g.
met den advocaat der tegenpartijSpreker wist van dat besluit niets af.
Verder wil spreker er op wijzen dat,zooals hij den Voorzitter reeds
heeft medegedeeld,en waarvan deze nu niets zegt,spreker ook geen onder
houd heeft gehad met den advocaat der tegenpartijmaar met de Direc
teuren van de Bataafsche.Eerst op het laatste nippèrtje voor het onder
houd met die Directeuren,belde Mr.Hartog spreker op en vroeg of hij bij
dat onderhoud mocht tegenwoordig zijn,en daartegen kon spreker geen be
zwaar maken.
Ook al was spreker mit het door der Voorzitter aangehaalde besluit
van Burgemeester en Wet.iouc.ers op de hoogte geweest,wat niet zoo is
of wat hem in elk geval op dat moment niet in herinnering kwam,dan
wil spreker toch wel even mededeelen,dat hij nu nog niet inziet waarom
hij zich aan dat besluit van het oude College zou hebben te houden.
Spreker zou nog verder vallen gaan en den Raad mededeelen,dat hij de
overtuiging had gekregen,dattoen spreker zijn meening in het College
had medegedeeld,de Voorzitternaar sprekers meening,ook aan zijn zijde
was.Het is misschien van den advocaat der tegenpartij een handigheidje
geweest om gebruik te maken van hetgeen er besproken werd bij het onder
houd met de Directeuren der Bataafsche,maar dan wil spreker er toch
hier in het openbaar even mededeeling van doen,dat,wanneer de uiteen
zetting van den Voorzitter juist is,door den advocaat der tegenpartij
heel iets anders voor de Rechtbank is gezegd,dan ooit door spreker
is gezegd geworden.Men heeft van spreker van begin af aan kunnen hooren,
dat hij niet begreep waarom deze procedure moest worden gevoerd.Dat
is spreker nooit duxdelijk geweest en ook nu nog begrijpt spreker dat
niet.Spreker meent,dat men tevreden kan zijn met de resultaten door
den Voorzitter bereikt bij de comparitie in de Raadkamer.Het doet spre
ker genoegen,dat de Bataafsche zich hier vestigen zal en de gemeente
nu van al die soeza,welke deze kwestie meebracht,af is,waardoor de
terreinen ook 2 of 3 jaar vroeger verhuurd kunnen worden.
Wethouder VAN AS merkt op,dat,als Mr. Hartog meent een wissel te
kunnen trekken op de meerderheid van den Raad of van het College van
Burgemeester en Wethouders in deze kwestie,spreker dan toch voor zijn
deel daartegen moet protesteeren.Het is natuurlijk een handigheid van
dezen advocaat,om dat te doen,maar het blijft toch geheel voor zijn
rekening.Mr.Hartog kan er niets van weten,of de beide Wethouders anders
over deze kwestie dachten dan de Burgemeesterom de doodeenvoudige
reden,dat spreker in deze geheel objectief tewerk is gegaan en nooit
met Mr.Hartog of iemand anders over deze kwestie gesproken.Dat spreker
tegen het voeren van dit proces was,reeds als lid van den Raad,heeft
hij niet onder stoelen of banken gestoken.Voor spreker heeft het zwaar
tepunt altijd daarin gelegen,dat de gemeente baas moest zijn in eigen
huis,wanneer dit voorstel wordt aangenomen dan is de gemeente daar
baas
De heer KIEPE heeft met belangstelling naar het betoog van den Voor
zitter geluisterd.Spreker zou nog willen vragen of het juist is,dat
er voor de gemeente,wanneer het terrein aan de Bataafsche verhuurd
wordt,toch altijd nog een groot gedeelte van den grond overblijft.
Wethouder JUTEN deelt mede,dat er dan voor de gèmeente nog J2000 M2
overblijft
De heer SCHEFFELAAR zegt,niet verwonderd te zijn over de mededee-
lingen van den VoorzitterSpreker heeft altijd gezegd,dat het proces
gewonnen zou worden,en dat men de procedure moest doorzetten.Spreker
is over dezen uitslag dan ook niet aangenaam gestemd,vooral niet wan
neer hij ziet,dat het belang der gemeente door dezen loop van zaken
geheel is benadeeld.Spreker vindt het afkeuringswaardig,dat er door
leden van den Raad over kwesties als deze gesproken wordt in den Raad,
voordat er iets van bekend is.Spreker acht het een beleediging voor de
gemeente Bergen op Zoom,dat tevoren reeds uitgemaakt is,wat hier komen
zal. Er is dikwijls in de Commissie van Openbare Werken over de vesti
ging van de Bataafsche op die terreinen,gesproken,maar daar is toen
steeds gezegd,dat men eerst deze zaak uit te voeten moest hebben,voor
dat eenige beslissing omtrent die terreinen kon worden genomen.Ook
toen de heer Juten indertijd met zijn vragen over deze kwestie bij
den Raad kwam,heeft spreker direct gezegd,dat dergelijke besprekingen
in het nadeel van de gemeente moesten uitloopen.Spreker is er van
overtuigd,dat de tegenpartij wel andere noten zou gekraakt hebben,
indien het proces was doorgezet zooals het indertijd werd aangepakt.
De heer van As zegt wel,dat hij zich nooit over deze zaak heeft uitge-