- 19 - Voorts, Mijnheer de Voorzitter, zou ik nog de aandacht willen vestigen op hut groote aantal jonge jongens, die werkloos rond slenteren zonder dat er nenig vooruitzicht voor hen is. Het is naar mijn oordeel de taak van de overheid haar bijzondere aan dacht daaraan te wijden om hen voor algeheelen ondergang te behoeden. Ik wil hierbij terugkomen op hetgeen ik bij den aanvang heb gezegd,dat een steunverleening in den een of anderen vorm daar- voor noodig is. Veel zal ik daarover niet meer zeggen, omdat mij bekend is, dat de belanghebbende organisaties ter gelegener tijd de aandacht van U hiervoor zullen vragen. Mijnheer de Voorzitter, ik dank U. De heer VERBIEST: Mijnheer de Voorzitter, het is nu de twaalfde keer,dat ik de behandeling der begrooting meemaak. Wanneer ik zoo eens de vier jaren,die achter ons liggen, terugblik, dan meen ik gerust te kunnen zeggen, dat er in dien tijd heel wat gebeurd is. Onze gemeente heeft voorspoed gekend,heeft ook te kampen gehad met terugslag en andere onaangename dingen. Op den dag van vandaag leven we in een terugslag. Een terugslag,die elkeen zich de vraag doet stellen,hoe zullen we daaraan ontkomen. En,Mijnheer de Voorzitter,geen enkel profeet kan dan ook zeggen, wat men nu ;t eigenlijk zou moeten doen om uit dezen toestand te geraken en de door mij gestelde vraag doet ieder huisvader zich eiken dag zonder er een antwoord op te kunnen geven. Men zit in den put, en zal hebben te zorgen, dat men er zoo spoedig mogelijk uitkomt. Het is een verblijdend teeken, dat ons gemeentebestuur alles doet wat ze kan om iedereen zooveel mogelijk te helpen. Het gemeente bestuur van ons geliefd Bergen op Zoom is in alle details en in alle wijzen van doen zeer actief, en dat is toch wel iets, dat men dagelijks kan constateeren.Nu zeg ik dit alles niet om iemand een pluim op den hoed te steken, heelemaal niet, want men kan alles zelf zien. Kijk maar eens naar de verbeteringen aan onze straten, en hoevele andere dingen zijn er verder niet. Ik ben het gemeentebestuur zeer dankbaar voor de wijze waarop het z'n taak opvat en ik breng hulde aan ons bestuur en den ijverigen bekwamen gemeente-secretaris, die alles zoo weet te regelen. Ik wil hiermee niet van den toren blazen, maar geloof gerust te kunnen zeggen,dattoen dit Dag.Bestuur zijn taak in handen nam,er een heel goede keus werd gedaan door den heer van As. z.g, te benoemen als Wethouder van financiën. Hij is ons helaas te vroeg door den dood ontvallen, naar gerust kan ik hier nog zeggen, dat wij uit ons midden een goede keuze hebben gedaan want om Wethouder van financiën te zijn, valt heusch niet mee.Dat eischt veel geduld en andere dingen, die men niet bij iedereenkr.n zoeken, en ik breng dan ook gaarne hulde aan Wethouder Kiepe,die thans als Wethouder van financiën blijk gegeven heeft ook deze taak te begrijpen. Mijnheer de Voorzitter,thans nog iets ander. Er zijn ook dit jaar weer grappenmakers, die onze carnaval willen laten verdwynen. Dat is geen nieuwtje,want dat komt ieder jaar terug. Wanneer wij daartoe zouden moeten overgaan - iets wat noodzakelijk is,wanneer men anderen,die in kranten schrijven,moet gelooven - dan ben ik van meening, dat dit een strop zou worden voor onze gemeente. Men behoeft er niet veel over te praten, want stel voor,dat wij dat feest zouden afschaffen. Tram,spoor en bussen zouden groote ver liezen lijden. En wie heeft van dat feest allemaal geen voordeel? Van dat standpunt uit bezien is het dus zeer goed,dat het gemeen tebestuur ook dit feest te baat neemt om vreemdelingen en in woners een pleizier te verschaffen.Waarom mogen de menschen in dezen tijd van groote droefheid geen vreugde hebben. Er is ver driet genoeg, laat de menschen ook maar eens vreugde maken. Mijnheer de Voorzitter, ik zou dan nog een enkel woord willen spreken over onze industrie. Ook die maakt slechte tijden mee. Hu is,daaraan in deze tijden wel niet te ontkomen,maar toch is er veel wat gedaan kan worden.Laten we om te beginnen toch al het mogelijke doen om hier zooveel mogelijk kleine industrie te krygen Laten we die menschen zooveel mogelijk ter wille zijn en v/anneer het noodig mocht zijn,dat er eenige steun gegeven wordt door middel van verminderde tarieven voor gas of electriciteit of op een andere manier, laat dan de gemeente 'toch niet te veel slechts naar voordeelen voor zichzelf zien,maar laten v/e dan toch ook om den vooruitgang van onze stad denken,In dit verband zou ik er

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1931 | | pagina 30