- 12 - De heer VERBIEST is het met Mevrouw Breedvelt eens, dat men hij een man van 35 jaar niet meer van een kind kan spreken. En wanneer zoo iemand dan nog niet op eigen beenen kan staan, zal hij altijd wel een gebrekkig man blijven. Spreker is er dan ook voor om de studiebeurs nu aan een ander te geven. DE heer SIMONS is het eens met de beide vorige sprekers, doch zou bij de candidaten voor de beurs ook nog willen voegen de jongen van 16 jaar, die op dien leeftijd reeds het diploma van de Handels school behaald heeft. Ook dat is iets bijzonders en waar het hier een kind uit een groot gezin betreft, meent spreker dat ook aan dien Ijongen wel een kans gegeven mag worden. De heer VRIENS zegt zich met het betoog van de vorige sprekers geheel te kunnen vereenigen. Volgens de bedoeling van de erflaat ster kan voor deze beurs op de eerste plaats in aanmerking komen een behoeftig kind van een behoeftige weduwe. Ook naar sprekers meening kan men bij van Dongen echter niet meer spreken van een kind, daar hij op den leeftijd van 35 jaar al grootvader had kunnen zijn. Spre ker gelooft ook niet, dat men van de moeder van dezen man zeggen kan, dat zij een behoeftige weduwe is. De heer SCHEFFELAAR is het er mee eens, dat bij van Dongen niet meer gesproken kan worden van een kind, als voor het begeven dezer studiebeurs bedoeld, al blijft hij ook een kind van zijn moeder. Spreker vraagt, of B W onderzocht hebbens of de weduwe ban Dongen behoeftig is. Zoover spreker weet is zulks niet het geval. De heer WALDER wil een ander geluid doen hooren dan de vorige sprekers. Hij kent dezen man pas van de laatste maanden en heeft zich persoonlijk van de geheele geschiedenis op de hoogte gesteld. Van Dongen is een heelen tijd in dienst geweest, in de mobilisatie en nog daarna, terwijl hij nadien een tijd voor zijn moeder heeft moeten zorgen. Zoo is hij steeds ouder geworden en is het gekomen, dat hij nu op 35 jarigen leeftijd nog moét gaan leeren. Maar wat geeft dat. ProfWi jnands b.v. is toch ook pas op 29 jarigen leef tijd kunnen gaan leeren, ook door middel van een studiebeurs en dat is toch een man, dien men nu bij wijze van spreken duizenden francs betaalt, wanneer hij met zijn hamer naar een stuk hout heeft gegooid. Spreker heeft ook persoonlijk inlichtingen over van Dongen -ingewonnen te Antwerpen, waarbij algemeen getuigd werd, dat deze jonge man een bijzonderen aanleg heeft en daarbij een van de beste en meest serieuze leerlingen is, die men op de Academie heeft. Allee heeft hij opgeofferd voor de kunst, waarin hij groote illusies heeft. Nu vraagt hij nog voor een jaar de beurs om zi^n studie vol komen te doen zijn en daarom zou spreker willen zeggen: laten we dezen jongen man die met veel moeilijkheden te kampen had en de zoon is van een weduwe de beurs nog voor een jaar geven. Hij is A het zeker volkomen waard en men moet voor dat eene jaar de carrière van dezen jongen man toch niet gaan onderbreken. De heer DEMMERS zegt zich met het gesprokene van den heer Walder volkomen te kunnen vereenigen. Hierna wordt tot stemming overgegaan, waarbij de heeren Dikland, Scheffelaar en 3echt op verzoek van den Voorzitter weer als stem bureau fungeeren. Uitgebracht worden 15 stemmen, waarvan op: van Dongen stemmen; Leijs 1 v.d. Ouderaa 5 Goossens 3 Dielissen 1 Gevonden 1 Waar niemand de volstrekte meerderheid behaald heeft, wordt een tweede vrije stemming gehouden, waarbij weer 15 stemmen worddn uit gebracht, en wel op: 'v.d. Ouderaa 7 stemmen; Goossens 3 van Dongen 2 Dielissen 2 Gevonden 1

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1930 | | pagina 71