6
Wethouder VAN AS zegt,dat door de afkondiging van de nieuwe Bios
coopwedde kv/estie in een ander stadium is gekomenTevoren was wel "be
kend, dat er een plaatselijke commissie zou komen voor de filmkeuring,
doch omtrent den datum,waarop een en ander in werking zou treden,was
nog niets "bekend. Spreker zou den post op de begroot ing willen handha
ven en afwachten,hoe de plaatselijke commissie werken zal.Voor 1 Oc
tober a.s. kan deze commissie dan haar advies omtrent de al of niet
voortzetting van het lidmaatschap der vereeniging uitbrengen,en kan
de Raad zich naar aanleiding van dat advies daarover uitspreken.
De heer HAkMSEN merkt op,dat hier naar voren werd gebracht,dat het
benoemen van een plaatselijke commissie nog dubieus was.Spreker zegt,
dat in de wet echter uitdrukkelijk staat,dat er een plaatselijke com
missie moet komen.
De VOOR 'li T TER beaamt zulks, doch meent, dat de plaatselijke commissie
niet in staat zal zijn dadelijk een zakelijk oordeel te geven.Het gaat
er eenter om,of de commissie belast zal worden alleen met controle op
de door de vereeniging reeds verrichte keuring dan wel met geheel
zelfstandige filmkeuring.
^De heer VERBIEST merkt op,dat men toch ook wel rekening mag houden
met de contracten,welke de bioscoopexploitanten reeds hebben afgeslo
ten voor het verkrijgen van films.Het zou heel goed mogelijk zijn,dat
zoo'n film eerst over eenige maanden hier kan vertoond worden,en dan
loopt de exploitant het risico dat de plaatselijke commissie de film
zou kunnen afkeuren,hetgeen een schadepost zou zijn voor den exploi
tant
Spreker stelt voor,om de zaak maar te laten zooals ze is,en na
invoering der Bioscoopwet op 1 Maart a.s.,nader te overwegen,wat er
gedaan moet worden.
De heer WALDER blijft bij zijn voorstel om den post te schrappen.
Sprener hecht meer waarde aan de keuring van een plaatselijke commis
sie, dan aan een filmkeuring,welke buiten deze gemeente geschiedt.Bo
vendien heeft men voor een nakeuring waarop toch dit laatste zou neer
komen, geen plaatselijke commissie noodig.
De heer HaRMSEN erkent,dat de bevoegdheid van den Voorzitter betref
fende het weigeren van films, volgens de Bioscoopwet is beperkt'Vaar
het lidmaatschap niet tijdig is opgezegd,acht spreker de gemeente ook
moreel verbonden.Spreker wil het lidmaatschap daarom nog voor een jaar
handhaven en voor het volgend jaar het advies der plaatselijke commis
sie afwachten.
De VOORZITTER brengt hierna het voorstel om den post op de begroo
ting to handhaven,in stemming,hetwelk wordt aangenomen met 11-6
st enrmen.
Voor stemden de heeren Musters,Loos,Dikland,Becht,Vriens,Harmsen,
Scheffelaar,Juten,van As,Simons en Demmers.
Tegen stemden de heeren Kiepe,Verbiest,Walder,de JonggEruize en
Mourer
VVOORSTEL VAD BTTRGgMESSTER EN WETHOUDERS TOT NADERE WIJZIGING VAN
DE BZQROGTIaG VOOR HET DIENSTJAAR 1927-
Zonder hoofdelijke stemming wordt,overeenkomstig het voorstel van
Burgemeester en Wethouders,de begrooting voor I927 nader gewijzigd.
vi. Vaststelling 3e kohier der hondenbelasting 1927.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders het kohier vastge
steld op 23,-.
VII.VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET INTREKKEN VAk HET
Raadsbesluit van 2s mei 1926.houdende aankoop van een perceel
GROND VAN A. SNEPVANGERS TE BERGEN OP ZOOM.
(Verzameling 1928>,No.l).
De heer MUSTERS zegt,uit de stukken gezien te hebben,dat bij Burge
meester en Wethouders niet het plan bestaat,om aan Snepvangers een
schadevergoeding te geven.Dit verwondert spreker.Deze zaak is nu reeds
twee jaar hangende.In Mei 1926 werd het besluit tot aankoop van den
grond genomen;een koopcontract werd opgemaaktzoodat Snepvangers in de
vaste overtuiging verkeerde,dat hij het stuk grond verkocht had.Nadat
het raadsbesluit ter goedkeuring aan Ged.Staten was gezonden,kwam er
van dit College een schrijven,dat de beslissing inzake de goedkeuring
werd verdaagd,op grond dat er bezwaren tegen het raadsbesluit waren
ingekomen.Later is er weer een schrijven van Ged. Staten ingekomen,