taaLVSeex%lLDElPrBrnetfSatede°ïohzitter hem verkeerd verstaan heeft,
daar hii zulks geenszins bedoeld heeft. Het is niet sprekers bedoeling
geweest'om voor gemer-nterekening daar een nieuwe brug te bouwen. Spreker
heeft slechts bedoeld er op aan te dringen, dat niet langei wo
vastgehouden aan het afschuifsysteem zooals tot nu toe. Men moet met
maar blijven afwachten, doch er werk van maken, dat zoo spoedig moge
liik verbetering iromt- Onze gemeente heeft het grootste belang bij die
brig omdat alles* wat naar België en Zeeland gaat of daarvandaan komt,
die brug moet passeeren- Spreker vertrouwt dan ook, dat het Dag.Bestuur
zoo actief mogelijk zal blijven, teneinde deze brug verbeterd te krij-
De heer BECHT merkt op, dat ook de kwestie der rioleering tot oplos
sing kan worden gebracht, indien de weg zou worden overgenomen tot
Nieuw-Borgvlietdaar dan het water naar den Spoorsloot kon worden
afSWethoudèr JUTEN acht het zeer bezwaarlijk om dien weg over te nemen
tot aan Nieuw Borgvliet, omdat dan ook het onderhoud van de Stalenbrug
ten laste der gemeente zou komen, terwijl dit nu voor rekening van de
Staatsspoorwegen is. Wat afvoer van de rioleering in den Spoorsloot
bptrpft daarover hebben B W al heel wat onaangenaamheden gehad,
zoowel met de Spoorwegen al. met het polderbestuurzulke in verband
met den afvoer van de r. ole ring van het complex nieuwe huizen nabij
de Stalenbrug, Om de rioleering naar Nieuw-Borgvliet af te voeren,
is techniscn onmogelijk, daar de weg daarheen nog meer omhoog l°op
De heer BECHT zegt, dat zijn bedoeling is om de rioleering onder
de Stalenbrug door te trekken en dan verder naar Borgvliet. Voorbij
de Stalenbrug loopt de weg daar geheel naar beneden, zoodat het spreker
toch wel rnogelijf; lijkt.
De heer WALDEK zegt dat, voor wat de Stalenbrug betreft, maar steeds
wordt vastgehouden aan het afschuif-systeem. Men moettoch inzien, dat
zoo spoedig mogelijk een goede oplossing tot verbetering van dien toe
stand dient gevonden te Y/orden. De toestand daar is algemeen bekend en
het is volgens spreker slechts aan het toeval te danken, dat er nog
geen groote ongelukken gebeurd zijn. Een spoedige verbetering van die
brug is dringend noodig en desnoods moet de gemeente zelf maar traenten
die zaak in orde te brengen» Zooals de toestand daar nu is, mag en kan
die niet langer blijven bestendigd.
De heer VERBIEST zegt, dat over deze kwestie al heel wat gesproken
is en het inderdaad een moeilijke kwestie is. Spreker is van meening,
dat er wel een nieuwe brug gebouwd zou kunnen worden, wanneer men er
een tolbrug van maakte, doch wanneer spreker dan denkt aan hetgeen
zich rondom de Muidertól afgespeeld heeft, lijkt hem een dergelijke
oplossing toch ook weer niet juist. Wat den afvoer van het riool betreft,
naar den Spoorsloot, heeft spreker zich wijs laten maken, dat het
polderbestuur wacht op bat gemeentebestuur, terwijl hetgemeentebestuur
weer blijkt te wachter op het polderbestuur. Op die manier zal daar
nooit een oplossing vcor gevonden worden.
Dp VOORZITTER meeno, dat men thans gevoeglijk van deze kwestie kan
afstappen en de afdoening verder aan B W overlaten. Alleen wil spre
ker nog even zeggen! dat hetgeen door den heer Walder naar voren is
gebracht zeer gevaa"lijk is omdat de Ned.Spoorwegen daarin wel eens
aanleiding: konden vinden, om de zaak maar op haar beloop te laten,
totdat de gemeente zelf dien toestand daar opknapt. Daartegenover
Verklaar? Ipïeler lat zulks absoluut niet de bedoeling is van het
gemeentebestuur en dat B W niet van plan zijn om eenig gemeentegeld
Sïlffe?en voor verbetering van de Stalenbrug, hetwelk geheel tot de
De VOORZITTER wil, om aan te toonen, dax B W de actie daartoe
reels zoo sterkmogelijk voeren, even mededeelen, dat door het Tweede
Kamerlid dei heer Vos, reeds herhaalde malen de aandacht van den Minis
ter op den sïeStei toestand der Stalenbrug is gevestigd, terwijl
genoemde heer Vos ook stereotiep bij het Departement van Waterstaat
op verbetering va- deze brug aandringt.» Bovendien worden door B
van alle stukken, welke over deze kwestie uitgaan, afschriften aan den
heer Vos gezonden, zoodat deze steeds met den toestand ten volle op
de hoogte3blijffer Het Dag.Bestuur is in deze steeds actief geweest en
zal dat ook verder blijven.
De heer BECHT vraagt, of er geen overeenkomst is tusschen ae juea.
Spoorwegen en de gemeente betreffende het onderhoud van de brug.