8.
willen vragen,of nu ook het oogenblik niet gekomen is om,waar nog
steeds over dat besluit tot meerder verhaal de strijd gaande is tus-
schen het gemeentebestuur en het College van Ged. Staten .hieraan een
einde te maken en op dat besluit terug te komen. Gezien de omstandig
heden .waaronder dit gebeurt, zou spreker daarin absoluut geen schande
zien voor den Raad. Spreker doet daarom het voorstel om het besluit
tot heffing van pensioensbijdrage in te trekken en dit weer terug
te brengen op 3-^. Wanneer dit voorstel wordt aangenomendan gelooft
spreker,dat het niet noodig zal zijn op het voorstel van den heer
Waluer m te gaanomda t de ambtenaren naar sprekers meening zeer zeker
tevrecen zullen zijn,wanneer de oude toestand wordt hersteld.
De heer SCKEEEELAAR merkt op,dat indertijd besloten is tot ver-
hooging van het percentage van de pensioensbijdrage. Spreker is daar
geen voorstanders van geweest,doch nu het besluit eenmaal genomen is,
zou spreker eerst c;e uitspraak vein de Kroon willen afwachtenvoordat
een ander besluit wordt genomen. Spreker zou dit verzoek dan ook niet
willen verwijzen naar de Permanente Commissie ,maar wanneer de Raad in
het gelijk zou warden gesteld en de pensioensbijdrage zou worden ge-
haniJng,afg 0p 8-g-^.kan men hier nog nader op terugkomen.
De heer 3ECHT zegt het eens te zijn met het voorstel van Burfce-
meester en Wethouders. Toen het besluit tot hooger verhaal genomen
werd,was spreker daar op tegenof schoon spreker van meening is, dat
iemand die pensioen wil he bben .daarvoor ook moet betalen. Spreker zou
thans den bestaanden toestand willen handhaven en de uitspraak van de
Kroon willen afwachten. Men zegt nu wel,dat er een batig saldo van
f.116000,-- zal zijn, doch dat is nog niet bewezen en bovendien zullen
yan dat bedrag nog wel veel schulden af moeten. Ntó,r sprekers meening
is het de beste weg om de Qj[% pensioensbijdrage te handhavenmaar
daartegenover de salarissen te herzien.
Wethouder JUTEN merkt op,dat de Raad eigenlijk een beetje aan het
afdwalen is. Immers aan de orde is momenteel het verzoek van den Ned.
Bond van Gem.Ambtenaren om premie-vrij pensioen. Wanneer spreker over
cj-at verzoek iets zou willen zeggen,dan is dat op de eerste plaats.dat
ueze Bond naar sprekers meening .hiermede aan het spotten is met den
Raad Er is door den Raad een besluit genomen tot meerder pensioens-
yerhaal.en terwijl de kwestiewelke hierover is ontstaan,nog hangende
is.komt deze Bond met een verzoek om premie vrij pensioen. Voordat de
Raad zijn vorig besluit nam, is ook de Permanente Commissie gehoord,en
nu zou de Raad door dit verzoek gedwongen worden om weer naar die
Commissie te gaan. Spreker meent,dat het niet aangaat.dat men elk
oogenblik met eem dergelijk verzoek tot den Raad komt. Wat nu den
inhoud van het verzoek be tref t .hebben verschillende leden er reeds
op gewezen,dat daarin vermeld wordt,dat de gemeenterekening 1928 een
batig slot heeft van f.116000,--. Het is echter de vraag,of zulks
juist is, daar volgens spreker daarvan nog niets bekend is. En wanneer
het al waar mocht zijn,dan is spreker van meening,dat deze cijfers
aan den Bond verstrekt zijn door de ambtenarendie er allicht iets
meer van kunnen weten. Er zal echter nog moeten blijken,of ze juist
zlJn,wat spreker be tv/ij feit. Wanneer men verder den toestand der
gemeentefinanciën goed nagaat,dan is volgens spreker de ijzeren nood-
zaok .w&arover dsor verschillende leden gesproken is, nog steeds aan
wezig en spreker betwijfelt zeer sterk,of men zulks vein den Bosch uit
eoord-eelen. Spreker is van meening,,dat een belastingheffing van
yè nog veel te hoog is, behalve dan nog de 100 opcenten op de Rijks-
inkomstenbelasting. Het verzoek van den Bond komt naar sprekers
meening op een zeer ongunstig tijdstip en zooals spreker reeds meer
gezegd heeft,naken Ged.Staten hier van een omweg gebruik om een
besluit niet goed te keuren,waar ze niets over te zeggen hebben.
Spreker gelooft dan ook,dat het de beste weg is om het voorstel van
Burgemeester en Wethouders aan te nemen en verder de uitspraak van
de Kroon af te wachten. Mocht de Raad don in het gelijk worden gesteld,
dan kan op dit verzoek altijd nog: worden teruggekomen.
De heer WALDER acht het heel goed begrijpelijk,dat de Bond juist
nu met dit verzoek gekomen is, waar ze uit de pers vernomen hebben,
dat de gemeenterekening een dergelijk batig saldo oplevert. Ook
spreker had daaromtrent reeds een en ander gehoordofschoon hij van
net juiste bedrag ook niets wist. Spreker gunt den "Wethouders natuux-
graag het genoegen,dat ze het zoover hebben weten te brengen,dè.t
er zulk een batig slot is,en merkt op,dat de ambtenaren toch eigenlijk
veel kunnen aan of af doen aan den gunstigen stand der financien.
'j
I
v