- 18 - gemeente weer den tijd moest gaan meemaken, zooais die was voor deze subsidie gegeven werd. Wanneer wij die subsidie gaan in trekken, wordt het misschien met al die soorten van ziekten weer veel erger. En dan zouden we voor gevallen kunnen komen staan, dat we er specialisten voor moeten laten komen, wat de gemeente heel wat meer zou kosten dan thans aan subsidie werd gegeven. Zooals spreker reeds zei, zijn de gemeente-geneesheer en Dr.Sne tillage er dan ook op tegen om dit subsidie in te trekken. Bovendien is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de polykliniek voor deze behandeling niet meer beschikbaar woirdt gesteld, en we loopen dan groote kans, dat we weer terugkeeren tot den toe stand van voor 1921. Het is heel mooi om alles in het licht van bezuiniging te bschouwen, wanneer we dit bedrag ook weer kwijt r&ken op de begrooting, maar dat gaat naar sprekers meening nie op, wanneer zulks op den duur gaat uitdraaien op den gezondheids toestand der gemeente. Spreker stelt dan ook voor om den thans bestaanden toestand te bestendigen. Mevrouw BREEDVELT zegt zich in deze aan te sluiten bio ue meening van den heer Walder. Zij zou het een onverstandig besluit van den Raad vinden om deze subsidie in te trekken. De heer DlKLAND merkt op, dat oppervlakkig gezien, het voor stel logisch lijkt, waar de favus uit deze gemeente is verdwenen. Na echter de bij de stukken ter inzage gelegde brieven van de doktoren te hebben gelezen, betwijfelt spreker, of hier wel de goede v/eg v/ordt bewandeld. Het verwonderde spreker ook, dat er door B niet meer gegevens omtrent deze zaak ter inzage^ v/aren gelegd. Hij kan zich over het voorstel dan ook nog niet definitief uitspreken, maar zal eerst afwachten, welke motieven voor dit voorstel door B \7 nog zullen worden aangevoerd. De heer VRIENS zegt verwonderd te zijn, dat dit voorstel zoo plotseling gekomen is. De VOORZITTER interrumpeert, dat deze kwestie reeds een half jaar bij hem persoonlijK in onderzoek is. De heer VRIENS zegt, dat het voor den Raad toch plotseling komt. Naar aanleiding van dit voorstel zou spreker echter willen vragen, hoe het staat met de plannen voor een dis triets-school- ar tsendiens tDaar is indertijd al veel over gesproken en ge- schrevenen wanneer die dienst er was, zou misschien op andere wijze in de bestrijding van deze ziekten kunnen v/orden voorzien, en die subsidie vervallen. Als spreker hieromtrent nadere in lichtingen verkregen heeft, zal hij beter zijn houding kunnen bepalen ten opzichte van het voorstel van B W, dat hem voor alsnog nie t juist lijkt. De VOORZITTER wijst er op, dat deze zaak geheel vanhem per soonlijk is uitgegaan en door hem aan de orde is gesteld. Zooals de leden weten, betreft het hier uitsluitend schoolgaande kinde ren. Het Burgerlijk Armbestuur, waarover de heer v/ald.er het had, heeft er du3 niets mee te maken. Door den heer /aider zijn er ook verschillende andere ziekten bijgehaald, maar daar gaat het hier niet om. De subsidie, v/elke indertijd is toegestaan, betroi alleen de bestrijding van favus. Men heeft er later geleidelijk a.an ook andere huidziekten ondergebracht, maar dat was toch eigenlijk niet de bedoeling van het besluit van den Raad. In de verschillende gemeenten?waar spreker geweest is, heeft hij deze zaak behandeld of helpen behandelen en het was daar juist andersom dan hier. In deze gemeente worden de kinderen maar direct door een specialist behandeld, terwijl in andere gemeenten de kinderen door het schoolhoofd of den schoolarts naar den huisdokter worden verwezen. En zooals het hier gebeurt wordt deze laatste maar steeds uitgeschakeld. Om deze zaak nu in het goede spoor te leiden, heeft spreker het voorstel gedaan, dat thans aan den Raad is voorgelegd, spreker is het er mee eens, dat men het belang der kinderen niet mag verwaarloozen maar dat is ook niet ae bedoeling. Het gaat er alleen maar om, dat men de gemeente niet moet laten opdraaien voor kosten, die eigenlijk door de ouders zelf moeten v/orden betaald. Men moet de zaak niet omdraaien zooals hier, maar eerst moet de school arts de kinderen zoo noodig naar den huisdokter verwijzen en pas in laatste instantie komt de specialist. Men moet maar niet denken: de gemeente is er goed voor. Spreker wil den mistoestand, welke hier bestaat, uit de v/ereld helpen, en hij ziet niet in, waarom het hier niet zou kunnen gaan als in andere gemeenten. I

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1930 | | pagina 22