- 9 - De heer ./ALDER ontkent dit. Spreker is van meening, dat in deze de zuinigheid de wijsheid zal bedriegen. ;,/anneer men ziet, wat er allemaal voor dat kleine bedrag gedaan wordt, zal meA het er toch mee eens zijn, dat het de gemeente heel wat meer zal kosten wanneer tot opheffing zou worden bes-toten. Spreker weet uit ondervinding, dat Dr.Keuss juist zeer zuinig is met den gemeentelijken geneeskundigen dienst, en zou dat met bewijzen kunnen uantoonen» Hij hoopt dan ook,, dat de Raad den bes taanden toestand nog zal handhaven voor die twee jaren, welke nog ver- loopen tot de inwerkingtreding van dei dis trietsschoolartsendienst Men zal toch niet willen, dat men den toestand weer terugkrijgt van 1920. De oudere leden van den Raad zullen zich dien toestand nog goed Herinneren en hoe men toen noodgedwongen er toe moest overgaan om deze subsidie te verleenen. Mede naar aanleiding van hetgeen Dr.Dikland in de vorige vergadering gezegd heeft, gelooft spreker dan ook, dat de Raad goed zou doen om den toestand te laten zooals die nu is. Wethouder JUTEH wijst er op, dat de heer "'aider den Raaa een lijstje heeft voorgelegd van de behandelingen, waaruit men den indruk zou krijgen alsof het hier heel erg met deze ziekten gesteld zou zijn. Haar sprekers meening is dat echter erg over dreven. Vorige vergadering heeft spreker er reeds op gewezen, dat op de begrooting een post staat voor favusbestrijdingonder welke benaming geleidelijk aan ook verschillende andere ziekten gebracht zijn. V/at de favus betreft, zijn er in d^ze gemeente in 1928 3 ge vallen geweest en in 1929 slechts 1. Vanneer men die cijfers ziet, gelooft spreker toch wel,dat voor die gevallen van favus een bedrag van f.1000,niet noodig is. Men kan nu wel zeggen, dat voor dat bedrag ook verschillende andere ziektegevallen^ behandeld v/orden, maar dat is niet de bedoeling van de suosidie. Het is natuurlijk voor den gemeente-geneesheer wel heel ge makke lijk, als hij voor ieder geval een specialist heeft, maar dat is niet de bedoeling. Spreker beweert, dat de gewone huidziekten, zooals üie hier door den heer ./aider zijn naar voren gebracht, door iederen dokter kunnen worden behandeld.. Dr.Dikland als specialist en Dr.Keuss als geneesheer kunnen nu wel zeggen, dat dit niet zoo is, maar spreker noemt het dan toch een uitbuiten van de gemeentekas, ais overal maar naar specialistenhulp voor verwezen wordt. De VOORZITTER hamert. ,/ethouder JUTEH vraagt waar het wel in een plattelandsgemeente, waar geen specialist is, heen moet, wanneer een gewoon dokter de gevallen, als door den heer V/a ld er genoemd, niet zou kunnen behan delen. En de leden zullen het toch wel met spreker eens zijn,dat die hoofdziekten nog veel meer in de kleine gemeenteh voorkomen Daar worden ze door den dorpsgeneesheer behandeld eh waarom zou het dan hier niet kunnen. Spreker zou het dan ook juist vinden, dat deze post,, die onder valsche vlag op de begrooting staat, daar van verdween, en adviseert den Raad niet in te gaan op het voorstel van den heer Walder. De heer WALDER wijst er op, dat de gemeente-geneesheer toen zelf schrijft, dat hij voor verschillende gevallen een specialist zal noodig hebben. En als dat zoo is, dan zal het de gemeente heel wat meer kosten en is het beter den bestaanden toestand te handhaven. De VOORZITTER merkt op, dat B il juist van meening zijn, dat ieder dokter die gewone gevallen van huidziekten kan behandelen. De heer SCHEEFELAAR is van meening, dat toch ook dikwijls ge vallen voorkomen, welke een gewoon dokter niet kan behandelen. Men kan toch ook uit het schrijven van Dr.Keuss zien, dat de gtwor gevallen allemaal door hem zelf worden behandeld, maar dat alleen voor de bijzondere gevallen de hulp van een specialist wordt in geroepen. J De heer BECHT meent/dat de kwestie zou kunnen worden opgelost door een anderen naam aan den post te geven, ./anneer er zich al geen gevallen van favus voordoen, dan blijkt toch wel duidelijk, dat er hier in groote mate huidziekten heerschen, waarvoor meer dere malen een specialist noodig zal zijn. Het lijkt spreker dan ook het beste om met de opheffing van dezen post te wachten tot de di s t ric tsschoolar t sendi€ ns t er is. ^e t is in elk geval e er de ziekten direct te genezen dan later maatregelen te moeten 'i ■t H

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1930 | | pagina 41