30.
stellen en men niet mag veronderstellen,dat de meerderheid van B .7
de zalcen anders voorstelt dan volgens haar ov r tui ging in het gemeente
belang is. Spreker is het met die meening der meerderheid echter niet
eens. Bezuiniging en bezuiniging is twee en hier komt een bezuiniging
die tot krenterigheid ontaardtniet van pas. Voor een functie als
waarvan hier sprake is,acht spreker het werkelijk een gemeentebelang
als we een bekwaam man krijgen. In het vrije bedrijf kijkt men ook
niet op een paar centen om een bekwaam man te werk te stellen en men
doet dat geenszins uit pra; ,1 zucht, maar wel degelijk omdat men daar
het belang ven het bedrijf inziet. Spreker gelooft niet, dat het ver
standig is naar een nabijliggend voordeeltje van een paar duizend
gulden te grijpen,wanneer v daar later veel duurder ipse uit zullen
blijken te zijn. Spreke:' bl-.jft bij zijn over tuiging,dat er bij Open
bare V/erken een directeur-ingenieur moet zijn en dat we moeten trach
ten om dezen dan te behouden.
De heer WALDER zegt ook gebleven te zijn bij zyn oorspronkelijk
idee om de minderheidsneening te steunen. Spreker wenscht niet meer
mee te werken aan den in dezen reeds afgelegden weg,waaroy de ingeni
eur onder den Hoofdopzichter moest staan, zooals dit bij den heer van
Goor het geval was. Men begrijpt toch wel,dat zoo iemand zijn eigen-
waarde gekrenkt voeltwanne er hij als man der wetenschap en van kennis
geplaatst is onder een Hoofdopzichter.Het is naar sprekers meening^
geen juiste toe stand,wanneer men bij een dienst eerst een Hoofdopzich
ter heeft en dan een ingenieur enz. Op de eerste plaats moet de in
genieur komen. Spreker weet,dat de heer van Goor graag genoeg hier haa
willen blij ven,maar zijn capaciteiten werden niet betaald. Spreker
merkt op,dat de heer van Loon niet aansprakelijk gesteld kan worden
voor den achterstand bij Openbare Werkenzooals de heer Musters het
deed voorkomen. De lof,welke hier aan den heer van Loon is toegezwaaid,
blijft ten volle verdiend. Spreker zegt er ook niet aan te kunnen
medewerken,dat de dienst van Openbare Werken een doorgangshuis wordt
voor jonge ingenieurs.
De heer SCHEFEELAAR merkt op van den heer Jutenuit diens betoog
iet meer gehoord te h... oen dan hetgeen ook reeds in ket meerderheids
rapport is gezegd. De ie er Juten zegt als t ware in een adem: we
moeten bezuinigen en we komen personeel te kort. Tt Is een vicieuss
cirkel zegt sprekerwaar de heer Juten in draait. Spreker dacht,dat
zoo weinig personeel ,uist lag in de lijn van de wethouders. Wat de
heer Musters heeft ge ze-d,kan spreker evenmin begrijpen. De heer van
loon is overkropt nel vlxk en zal house!» "iet stil behoeven te zitten;
hij heeft niet eens de celecenheid on al het „er!: af te naken en nu
wil men hem bovendien nog les laten geven aan een jong ingenieur.
Spreker vraagt,wat de neer Juten nu eigenlijk wil. Als er f.360000,—
uitrerevon moet „orden voor Openbare ./erken,dan kan men toch niet
wrLnaen d- t die wc er in de gemeentekas terugkeeren? Dat de oeset-
ting bij Openbare Werken slecht is en onvoldoende blijkt ook wel hier-
uit,dat nen in november nog straten en ««gen t'aat aanbesteden,„at
refds lang gebeurd had moeten zijn.
Pr heer VERBIEST zou willen beginnen net te zeggen,dat we allen
rrrdo vele iaren lid van den Raad zijn en steeds hebben gewerkt voor
Set heil derfffienlt. In don cevol van hot stadhuis staat: Mills
periculis supersum, d.w.z. duizend gevaren ben ik te boven gekomen,en
i Lfhri meening is ook hier weer een gevaar,dat wij samen moeten
trachten te overwinnen. Was er een roede verstandhouding tusschen de
leden ven het College van Burgemeester en Wethouders, dan „as volgens
spreker deze zaal: zoo niet geloopen. Spreker wil niet vragen wie darx-
de schuld is, doch ziet daarin toch „el oen gevaar. Spreker zegt,
l6den het er over eens zijn,dat bij Openbare .Verken een man
moet konen net bekwaamheid en ervaring. Alleen over de wijze waarop
die nan er komen moet, bestaat verschil van meening. Spreker zegt
verder op den'dag van vandaag hulde te moeten brengen aan het goede
werk dat door onze wethouders gedaan is,al is spreker het daarmede
nok niet altiid eens. Ook wat deze kwestie omtrent den ingenieur be -
treft st"it spreker nog in tweestryd aan welk voorstel zyn stem te
reven' Tusschen het voorstel der meerderheid en dat der minderheid
figt een Verschil van f.1500,-. Aan den cenen kant is spreker nie
voor een doorgangshuis van jonge ingenieurs en aan den anderen kant
kost een directeur-ingenieur veel geld; dat kan nu eenmaal nie
anders. Toch gelooft spreker dat cr nog, wel een mouw aan te passen is.
n