16. worden om in evenredigheid bij de dragen in de kosten van ver be tering,dan zou spreker er geen bezwaar tegen hebben om tot die verbetering over te gaan. Deze wegen zijn echter niet in orde te brengen met een paar karren koolgruia en steenpuin.Men kan den weg daarmede wel gelijk en mooi maken, maar zoodra er eenig verkeer op komt,komen er gaten en putten in en wordt de weg weer slechter dan ooit. Wanneer die weg dus verbeterd zou worden, moet het een goede verbetering zijn en geen half werk,waar men tenslotte toch niets aan heeft. Mijnheer de Voorzitterik dank U. De heer DE JONG: Mijnheer de Voorzitter, ook ik wil gaarne van de gelegenheid gebruik maken om bij de algemeene beschouwingen een en ander naar voren te brengenbooral waar ik voor enkele onderwerpen de gelegen heid daartoe nog niet gehad heb, omdat ik buiten de stad ben geweest. Er is an onze gemeente een scheeve verhouding ontstaan na de verkie zingen en de reactiewelke daarop volgde van katholieke zijde. Men zal zich herinneren.dat bij de verkiezingen voor den gemeenteraad de R.K. Stadspartij 6 zetels kreeg tegen 7 van de R.K.StaatspartijDeze laatste heeft het toen oir baar geacht niet alleen de 7 menschen.die gekozen waren, terug te trekken,maar om zelf6 de geheele lijst terug te trekken. Bij mijn weten is zoo iets in Nederland nog nooit vertoond en naar alle zijden heeft het dan ook een dwazen indruk gemaakt. YYat de R.K.Staats par tij toen heeft gedaan was onredelijk en in politiek opzicht ook onzedelijk. "Wanneer men zich waagt aan een verkiezing,moe t men den uit slag ook aanvaarden. Door op deze wijze te werk te gaan heeft de Staats partij een klap gegeven in het aangezicht van de kiezers; ze heeft een onvergeeflijke fout begaan,die ieder democratisch denkend mensch zal afkeuren. De meerderheid,die nu in den Raad zit,be stuurt niet krachtens den volkswil,maar tengevolge van de eigenwijsheid en de onverantwoorde lijke handelwijze van hun tegenstanders,die hun ge loo f sgenoo ten zijn. De meerderheid bestuurt de gemeente dus omdat zij wel de consequenties heeft aanvaard van de verkiezingen en den nasleep daarvan. De toestand is nu zoo dat,wanneer de gemeente goed bestuurd wordt,men dit des te beter kan noemen,doch wanneer de gemeente slecht bestuurd wordt,komt dit voor rekening en verantwoording van lijst 2. In ieder geval is hieruit een zeer ongezonde politieke toestand ontstaanwelke een gevolg is van de slechte politieke moirali teit in Bergen op Boom, en hetgeen hieruit volgt, draagt dikwijls verder,dan men oppervlakkig zou vermoeden. Een voorbeeld vindt men in den voorgenomen verkoop van het Gasthuis. Spreker vindt thans de gelegenheid hier eens iets nader over te zeggen, omdat hij afwezig is geweest bij de bespreking van deze kwestie. Volgens mijn inzicht - en ik geloof dat men het daar langzamerhand over eens wordt - is het Gasthuis ontegenzeggelijk een gemeentelijke instelling. Ook de Wethouders moeten daarvan overtuigd zijn.waar zij van hun inzicht bij vroegere gelegenheden in 't openbaar blijk hebben gegeven. De regen ten nu besturen het gasthuis namens de gemeente, zij worden door den Raad benoemd en besturen dus namens dezen. Zij houden een nauwkeurig toezicht op de uitoefening van de werkzaamheden en kunnen op verbetering aandringen waar zulks noodig lijkt. Bij de laatste wijziging in de samenstelling van het College van Regenten is sprekers partijgenoot tot regent benoemd,maar nauwwlijks was hij regent of men was beangst over de wisseling van politieke invloeden. Naar mijn meening is het wel eens goed,dat een dergelijke wisseling plaats heeft,omdat dan voortdurend toevloeiing van niejiw bloed kan plaats vinden. Een ziekenhuis is geen politieke instelling en er hebben geen kapitalistische agitaties plaats, terwijl de regenten verantwoordelijk zijn tegenover den Raad. Wanneer dus zoo'n regent zelf gemeenteraadslid is,kan hij daarmede volstaan. Zoodra na de verkiezingen de politieke toestand in den Raad veranderdewerd reeds een verzoek ingediend om het reglement van het Gasthuis te wijzigenwelk verzoek direct vergezeld" ging van een dreigement,dat,wanneer ze hun zin niet kregenandere maat regelen genomen zouden worden. Men dreigde met niet meer of minder dan den bouw van een eigen ziekenhuis dat concurreerend zou optreden tegen het algemeen gasthuis. Gezegd werd,dat degenen,die als verpleegsters in het Gasthuis optreden,baas in eigen huis wilden zijn. Dit is een zeer betrekkelijk verlangen. Men kan ook zetbaas zijn en als zoodanig heeft men zich natuurlijk naar diverse bepalingen te regelen. De reglements wijziging heeft men echter niet doorgevoerd kunnen krijgen, de Raad ie althans zoo verstandig geweest er niet in dien vorm op in te gaan. Aan het dreigement,dat inhield een keus tusschen verkoopen van het gasthuis of de stichting van een concurreerend ziekenhuis, is in tusschen gevolg gegeven. Deze kwestie is nu bekokstoofd door de regenten. Ik noem het bekokstoofd omdatwanneer men ruiterlijk te werk was gegaan, j ii X '•i

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1929 | | pagina 100