- 29 -
gevaarlijker zijn voor het vervoer, dan meent spreker, dat het veel
"beter zou zijn geweest, wanneer ook dit perceel voor dat kleine ver
schil in prijs zou zijn gegund in Zweedsch graniet.
De VOORZITTER wijst er den heer Vriens op, dat hierover niet meer
gepraat behoeft te worden, daar B W hem hierin in het gelijk hebben
gesteld. Er is gehandeld overeenkomstig het advies van den heer Vriens
en hot perceel is niet gegund aan de firma van Dijck. Deze heeft na
te mededeeling daaromtrent van den Dienst van Gemeentewerken, schrifte
lijk verklaard van de gunning af te zien.
Do heer VRIENS wil naar aanleiding van de opmerking van don heer
Juten over de grootheid van de firma van Dijck hierover dan toch wel
iets ze gen. Spreker zegt, dat de heer Juten meermalen heeft Oozeed,
dat deze firma, -die onder de beste dient gerekend te worden, nooit
iet:, terug neemt, wanneer ze eenmaal iets heeft besloten. Spreker meent
echter, dat die firma zich hier toch al zeer kleinzielig heeft etoond.
Spreker wil er Burgers ester en Wethouders geen verwijt van maken, maar
wil er toch de aandacht op vestigen, dat de firma van Dijck van de
eene gunning afziet, omdat ook een ander perceel niet aan haar wordt
opgedragen.
De heer UALDER vraagt, of bij het Dag.Bestuur en bij den Dienst
van Gemeentewerken de kwestie van Zweedsch graniet of Quenast keien
wel, eens onder het oog gezien is. Spreker weet wel, dat toen hij nog
li dn was van de Provinciale Staten, daar ook meermalen die kwestie aan
de orde kwam en dan door de deskynfifLgen steeds Iwoedsch graniet boven
dc Quenast werd verkozen.
"ethoudcr JUTEN zegt, dat de deskundigen het over de kwestie van
Zweedsch raniet of Quenast nog niet eens zijn. In de gr>ote s te der.
en ook in Rotterdam werden jaarlijks millioenen Qeunast keien gele d.
Het is "best mogelijk, dat op andere plaatsen weer aan Zweedsch graniet
de v „-or keur wordt gegeven. Spreker is het echter met den heer Vriens
eens, dat voor hellende straten en met het oom op een druk vervoer
Zweedsch graniet beter is.
De heer VRIENS begrijpt dan niet goed, waarom hier in 3ergen-op-
Zoow, waar zooveel hellingen zijn, geen Zweedsch graniet wordt gebruikt.
De voerlieden hebben bij het aanzetten van hun paarden op bestrating
van Quenast veel meer moeite dan op bestrating van graniet. Bovendien
is het leggen van le keien een voorname factor. Men~kan de keien zoo
leggen, dat er in een M2 veel minder keien gaan dan het eigenlijk
mo et
De heer UAL DER wijst hierbij op het Hamplein.
Dv heer SCHEFFELAAR merkt op, dat de heer van Dijck, voor de in chr -
ving naar de bestratingswerken, daarbij niet van te voren op kon reke
nen, dat quenastkeien gebruikt zouden worden en dus daarom hiervoor
niet voor deel iger inschreef, omdat er dan minder stuks in de M2 zouden
gaan.
Spreker maakt van deze gelegenheid gebruik om nogmaals te wijzen
op het verkeerde standpunt dat de Gemeente inneemt ten opzichte van
de ze aa.no e st e di ngen
Spreker is er altijd een tegenstander van geweest om vo .<r alles
apart in te laten schrijven, waardoor volgens spreker de Gemeente niet
voordeeliger uit is.
Immers wanneer dc eene firma het bestratingswerk moet doen en do
anfero firma leverantier is van het materiaal, zal men altijd vooe
verrassingen of moeilijkheden komen te staan. Spreker hoopt dat hieri;
verbetering wordt gebracht.
De heer VRIENS is het in deze niet met den heer Schcffelaar eens
en vindt hot heel goed, wanneer een gesplitste aanbesteding wordt
gehouden.
..ethouder JUTEN zegt, dat ^het in het bestek er zoodanig in voorzie.,
was, dat en voor het geheel en gesplitst kon worden ingeschreven.Voor
hex geheele werk kwamen echter geen inschrijvingen in.
s De heer SGHEFFELAnR blijft van meening dat bij inschrijvingen op
deze wijze de gemeente wel degelijk nadeelig uit is. Spreker is daarvai
overtuigd al zegt de heer Vriens dan ook dat het niet zou is.
Do VOORZITTER merkt op, dat met de opmerking van den heer Scheffe-
laar zeer zeker rekening zal worden gehouden.
Dc heer VRIENS is toch van oordeel, dat de meening van den heer
Scmuficlaar in deze niet juist is. Spreker acht perceelsgewijze in
schrijving het beste en voordeeligst voor de gemeente omdat men daar
door meer concurrentie krijgt. Als men inschrijft voor het werk en