee jaar geleden docr hem a reisverordening is ontworpen,waarvan de bedragen iets hooger p-pw? i a cie:g6*Dpor den heer Kiepe werd die verordening toen toon 5Ï5 ae bedragen met 50 en 60% verhoogd,welke verordening als Wnpf +ön r^ad is aan£enomen met de bedét-irg ze een jaar v/as pvpSiÏ 4 en,De regeling,die spreker voorstelen 1930 die pp?S+' JLaiQ,van.thans,ongeveer gelijk aan de verordening v°or de militairen#Spreker acht een dergelijke ver- haeft nlet Mjde militafren en het rijk, maar ook bij de post en andere instellingen. Hii wijst er verder op,dat hij nu reeds 4 jaren de rekening ai ven de gemeente controleert en de aanleiding,dat spreker met het voorstel van een reisverordening kwam,was,dat er declaraties !fraar^recZeni,°P ^0S£+n vnrL.,de gemeente bij waren, die veel te hoog //aren. Spreker heeit een declaratie gezien van meer dan f.30»-- yoor een reis naar den Haag, en bij de vraag om nadere inlich- wase0n,WÖra SezegJ, dat ar ook een flesch champagne gebruikt Wethouder KIEPE merkt op,dat het fabeltje van die flesch champagne,welke ten koste der gemeente zou gedeclareerd zijn, aoor den heer Simons uit den duim gezogen is, De VOORZITTER roept den heer Kiepe tot de orde en zegt, dat hij die uitdrukking niet kan toelaten. Wethouder KIEPE zegt,dat de voorstelling van zaken,welke de heer Simons hier geeft, absoluut onjuist is. De heer WALDER meent,dat de directe controle der rekeningen toch berust bij het college van B W. De VOORZITTER zegt,dat die op de eerste plaats berust bij aen wethouder van den betrokken dienst. Wethouder KIEPE zegt,do.t een reisverordening bij het rijk zeer zeker op haar plaats is,lederen dag reizen daar duizenden ambte naren,maar waar men hier met een gemeente te doen heeft, v/aar-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1932 | | pagina 164