6 fGedeputeerde Staten van Hoordbrabant's Hertogenbosch 12 Februari 1930, ~G.hr. 50. Goedkeuring van het raadsbesluit van 31 Januari 1930 tot wijziging van het raadsbesluit van 31 October 1929 tot goedkeuring van den open baren verkoop van boomen. gGedeputeerde Staten van Noordbrabant's Hertogenbosch 12 Februari 1930, G.nr.51. Goedkeuring van het raadsbesluit van 31 Januari 1930 tot het ver pachten van grasgewassen aan den Havendijk en daaraan grenzende bermen, benevens aan de taluds van het riviertje "De Zoom" met aangrenzende wegen. h. Gedeputeerde Staten van Noordbrabant, 's Hertogenbosch 12 Februari 1930, G.Nr.52.' Goedkeuring van het raadsbesluit van 31 Januari 1930 tot het over nemen van strooken grond, gelegen vóór de rooilijn. 1Gedeputeerde Staten van Noordbrabant's Hertogenbosch 12 Februari 1930, G.Kr.53. Besluit tot verdaging der beslissing omtrent de goedkeuring van het raadsoesluit van 31 Januari 1930 tot het aangaan van een geldleening groot f.200.000.-- jGedeputeerde Staten van Hoordbrabant, 's Hertogenbosch 19 Februari 1930, G.Nr. 27 5. Goedkeuring van het raadsbesluit van 31 Januari 1930 tot het aangaan van een geldleening groot f.200.000,-- Gedeputeerde Staten van Hoordbrabant, 's Hertogenbosch 12 Februari 1930, G.kr 270. Mededeeling dat zij bezwaar hebben hunne zienswijze kenbaar te maken omtrent de algemeens vraag, hoever de beheersbevoegdheid van het College van Regenten van het Algemeen burger Gasthuis zich uitstrekt. De heer VRIERS zou graag den brief van Gedeputeerde Staten zien voor gelezen, Spreker herinnert zich, dat vroeger Gedeputeerde Staten zich wel op een desbetreffende vraag over die kwestie hebben uitgesproken. De VCORZIDTER merkt op, dat de brief bij de stukken ter inzage heeft gelegen en dus alle leden er kennis van hebben kunnen nemen, zoodat spreker voorlezing overbodig vindt. De heer VRiENS zegt zich daar vel mee te kunnen vereenigen. Spreker wil echter ten aanzien van deze kwestie nog opmerken, dat het z.i. niet juist is, dat Gedeputeerde Staten zich verschuilen en hier geen defini tief antwoord geven op de goed omlijnde vraag omtrent de bevoegdheid van he. College van Regenten,tot verkoop van eigendommen van het Gasthuis. Deze kwestie is ook in den Raad reeds meermalen ter sprake geweestzonder men het echter eens is kunnen worden. 'Jaar echter klaarbli j keli i k Gedeputeerde Staten wel bereid zijn een dergelijke vraag te beantwoorden wenschhbi- Vaft?Gt College van Regenten uitgaat, zou spreker het wel enscholij k achten, wanneer men op die manier alsnog trachtte een uit spraak te verkrijgen. r^?LlC0RZIFSRnfrkt op' dat UGn toch niet kan verwachten, dat het bisten fGdGputeGrde Stelten zich gaat opwerpen, als een College van doei ?astï°TpS?e"n iV" hGtgGGn hGt College van Regenten kan en mag d4 hoerreglement, dat door den Raad is vastgesteld, v, Z0U h WGl GGn uitspraak van Gedeputeerde Staten in steed-^he^s-t1^31 £e°b°iv' -omeer waar zij bij vroegere gelegenheden worden, anapunt nebben ingenomen, dat de Raad daarin gekend moest Jethouder JUTEN gelooft toch,, dat de heer Vriens zich hierin vergist SdeXeïdfsS'eftSh da' genten vergunning tot verkoopZn ippqR II f f kr°e0n» in tegenstelling mot het advies van Burre meester en ,,'cthpuderslok bij den verkoop ?an een hofstede ocmgeS tiid werdanAThof.JheJlhh' G°hDut33rde met gekend, doch Be hee° vb™ ,'"g6 raa ^rsacMostoron v/ethoudors. anders ishan h°W te veïkoopap 'den^érk^ h" d0 bo<l°»lin6 was do stichting staan. Tan hot Sdoow bleef de stichting nog bef toevSdigd1hee^b*erZsn?he?'zontinnm00ld ^deputeerde Staten hou niet willen hebber,," sPr-ker «>u Gestie toch wol eon uitspraak heid woer^m^tflaan^^idepSoirdehtotM.013 *30t aanSologen-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1930 | | pagina 42