- 5 -
goede regeling moeten worden getroffen. Men moet ook niet ver-
geten, dat, als men trottoirs zou gaan aanleggen en de rioleering
blijft zooals ze nu is, de menschen nog veel meer last krijgen
van het water en zij nog veel minder droog thuis kunnen komen.
Hoe meer immers een weg verhard wordt en het water kan niet_
behoorlijk weg, zooveel te meer water zal er blijven staan bij
stortbuien.
Jat nu het idee van den heer Bakx betreft, heeft spreker dit
met den Directeur van Gemeentewerken besproken, en ofschoon het
technisch wel uitvoerbaar is, dient het toch beschouwd te worden
als een lapmiddel, dat zeer kostbaar zou zijn en vele technische
moeilijkheden mee zou brengen. Wanneer men een vangput of tank
zou maken, zou men toch telkens na een zwaren regenval weer voor
het geval komen te staan, dat alles door het meespoelende zand
zou zijn verstopt, en dan zou men weer van_voren af aan moeten
beginnen. V/at nu de kwestie van de rioleering aangaat, wijst
spreker er op, dat deze slechts ligt tot aan het Juvenaat van
de Paters. De verbetering, die Openbare Werken zich voor die
rioleering voorstelde, zou zijn, dat vanaf de Stalenbrug al het
water zou worden afgevoerd naar de Schelde. Debestaande riolee
ring ligt echter te ondiep en men zou dus al direct moeten gaan
graven om die dieper te leggen. Hij zou dan doorgetrokken kunnen
worden door de zoogenaamde Jordaan, en dan via den Augustapolder
loozen in de Schelde.
De heer BOSCHMAN merkt op, dat de heer JUTEN daar een leelijken
naam gebruikt voor het complex huizen aan de Stalenbrug.
Wethouder JUTEN zegt, dat dit woningcomplex in den volksmond
van Bergen op Zoom steeds zoo genoemd wordt. Hij kan er direct
geen anderen naam voor vinden,maar wil het woord graag terug
nemen, als dat noodig is. Om nu op de kwestie terug te komen,
zegt spreker, dat er verschillende besprekingen gevoerd zijn orn
tot een oplossing te komen. Men ondervond daarbij echter op de
eerste plaats tegenwerking van het polderbestuur. Ookde eigenaar
van het Kurhaus wilde geen toestemming geven om het rioolwater
over zijn terrein in de Schelde te loozen, zoodat ook vandat
plan dus niets kon komen. Naar aanleiding van de mededeeling van
Ir.van Goor aan den heer Kruize, merkt spreker op, dat hij zeil
die kwestie ook met Ir.van Goor heeft besproken, en nadat deze
alles nog eens behoorlijk had opgemeten, deelde hij hem mede,
dat het door hem ontworpen plan tot verbetering der rioleering
onuitvoerbaar was. Het zou wol uitvoerbaar zijn, maar dan met
zeer groote kosten, want dan zou ook de geheele rioleering langs
den Zuid Westsingel opnieuw gelegd moeten worden. Dat zou voor
de gemeente dus een kostbare geschiedenis worden. Bovendien zou
men, wanneer men hiertoe overging, de rioleering nabij de kerk
8 k 10 M. diep moeten leggen, en dat is, buiten andere bezwaren,
in de nabijheid van zulk een gebouw, een zeer gevaarlijk werk,
zooals de leden wel begrijpen zullen. En niet alleen, dat de rio
leering langs den Singel geheel opnieuw gelegd zou moeten worsen,
maar ze zou ook vernieuwd moeten worden, want anders zou ze v*.
te klein zijn. Dit kan men zelfs nu reeds af en toe constateeron.
Spreker is er zelf ook van overtuigd, dat het op den Antwerp-
schenweg,een onhoudbare' toestand is, en wanneer er ook maar
een klein kansje was om die menschen te helpen, dan gelooft
spreker vast, dat èn het College van B W en de Dienst van
Openbare V/erken die xans met beide handen zouden aangrijpen.
Spreker heeft doU laatsten tijd ook nog een bespreking gehad
met den opzichter van de provinciale wegen, zooals reeds meer
malen dergelijke besprekingen hebben plaats gehad, doch ook m
dat laatste onderhoud deelde de opzichter spreker nog mede, dat
de provincie er niet aan denkt iets aan dien weg te laten doen,
omdat hij is opgenomen in hot Rijkswegenplan. Men zal dus moeten
afwachten tot het Rijk aan de verbetering van dien weg begint.
Uit technische rapporten weet spreker, dat de weg absoluut ver
sleten is, en de gemeente kan een dergolijkenweg dan ook be
zwaarlijk gaan overnemen. Men zou er dan al direct groote onkos
ten aan krijgen, en daar kan de gemeente niet aan beginnen.
De heer WALDER heeft met belangstelling naar de uiteenzetting
van don Wethouder geluisterd. Hij heeft daarbij echter oen indra)
gekregen, dat er voorloopig nog geen vooruitzicht is op verbete
ring. Spreker zou er voor zijn om bij de provincie op afstand