1
T\
4»
i
15.
De heer DE JONG zegt,dat over het algemeen de verordening der ge
meente Bergen op Zoom nog gunstigafsteekt hij de algemeene uijks-
voorschriften,d.w.zgunstig ten opzichte van die menschen,die meenen,
dat de eischen voor dergelijKe lokalen streng moeten zijn.Dat de veror
dening nooit werd toegepast,is de schuld van den Raad,maar spreker
acht het toch verkeerd,dat om deze reden nu maar voorgesteld wordt
om de verordening op te heffen.Spreker vindt aie handelwijze geheel
verkeerd en meent,dat hut veel heter zijn zou de verordening niet in
de trekken,maar ze in hot vervolg streng toepassen.Dan weten de be
trokkenen ook,dat er voortaan geen uitzonderingen meer .orden gemaakt.
Spreker kan zich dan ook vereenigen met het voorstel van den heer Dik-
land om het voorstel te renvoyeeren naar Burgemeester en Wethouders,
die dan met een nieuw voorstel kunnen komen om aan deze verordening
- na eventueel aangebrachte kleine wijzigingen - de hord te houden.
De heer VRIENS kan zich ook niet vereenigen met het voorstel van
Burgemeester en WethoudersSpreker meent dat er best een plaatselijke
verordening als deze mag zijn,vooral daar die toch ook gemaakt is voor
nieuwe localiteiten.Spreker is het volkomen eens met de meening van
de heeren Dikland en de Jong,om dit voorstel te renvoyeeren naar
Burgemeester en Wethouders tot herziening der verordening in overleg
met de betrokken Commissie.Spreker vindt de eischen der verordening
werkelijk zwaar en meent,dat deze best wat soepeler mogen zijn in ver
band met de Rijksvoorschriften ten aanzien van deze localiteiten.De
verordening is in het leven geroepen om de dranklocaliteiten te ver
beteren en het is in het algemeen belang,als deze aan behoorlijke
eischen voldoen.Spreker zou de eischen in de te ontwerpen nieuwe ver
ordening niet gelijk willen stellen met die van het Rijk.
De heer MUSTERS vindt de verordening momenteel nogal streng en kan
er zich best mee vereenigen,dat het voorstel naar Burgemeester en Wet
houders wordt gerenvoyeerd om de verordening wat soepeler te maken.
De heer VERBIEST wijst er op,dat er al zeer dikwijls over deze ver
ordening is gesproken,waarbij steeds naar voren is gekomen,dat de ver
ordening niet op goede gronden berust.Maar,vraagt spreker,wat willen
de heeren dan eigenlijk Burgemeester en Wethouders voelen ook, dat
deze verordening niet voldoet en dan is het toch heel juist om met
een voorstel te komen tot intrekking der verordening en later een
nieuwe verordening samen te stellen,waaraan men dan wel de hand houden
zal.Een vergelijking tusschen de herbergen in groote plaatsen en die
in onze ^emeente,valt volgens sprekergeheel in het voordeel van Ber-
gen-op-Zoom uitEr worden hier steeds flinke en goed ingerichte huizen
gebouwd.In groote plaatsen wordt,naar spreker vernam,dan ook steeds
Bergen op Zoom aangeprezen als een plaats,waar men door bosch,zee- en
heidelucht zijn gezondheid 'kan versterken.
Ten slotte meent spreker,dat het beter is zoo spoedig mogelijk een
nieuwe verordening te maken,dan de oude verordening te handhaven.
De VOORZITTER zegt,dat het voor hem zeer moeilijk is,om alb voor
stander der drankbestrijding,waaraan hij zelf 15 jaar practisch deel
genomen heeft,ben pleidooi te gaan houden voor intrekking dezer veror
dening. Spreker merkt op,dat door de leden van den Raad dit voorstel
uit een heel ander oogpunt wordt bezien dan dit^gebeurd door Burge
meester en WethoudersSpreker zegt,dat Burgemeester en Wethouders eigen
lijk met dit voorstel zijn gekomen om den goeden naam van den Raad
op te houden,want zoo als de Raad tot heden steeds met deze verordening
heeft gedaan,lijkt het veel op de houding van iemand,die zich drankbe
strijder noemt en toch bij iedere gelegenheid,die zich voordoet,een
borreltje pakt.Wanneer wij in de gelegenheid werden gesteld om deze ver
ordening toe te passen,dan deden wij dat niet,en wij waren telkens op
h t eerste het beste verzoek bereid om er maar van af te wijken.Dat
gaf natuurlijk naar buiten een zeer verkeerdenindruk.Wij hebben eene
verordening en die is gemaakt om te worden nageleefd en niet om ze
voortdurend te overtreden.Dat steeds uitzonderingen werden toegestaan,
is een verkeerd systeem,of zooals de heer Dikland het uitdrukt:een
slappe houding van het bestuurscollege.Waar die toestand nu echter zoo
was,meent spreker, dat het dan toch beter is orn de verordening in te
trekken.De Raad was aan zijn eigen eer verplicht geweest om de veror
dening toe te passen zonder meer.Dit heeft de Raad echter nooit gedaan,
en zulks kan toch geen eerbied wekken voor de besluiten,welke door den
Raad worden genomen.
