- 11 -
zijn meening te wijzigen en dat was hier ook het geval met het
hoofd der school. Door de Zusters werd er verder op gewezen, dat
de school altijd zeer zuinig was geweest en al heel wat meer aan
kosten^bij de gemeente in rekening had kunnen brengen, dan gedaan
ten dat eClrter Uit zUiniSheidsoverwegingen achterwege gela-
Tenslotte heett spreker de zaak ook met den inspecteur bespro
ken, wiens advies was om gunstig op het verzoek te beschikken daar
het locaal noodig is^ En de leden zullen wel begrijpen, dat er
voor de gemeente niet veel anders op zal zitten dan de medewerking
te verleenen, omdat er wettelijk geen bezwaar gemaakt kan worden.
Alleen op grond van slechten financieelen toestand der gemeente
zou de medewerking geweigerd kunnen worden, maar spreker gelooft
niet, dat dit voor deze gemeente succes zou hebben. Daarom advi
seert spreker den raad ook om de medewerking te verleenen.
De heer BECHT vraagt, wat er gebeurt als de raad zijne mede
werking weigert.
De VOORZITTER zegt, dat het schoolbestuur dan natuurlijk in
beroep zal gaan.
De heer BOSCHMAN zegt zich na de uiteenzetting van wethouder
van Hasselt met het voorstel van B W te kunnen vereenigen.
De VOORZITTER brengt hierna het voorstel van B W in stemming
waarbij het wordt aangenomen met lU- 3 stemmen.
Voor stemden de heeren Simons, Schuyl, Bakx, Broekmans, Schef-
felaar, van Kaam, Dielissen, Boschman, Bekker, Kiepe, van Hasselt,
Musters, Krui ze en Demmers.
Tegen stemden de heeren van Kroon, Juten en Becht.
De VOORZITTER deelt dan mede, dat het in de bedoeling ligt cm
het politiekorps met 1 agent uit te breiden, waardoor 1 agent
meer speciaal belast kan worden met de recherche, dit alles in
afwachting van de regeling door de Kroon. Spreker vraagt, of de
raad zich hiermede kan v ere enigen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad hiermede accoord.
De VOORZITTER stelt dan aan de orde de kwestie betreffende de
overbrugging van de Zoom.
Wethouder JUTEN zegt thans andermaal met het plan tot overbrug
ging van de Zoom aan den Hazenkopweg hier in den raad te komen
op gevaar af, dat men van vele zijden opmerkingen hierover zal
maken. Spreker gelooft dan ook, dat er voor B 1 heel wat moed
toe behoort om nu weer met een nieuw plan bij den raad te komen.
Dat B W hiertoe zijn overgegaan, komt alleen voort uit financi
eels overwegingen. Er is immers reeds een besluit van den r aad tot
het maken van een dambrug en de dienst van openbare werken heeft
daartoe reeds een ontwerp gereed gemaakt. Intusschen hadden B &*V
nog prijsopgaven gevraagd voor een ijzeren brug, o.a. bij de N.V.
Holland, welke een ontwerp indiende waarvan de kosten op 11000,—
zouden komen. Bij de behandeling daarvan werd in B 1 naar voren
gebracht, dat er ook nog plannen moesten zijn voor een betonbrug,
welke waren ingezonden, toen deze zelfde kwestie ongeveer 1-1 jaar
geleden ter spraxe is gekomen. Die plannen werden opgezocht en
daarbij was er een van de maatschappij Albouw te Breda, welke toen
26.000,moest kosten. De dienst van openbare werken kreeg op
dracht bij die maatschappij thans nog eens te vragen, wat een brug
volgens dat ontwerp zou kosten, waarop de mededeeling kwam, dat
diezelfde brug thans gelegd kon worden voor 21 000,dus
5000,minder. Bovendien zou, wanneer men op dat voorstel in
ging, men kunnen bereiken, dat SOvan het arbeidsloon verwetkt
werd door de Bergen op Zoomsche werkloozen, waardoor deze weer
gedurende eenigen tijd het normale loon konden verdienen. De brug
zooals die door hot college bedoeld wordt, heeft een breedte van
15 m. In het middengedeelte is ze bestraat met klinkers ter breed
te van 9 ra» en aan beide kanten is een pad van 3 m„ breedte voor
voetgangers. In v erband met dit plan, hebben B W neg eens laten
nagaan, hoeveel werkloon er eigenlijk aan een dambrug zou zijn en
daarom aan den dienst van openbare werken een specificatie ge
vraagd van het bedrag van ^5000,wat die dam zou kosten.Daar
bij bleek, dat aan het maken van die dambrug slechts weinig werk-
loozen te werk gesteld konden worden. Het grootste werk zou zijn
het ter plaatse brengen van 6^00 M3 zand, waaraan slechts een
J.