opreker wil ook nog even terugkomen op hetgeen cle heer Dikland op merkte betreffende het toezicht van de regenten op de ziekenverpleging waartoe zij vólgens het reglement verplicht zijn. Spreker zegt,dat dit' toezicht niet zoo in tens moet worden opgevat,dat de regenten op de ziekenverpleging in al haar uitgestrektheid toezicht houden. Dit is wel degelijk opgedragen aan den geneesheerdie aan het Gasthuis ver bonden is en daarvoor ook gehonoreerd wordt. Spreker meent hiermede de verschillende opmerkingen te hebben be antwoord en zijn inzicht voldoende naar voren te hebben gebracht. Spreker is ook van meering,dat de verdere debatten zich moeten bepalen tot de drie voor s te lierzooals die hief thans gedaan zijn,t.w. het voorstel van Dr.Dikland, het voorstel van de heeren de Jong,Walder en Eruize en het voorstel van Burgemeester en 'Wethouders. Spreker stelt voor,om met de bespreking dezer punten te beginnen m ae avondvergadering en thans de vergadering te schorsen tot acht uur De Raad kan zich hiermede ver een igenwaaxna de vergadering tot acht uur geschorst wordt. Om acht uur s avonds wordt de vergadering door den VOORZITTER heropend. Aanwezig zijn alle leden. De VOORZITTER stelt aan de orde de voortzetting van de behandeling van punt XII der agenda: Voorstel van het College van Regenten van het Algemeen Burger Gasthuis tot wijziging van het reglement dier instel ling en de daarbij ingediende wijzigingsvoorstellen ven de heeren de Jong, galder en Eruize De heer DIKLA1JD begint met de opmerking, datals het Algemeen Burger C-asthuis een zuiver particuliere instelling waswaarmede de Raad niets te maken heeft en waarmee het verband ook maar alleen zou bestaan door de Gemeentewetspreker er dan geen woord over gezegd zou hebben. Maar het is geen zuiver particuliere instelling. Er is wel degelijk verband tusschen het Algemeen Burger Gasthuis en het gemeentebestuur van Bergen op Zoom,wan t anders zou men hier nooit het voorstel tot regle mentswijziging gekregen hebben. V/elke band er precies is, weet spreker nie tmisschien dat de Voorzitter dit beter zeggen l:an,maar wanneer in den Gemeenteraad een voorstel komt om eenige artikelen van het regle ment te wijzigen,kan spreker niet inzien,dat niet gewezen mag worden op de absurditeit van andere artikelen,want werkelijk,sommige arti kelen, zijn absurd volgens spreker. Dat zijn echter niet de artikelen, waarvan B V wijziging voors te Hendoch de andere,door spreker ge noemd. Men heeft gezegd,dat het in de practijk wel zou meevallen,en natuurlijk moet dit wel meevallen,want wanneer het gasthuis bestuurd werd volgens de absurde artikelen van dit reglement,dan zou het daar een rare toestand zijn. Spreker heeft het echter hier niet over de prac tijk,maar over het reglement en wat daarin staat. "Jat nu betreft de vergelijking van het Gasthuis met een Gasfabriek, geeft spreker den Voorzitter onmiddellijk toe,dat de gasfabriek heel iets anders is dcan het Gas thuismaar het ging hier slechts om de ver- ge lijkingof schoon geen enkele vergelijking geheel juist is. Janneer spreker misschien eenigszins gespot heeft met de achtens- v/aardigheid der regenten,dan wil hij toch opmerken,dat dit v/oord niet van spreker zelf is,maar er in de memorie van toelichting over de achtenswaardigheid van de heeren gesproken wordt. Spreker heeft niets persoonlijks bedoeld en is zuiver zakelijk gebleven. Hoe de verhoudingen in de practijk zijn weet spreker niet.Volgens den Voorzitter zou de Gemeenteraad ook niet geschikt zijn om het' reglement te wijzigen in den zin., als spreker heeft voorgesteld; spreker zou daaraan willen toevoegendat ook het College van B V/ daartoe niet in staat is en het College van Regenten evenmin,maar er zijn toch wel deskundigendie in deze advies kunnen geven. Janneer dat noodig mocht zijn,wil spreker ook zichzelf daarvoor wel aanbieden, misschien krijgt hij daarvoor dan ook nog wel eens een pluim op den hoed. De kwestie van macht is voor spreker bijzaak,het ging er bij spre ker alleen over om uit te laten komen,dat onderonsjes verderfelijk kunnen zijn. Spreker heeft niet gezegd,dat het hier zoo is,maar dat het gevaar daarvoor bestaat. Dat spreker gesproken heeft over het dwarskijker zijn van een lid van den Gemeen tera,adheef t hij niet zoo kwaad bedoeld,want dat mag een lid van den Raad niet zijn,althans niet

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1928 | | pagina 56