De VOORZITTER gelooft, dat als de heer Vriens 100 klokken in huis heeft en men komt hem er nog een brengen,hij dien man toch wel met klok en al zal buiten zetten. De heer VRIENS zegt,dat hij hgm dan nog aanneemt. Voor wat het aan brengen van die gratis brik betreft,zou spreker nog willen opmerken, da± daar gewoonlijk van alles onder zit en niet altijd zoo geschikt is als ondergrond voor de straten. Men zou daardoor wel eens groote onkosten aan de straten kunnen krijgen. Vethouder JUTEN wijst er nog op,dat men honderden karren brik heeft gereden van de afbraak van het St.Catharinagesticht aan de Vischmarkt naar de Le Gra,ndstraa t. Dat was allemaal goede brik, welke de gemeente geen cent heeft gekost. De heer ERUIZE zegt,dat de beste brik van die afbraak aan de V'sch- markt niet naar de domeingronden gebracht is,maar naar den dijic. De gemeente heeft van dat werk niets gehad dan wat rommel en zand. De VOORZITTER zegt dit beslist te moeten tegenspreken De heer KRUIZE zegt,dat men dan maar eens aan den havendijk moet gaan kij ken De VOORZITTER merkt op,da.t de gemeente altijd brik v/il hebben, wanneer zij die geheel gratis kan krijgen. Van de bewering,dat d.e gemeente schelde zou hebben geleden in deze zaak, is na&r sprekers meening echter niets gebleken. Spreker stelt dan thans voor de vergadering te schorsen tot des avonds acht uur, teneinde alsdan verder te gaan met de behandeling der interpellatie Hiermede gaat de Raad accoord.en schorst de VOORZITTER de vergade ring. Om acht uur des avonds wordt de vergadering door den VOORZITTER he ropend Afwezig zijn de heeren Dikl and, Loos en Becht. De VOORZITTER stelt aan de orde punt 4 der interpellatie en geeft daartoe het woord aan den heer Vriens. De heer VRIENS wil.alborens daarmede te beginneneerst enkele v/oorden terugnemendie hij in de middagvergadering heeft gezegd. Spreker bedoelt zijn woorden,als zou de Burgemeester loopen aan den leiband van iemand anders in deze gemeente, Spreker zegt,dat die woorden hem in zijn drift ontvallen zijn en hij ze thans intrekt. Spreker zegt er spijt van te hebben,die woorden te hebben geuit. De VOORZITTER zegt,dcat het hem verheugt, dat de heer Vriens die uit lating diezooals de heer Vriens zelf wist,in strijd met de waarheid was,heeft teruggenomen. Spreker vindt het zeer ridderlijk,dat de heer Vriens thans die fout herstelt. Die woorden hadden spreker erg ge rie temeer daar de heer Vriens wist,dat zooals spreker ook reeds bij zijn installatie gezegd heef tspre ker zich gesteld heeft boven alle partyen Spreker heeft dat tot heden steeds gedaan en zal dat ook blijven doen, al moesten de steenen er af vallen. De heer VRIENS gaat dan over tot punt 4, de aanbesteding voor een gesloten wegdek aan den Ooster-Boulevard en Korte Parkstraat. Wanneer ik hierover begin te spreken,dan moet ik zeggen,dat ik mij den vorigen keer heb vergist in den naam van de firma,welke niet was de firma Zaanen,maar moest zijn de N.V.Teermacadam te Den Haag. Overi gens meen ik zeer duidelijk geweest te zijn,maar B W hebben getracht docr een lang betoog hun handeling goed te pratenhetgeHn hun volkomen is mislukt. Spreker zal trachten deze handeling bij de gehouden aan besteding aan het licht te brengen. In de eerste plaats dient te woric. opgemerktdat de opgave van den heer van Dijck als ingezetene der gemeente 5 dagen later inkwam dan van de firma buiten de stad,die voor een gelijken prijs inschreef. Spreker heeft reeds herhaalde malen be merkt dat, indien een cijfer aan meerdere personen bekend is,dit geen geheim meer is en het daardoor niet onmogelijk is,dat het ook aan be langhebbenden bekend wordt. Als gevolg daarvan is eenigen tijd geleden dooi den Aannemersbond dor. ook een schrijven gericht aan de architecte waarbij deze er op wijzen.dat zij niet meer zullen inschrijvenzoo de opening der biljetten niet in het openbaar geschiedt. Spreker wijst bovendien naar de bepaling bij inschrij vingendat de biljetten zullen worden gestoken in een bus,die voorzien is van twee ongelijk werkende slotenwaarvan de eene sleutel berust bij den aanbesteder en de andere bij den architect. Dese voorzorgsmaatregel duidt voldoende aan,hoe ook door het Rijk is ingezien geworden, dat inschrijvingen behoorlijk ge schieden moe ten, waar ook voor den Rijkswaterstaat deze bepalingen zyi ,i «4 -

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1929 | | pagina 103