Toen in Maart 1927 de nieuwe administratie moest worden ingericht'was moesten 1926 S°S ïinStenS 4 maand6n t6n achter' achterstand moest toen worden bijgewerkt en de nieuwe administratie worden inge- ïcht.en dat is gebeurd in overleg met den heer Vuister van het ac countantskantoor hijst Go. Deze verleende hierbij zijn hulp, omdat aan dit kantoor was verzocht om in grove lijnen de manier voor de olnM Richten boekhouding aan te geven. Waar aan het kantoor hijst Co de controle over deze administratie is opgedragen was het inriihfkl defbolkhoidiS?'0" TOrd *6treffinde de Spreker heeft gehoordjpdat voor de inrichting f.1000 --in rekening zou zijn gebracht,doch dit is niet juist,daarin zaten de kosten voor controle over 1926 en een gedeelte van 1927. Thans wordt voor controle van deze administratie jaarlijks een bedrag betaald van f.650,--. Spreker leest ter verduidelijking der zaak het schrijven,ha tv/elk aan den heer Vuister op 9 Februari 1928 gericht werd met verzoek om inlichtingen betreffende de boekhouding,voor,alsmede het antwoord daarop dat gedateerd is op 16 Februari 1928. Spreker komt dan tot het rapport van het kantoor hijst Co, naar aanleiding van de tot dit kcntoor docr B w gerichte vraag,of het handhaven van de betrekking a- minis urateur al of niet gewenscht was. Hierop wordt geantwoord, dat het louter boekhoudkundige werk gemakkelijk door e'e'n persoon kan worden gedaan,temeer waar door den administrateur ten behoeve van het slachthuis niets behoeft te worden gedaan.Deze administratie was aanvankelijk ookden administrateur toebedacht,maar dit kon niet ge schieden omdat zijn werkzaamheden voor Gemeentewerken,welke buiten de boekhouding liggen,beduidend zijn toegenomen.Wat betreft de vraag ot de werkzaamheden van zoodanige beteekenis zijn,dat ze door een hoogeren ambtenaar moeten worden verrichtstaat in het rapport.dat hierover geen vaststaand oordeel kan worden gegeven,omdat dat deel der administratiebuiten hun controle valt.Toch spreekt de accountant er zijn verwondering over uit,dat voor den administratieven dienst 4- personen noodig zijn,terwijl de tijdelijk opzichter soms ook nog met schrijfwerk wordt belast en de heer van Houdt zelfs vele avondeS moest overwerken.Verder wordt in het rapport een vergelijking gemaakt met de administratie van de gasfabriek,ofschoon wordt toegegeven,dat deze vergelijking niet opgaat.De accountant zegt in zijn rapport,dat het administratieve werk aan de gasfabriek wel viermaal zooveel is als dat bij Openbare Werken,maar toch moet voor de controle van dit zoo weinig omvangrijke administratie werk meer worden betaald dan voor het groote werk aan de gasfabriek.De gemeente betaalt n.l. voor de °°gtr°le bij Openbare Werken 650,en voor die bij de Bedrijven v P3*1 komt spreker aan het rapport van wethouder Juten.Uit dit rapport sPre^er aandachtig bestudeerd heeft,omdat een rapport van een we ouder aandachtige bestudeering waard is,heeft spreker geëxtraheerd de zakelijke motieven,welke spreker voorleest,en waaruit blijkt,dat e wethouder na bestudeering der administratie tot de conclusie is gekomen,dat z.i. de administratie zeer gering is en de administrateur gemist kan worden.Een eenvoudige boekhouder met de noodige werklust zou met de hulp van den heer van Houdt,het werk kunnen verrichten. Spreker is verwonderd over dit rapport en deze conclusie,waareboe de wethouder gekomen is nadat hij k maanden met de leiding van dien Dienst belast is geweest.Spreker heeft alle respect voor de boekhoudkundige kennis van den heer 2uten,maar spreker zelf heeft geheel zijn leven in administratieven dienst doorgebracht en meent dus wel bevoegd te zijn ierover een oordeel te vellen,en dan moet spreker ronduit ver klaren,dat hij niet in staat zou zijn om na k maanden over een derge- ij e administratie te kunnen beslissen dat een adminiafrateur over bodig is,wanneer spreker slechts 1 of 2 uur per dag daar als Wethouder Kwam. Spreker haalt dan nog enkele andere rapporten aan,o.a. van het kan toor Nijst Co. van 28 Mei 1927, waarin over de administratie "van. Openbare Werken gezegd wordt,dat er te veel werk is voor het huidige personeel.Spreker merkt hierbij op,dat de bezetting thans dezelfde is ais toen,met dit eenige verschil,dat nu nog een loopjongen daar is werkzaam gesteld voor het werk,dat vroeger door een gemeentewerkman werd verrichtHierdoor kwam de gemeentewerkman met een loon van 30, per week vrij voor andere werkzaamheden,terwijl aan den loopjongen

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1928 | | pagina 117