- 12 - liet is te be treurendat het ledental zoo gering is,want in een stad als Bergen op Zoom zou dat heel wat grooter kunnen zijn. De middenstand schijnt echter zijn eigen belang niet te begrij pen en daarom hoopt spreker, dat de openbare behandeling van deze aangelegenheid in den Raad tot gevolg zal hebben, dat vele belanghebbenden zullen inzien.dat er een belang voor hen op het spel staat en dat velen gehoor zullen geven aan den roep om als lid dezer vereeniging toe te treden. Het bestuur van de concours hippique vereeniging komt ook niet voor zijn plezier bij de gemeente om een subsidie van f.1000,-- aankloppenen het kan hem ook betrekkelijk weinig schelen, of de gemeente al of niet tot het verleenen van die subsidie zal overgaan. /anneer men echter het concours hippique wil behouden, zal de Raad die f.1000, moeten toestaan.üen moet ook niet vergeten.dat door het geven van die f.1000,subsidie, de gemeente allereerst ook weer ruim f.400,-- aan vermakelijkheidsbelasting terugkrijgt.Met deze subsidie te verleenen, handelt de gemeente dus niet anders dan in haar eigen belang, en dit komt aan de geheele gemeenschap ten goede, ,/anneer men goede zaken maakt en een stootje kan lijden, kan men ook weer gemakkelijker belasting betalen en naar sprekers meening,zal belastingverlaging door het geven van deze subsidie niet worden tegengehouden. Het voorstel van oen heer Simons acht spreker funest, daar dan het gemeentebestuur treedt in de rechten van de vereeniging. het gaat hier om de vraag,of we subsidie zullen geven of niet,en wanneer spreker het te zeggen had,dan kan men naar zijn meening nog beter f.500,geven zonder eenige nevenbepaling, dan f.1000,- volgens het voorstel van den heer Simons.Het bestuur organiseert het concours hippique tegenwoordig op een wijze,dat geen be zuiniging meer mogelijk is en daarom acht spreker het voorstel van den heer Simons een kaaksl&g in het gezicht van dat bestuur. Spreker weet trouwens,dat het voorstel van den heer Simons niet uit zijn eigen koker gekomen is, doch van iemand anders. De VOORZITTER hamert. De heer BEOHT zegt, dat het toch zoo is en dat het veel erger is,dat het uit dien koker gekomen is. Spreker zal er verder niets over zeggen. De heer MUSTERS is van meening dat,als op tweeden Pinksterdag er geen concours hippique zou zijn, het even druk in de stad zou zijn als wanneer die wedstrijden wel gehouden worden. Ook op tweeden Paaschdag heeft men kunnen constateerendat de wieler wedstrijden op de Raayberg heel wat menschen naar de stad ge trokken hebben en daar die ook op tweeden Pinksterdag weer ge houden wordenzuilen die ook dien dag weer heel wat belangstel ling trekken. Spreker zegt, dat 80$ van de bezoekers op die dagerï naar Bergen op Zoom komen voor den Raaybergterwij 1 de overigen meest komen voor de bals en andere vermakelijkheden. Zooals blijkt moet bij het concours hippique ieder jaar geld bij en dau.r moet toch een oorzaak voor zijn. Als spreker daarvoor een oplos sing zou moeten zoeken, dan zou hij zeggen, of het bestuur deugt niet,of het concours hippique is uit den tijd,en wanneer dit laatste het geval is,dan kan men wei op alle mogelijke wijzen trachten het in het leven te houden,maar men zal er dan toch niets mee bereiken,dan dat er veel geld aan uitgegeven wordt zonder eenig profijt. Het concours hippique wordt over het algemeen nog slechts bezocht door de beter gesitueerden en dient nog hoofd zakelijk tot vermaak voor de heeren officieren. Spreker vindt het verkeerd om voor het behoud daarvan de centen der belastingbetalers te gebruiken en daardoor de menschen van de Raayberg af te trekken en den exploitant daarvan op die manier een strop te bezorgen. Ook de landbouwers hebben zich hoe langer hoe meer van de paarden sport teruggetrokken, omdat, naar spreker zegt, voor hen bijna geen prijzen meer beschikbaar worden gesteld en daarentegen de prijzen voor de heeren officieren steeds hooger werden gesteld. Spreker is niet tegen het verleenen van subsidie wanne er men daarmede i

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1930 | | pagina 102