3- nietigen of wel te willen doen intrekken. 11 Welk doende enz. De Raad voornoemd, De Voorzitter, De Secretaris, Aldus besloten in de openbare vergadering van den De Raad voornoemd, De Voorzitter, De Secretaris, Spreker heeft dit ontwerp aan de afdeeling,die met de doorzending aan H.M.de Koningin belast was,uitgereikt.Enkele dagen voor de termijn van beroep was verstreken,vroeg spreker aan den Secretaris of het door hem ontworpen beroepschrift reeds was verzonden,waarop deze spreker toen mededeelde,dat men dat niet verzonden had,maar dat een ander beroep schrift opgesteld en verzonden was. Spreker was over dit antwoord natuur lijk zeer verbaasd en wil er ook hier op wijzen,dat het naar zijn mee ning niet^aangaat,dat hem de verdediging van het Raadsbesluit voor den Raad van State wordt opgedragen,en er daarna een request betreffende deze zaak verzonden wordt, waarvan spreker niets afweet.Spreker vindt het niet juist,dat het beroepschrift door de tegenpartij is opgesteld en dat hem daarvan geen mededeeling is gedaan,dan eerst nadat hij naar deze zaak informeerde. Spreker heeft gemeend dit aan den Raad te moeten mededeelen,omdat heze handelwijze van den Burgemeester en den Secretaris naar sprekers meening niet in het belarg der gemeente kan zijn. De VOORZITTER zou alvorens het woord aan een der leden te geven eerst zelf het een en ander willen z eggen om zich tegen dezen aanval te verdedigen.Spreker wil dan even voorlezen,wat in de notulen staat betreffende het besluit van den Raad om bij de Kroon in beroep te gaan,Uit het gedeelte van de notulen van 29 Juli 1928,hetwelk spreker dan voorleest,blijkt,dat de Raad besloten heeft om bij de Kroon in beroep te gaan,en de verdediging van dit beroep voor den Raad van State op ue dragen aan Wethouder Juten,die deze taak toen op zich genomen heeft.Dit besluit houdt echter niet in,dat ook voor de uitvoering van het raadsbesluitvoor zoover dat aan Burgemeester en Wethouders is opge dragen, de wethouder werd aangewezen.Deze taak bleef,zooals steeds met de uitvoering van raadsbesluiten,aan Burgemeester en Wethouders,en daarvoor treden op de Burgemeester en de SecretarisDe heer Juten heeft gemeend ook met de uitvoering van het besluit te zijn belast,maar dit 1B niet zoo.Er is een groot verschil tusschen uitvoeren van een besluit en het verdedigen van een besluit. Ook de wijze van optreden van den heer Juten in deze zaak is geheel °njuist.De heer Juten heeft zich met zijn opmerkingen gewend tot den Secretaris,terwijl hij den Burgemeester niets daarvan mededeel de.Dat niet zooals het behoort.Wanneer de heer Juten meende zich te moeten deklagen over de onjuiste uitvoering van een raadsbesluit,dan had hij zich moeten wenden tot den Burgemeester en niet tot den Secretaris. Tnans komt hij zonder er een woord van aan den Burgemeester te hebben gezegd,met deze kwestie in den Raad,Ook dat is niet juist,daar spreker Thans geen enkel stuk bij zich heeft om zich tegen deze overrompeling Te verweren,en den Raad een zuiver inzicht der kwestie te geven. Teneinde den Raad echter volledig van deze zaak op de hoogte te stellen,stelt spreker voor,om alle stukken over deze aangelegenheid Voor de leden van den Raad ter visie te leggen,dus zoowel de stukken van den heer Juten als de stukken verzonden door Burgemeester en Secretaris Wethouder JUTEN is van meening,dat de Voorzitter do zaak verkeerd egrijpt.Spreker heeft deze mededeeling aan den Raad alleen gedaan Ki dezen met de toedracht der zaak op de hoogte te stellen,Waar het equest reeds was verzonden.,.toen spreker op den laatsten dag der be- 6n^S^ör'fl^Ii or naar informeerde,was er toch niets meer aan te doen heeft spreker er zich dan ook bij neergelegd.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1928 | | pagina 3