g: - 11 - aantal nog veel grooter zalworden. Zoodra de aanbesteding bekend was, heeft spreker bij zich gehad de heeren Coppens en Hazen,die hem er op we zen,dat men de boomen zou moeten gunnen aan den heer Franken,die bereid Mi as om hetzelfde bedrag te geven als de hoogste inschrijver en daarenboven het werk zou laten verrichten door werkloozen uit de ge meente. Coppens zou alle boomen mogen ver voerenterwijl H«*zen ruim 4 maan den werk zou hebben met het zagen der boomen tot planken. Waar hier ver schillende werkloozen te werk gesteld zouden kunnen worden,heeft spreker bij Burgemeester en Wethouders gedaan weten te krijgen,dat deze zaak in den Raad kwam. Het is voor spreker persoonlijk van geen enkel belang, welke beslissing de Raad neemt,doch spreker heeft gemeend,dat het met bet oog op de te verwachten groote werkloosheid zijn plicht was om te doen zooe.ls hij gedaan heeft, en den Raad hiervan op de hoogte te stellen. De heer MUSTERS zegt, dat het hier niet gaat om de werkloozendoch om het principe. Spreker zou het ook be treurenwanneer het werk buiten o e stad zou gaan,en daarom meent spreker,dat aan den hoogsten inschrijver kon worden gevraagd, of hij bereid is de aan die boomen te verrichten werkzaamheden te laten doen door Bergen op Zoomsche werkloozen. In af wachting van het antwoord kan dan de gunning zoo lang worden aangehouden. Wethouder KIESE merkt op,dat het de eerste 25 jaren waarschijnlijk wel niet meer zal voorkomendat zulk een groot aantal boomen door de gemeente worden verkocht,en er dus niet veel g-eva&r zal bes taan,dat een volgenden keer andere inschrijvers niet meer zullen inschrijven. Wat het voorstel van den heer Vxiens betref taangaande het houden van een nieuwe aan be s te dingis spreker van meening.dat zulks neerkomt op mar- aküanceeren en daar is spreker niet voor te vinden. De heer WALDER is van meening,dat door het voorstel van Burgemeester en Wethouders de werkloozen wel eenigermate zouden worden geholpen,maar dat men daarop toch niet kan ingaan. Wanneer men de arbeiders had willen helpen,had men die voorwaarden in het bestek moeten opnemen,dan had iedere inschrijver geweten waaraan hij zich te' houden had. Spreker noemt het een fout van het Dag.Bestuurdat men niet aan het stellen van derge lijke voorwaarden heeft gedacht en het gae. t niet aan om door achterklap te probeeren die fout te verbloemen. Haar sprekers meening is de gemeente zedelijk verplicht de boomen te gunnen aan den hoogsten inschrijver, spreker hoopt echter,dat in het vervolg dergelijke bepalingen in de voorwaarden zullen worden opgenomen Wethouder KIEEE wijst er op,dat door het opnemen van dergelijke bepa lingen de prijzen gedrukt worden. De heer WAEDER zegt het toch de beste weg te achten. Spreker vindt het verkeerd om door achterklap,want zoo noemt spreker het later aanbieden ven voorwaarden, te trachten iets te bereiken. De belanghebbenden hebben van hun standpunt bezien .natuurlijk het recht om zulks te probeeren, maar de overheid mag daaraan niet meewerken en moet rechtvaardig handelen. Naar sprekers oordeel kan hier dan ook niet anders dan aan den hoogsten inschrijver gegund worden. Wethouder KIEEE zegt,dat de Raad dan maar niet aan den ingezetene moet gunnen en de Bergsche arbeiders den maar als werkloozen moeten toe zien De heer WAT,DER aeent.dat de heer Kiepe daarvoor toch niet boos behoeft te worden. V/ethouder KIEEE zegt zulks ook niet te zijn. De heer WALDER zegt de voordeelen wel in te zien,welke voor de werk loozen uit d6ze zaak te halen zouden zijn,doch dat neemt niet weg:,dat de eemeente in deze zedelijk verplicht is aan den hoogsten inschrijver te gunnen Wethouder KIEEE merkt op,dat de heer Walder toch ook wel weet,dat hij het geheele jaar door objecten verzamelt voor de werkverschaffingen nu spreker dacht weer wat werk voor de werkloozen te hebben,had spreker toch allerminst verwachtda t er van de zijde van den heer W«»lder,aie altijd voor de arbeiders wil opkomentegen kan ting zou zijn gekomen tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Overigens laat deze zaak sgreuer kcud.en wil hij er hog slechts op wijzen,dat men niet met ver wijten moet komen,wanneer er in den winter niet voldoende werk voor ae werkloozen zou zijn. De heer DIKLAND meent,dat men hier toch al heel weinig rekening houdt met de practijk bij koop en verkoop in het gewone leven. Immers wanneer en particulier in het openbaar een huis laat verkoopenneemt hij na de „efinitieve afmijning nog steeds een of twee maal 24 uren beraad omtrent "e gunning. En wanneer er in dien tusschentijd iemand komt,die bem onderhands meer zou geven of betere waarborgen,dan denkt hij er niet aan mi het aan iemand anders te geven dan aan dezen laatste. Het komt spreker voor, dat een dergelijk geval zich ook hier voordoet. Wij hebben boomen

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1929 | | pagina 90