- 15 -
Van oordeel,dat Burgemeester en Wethouders volkomen achter deze
besluiten behooren te staan;
Noodigen Burgemeester en Wethouders uit, maatregelen te treffen
ten einde den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw de
overtuiging bij te brengen,dat de onveranderde uitvoering van
het raadsbesluit van 30 October j.l. dringende noodzaak is;
En gaat over tot de orde van den dag".
De heer BAKX protesteert tegen het voorstel van B W, omdat
op die wijze door den Minister de autonomie van den Raad wordt
aangetast. Door dit voorstel wordt, den Raad het mes op de keel
gezet en naar sprekers meening kan toch niemand beter dan de
Raad oordeelen over de loonen in deze gemeente.
Wethouder SCHEFFELAAR zet een en ander uiteen. Zooals de leden
van den Raad weten, werden de objecten voor de werkverschaffing
die we hadden, onderworpen aan de goedkeuring van den Minister.
Juist tijdens de vorige vergadering kwam van den Minister een
telegram binnen,meldende, voor welke objecten subsidie dou kunnen
worden verkregen. In dat telegram werd ook vastgesteld het uur
loon, dat moest worden betaald, en hetwelk bedroeg 35 cent voor
accoordwerk en 30 cent voor vast werk. Naar aanleiding daarvan
ontstonden^n de vorige vergadering langdurige debatten, waarbij
door B W voorstellen verdedigd werden, waaraan de Minister
zijn goedkeuring had gehecht. De heer Schuyl is van meening, dat
er nu een hiaat zit in de loonregeling, maar spreker is het
daarmede niet eens.Bovendien, wanneer er een hiaat tusschen zou
zitten, dan ligt dat toch aan den Raad, want die wijzigde de voor
stellen van Burgemeester en Wethouders. Direct na de Raads
vergadering is de Minister van het genomen besluit op de hoogte
gesteld, en daarop is toen direct het bericht gekomen, dat het
uurloon voor vast werk moest blijven bepaald op 30 cent, en
drong de Minister aan op wijziging van het genomen besluit. Om
nu de subsidie niet te verliezen, zooals gebeurd is te Almelo en
ook te Alkmaar, heeft het College gemeend deze voorstellen aan
den Raad te moeten doen. B.& W. kunnen daarbij den Raad zooveel
mogelijk tegemoet komen door te trachten zooveel mogelijk werk
in accoord te laten uitvoeren. Spreker gelooft niet, dat het veel
succes zal hebben om alsnog te trachten bij den Minister een
hooger uurloon te krijgen.
De heer SCHUYL merkt op, dat de bedoeling van hetgeen hij
zeide omtrent een hiaat in de loonregeling niet was om B. W.
verdacht te maken. Juist door de wijziging door den Raad van
het voorstel van B is dat hiaat in de regeling gekomen,
en naar sprekers meening heeft de Minister daar dankbaar gebruik
van gemaakt. Spreker zou willen voorstellen om nu nog geen be
sluit in deze te nemen, als B alsnog willen trachten bij
den Minister een hooger loon te krijgen. De Raad kan dan het
resultaat van die poging eerst afwachten. Spreker gelooft wel,
dat de Minister te overtuigen is, wanneer de zaak maar goed bij
hem verdedigd wcrdt. Bij de gemeente Vlissingen is het toch ook
gebeurd.
Mg VOORZITTER wijst er op, dat door den Minister in zijn
telegram^is te kennen gegeven, dat moest worden doorgegaan op de
gedragslijn, welke ook vorig jaar bij de werkverschaffing ge
volg wörd, en daarom waren de voorsterren B W ook daar
naar gericht.
Wethouder KIEPE zou om deze kwestie nu maar ineens tot een
goed einde te brengen, willen voorstellen, dat de Raad in deze
nu nog geen besluit neemt, maar een deputatie uit zijn midden
naar den i,minister laat gaan. Wanneer de Wethouder voor Sociale
Aangelegenheden met twee leden van den Raad naar den Haag gaat,
kunnen zij zelf het standpunt van de meerderheid van den Raad
bij den Minister verdedigen. En waar het hier speciaal arbeiders
belangen betreft, zou spreker willen voorstellen, dat met den
Wethouder voor Sociale Aangelegenheden dan mede gaan de heeren
Schuyl en Bakx.
De eer .7ALDER vindt het voorstel van den heer Kiepe een zeer
goede oplossing en zegt zich daarmede dan ook best te kunnen ver
eenigen.
Wethouder SCHEFFELAAR deelt mede, dat hij zelf een dergelijk
voorstel niet wilde doen, maar waar thans de heer Kiepe het
gedaan heeft, zegt hij er zich heel goed mee te kunnen vereenigen.
