8
in deze beide gestichten geschiedt op katholieken grondslag er. eg-lèker
kan zich indenken,dat andersdenkenden hun patiënten liever verplee:.d
zullen zien in een ge sticht, waar de verpleging overeenkomsti.., hun ods-
dienstige opvattingen is geregeld.Spreker wijst er op,dat in groote
plaatsen,welke hun eigen krankzinnigengesticht hebben,dikwijls ook
patiënten naar een ander gesticht worden gebracht,omdat ze daar volgens
hun geloof thuis behooren,ofschoon dat honderden guldens meer kost.
Die kosten worden dan echter door de gemeente gedragen.hen moet niet
vergeten,dat ook die eigen omgeving,die eigen behandeling volgens
eigen geloof en beginselen van zeer veel invloed kan zijn op de geesten-
gesteltenis van die menschen.Nu hebben wij hier onder den rook van 3er-
gen-op-Zoom een gesticht,waar de verpleging^is ingericht op Protestant-
schen grondslag.Als nu de Diaconie den patient zou hebben,is de keus
tusschen "Voorburg" en "Vrederust"Vanneer nu de laatstgenoemde stich
ting gerkozen wordt,en noch de familie van den patiënt,noch de Diaconie
zijn finatieel krachtig genoeg om de meerdere kosten voor deze verple
ging te betalen,dan gaat het naar sprekers meening niet aan,dat het
gemeentebestuur zulk een patient ter verpleging naar "Voorburg" zendt.
Men zal toch ook eenigszins rekening moeten houdén met de gewetene
vrijheid van die menschen.Natuurlijk kan men daarmede geen rekening
houden,als het zou gaan orn buitensporig hooge bedragen,maar zoolang
het verschil in de kosten niet meer dan 150,bedraagt,zooals hier
het geval is,is spreker van meening,dat de gemeente haar armlastigen
ter verpleging moet zenden naar de gestichten,waaraan overeenkomstig
het geloof de voorkeur wordt gegeven.
Dat men ook in Bergen op Zoom een dergelijk standpunt inneemt,is
spreker gebleken,toen hij nog pas kort Voorzitter van dezen Raad was.
Er kwam toen een verzoek in behandeling van de Israëlitische gemeente
orn toekenning van een bedrag van 3000,voor het in orde brengen
der Israëlitische begraafplaats,waartoe zij zelf financieel niet bij
machte was.De Raad heeft toen dat bedrag toegestaan en spreker heeft
dat toen zeer natuurlijk gevonden. Spreker acht den Raad aan zijn cmr
verplicht om de armlastige krankzinnigen in de gelegenheid te stellen
te worden verpleegd in die gestichten,welke met hun godsdienstige e~
zindte overeenkomen.Bovendien wijst spreker er op,dat de verplichting
tot bijdrage voor Diaconie of alimentatieplichtigen toch blijft bestaan
Wat de opmerking van den heer Ff.'rbiest betreft, zou spreker willen
zeggen,dat niet alle patiënten passen in een omgeving als te Ghee'l,
en zeker niet de patiënten,welke verpleging en nauwkeurige dokterscon
trole noodig hebben.Gheel is daarvoor niet geschiktomdat daar de
gezinsverpleging wordt toegepast.
De heer VRIERS vraagt eenige toelichting over het bedrag van 621,-
voor 2 patiënten te "Vrederust".
De VOORZITTER doet mededeeling van de verpleegkosten voor de patiën
ten over de jaren 192^,1925 en 1926.Het is de bedoeling van 5 V om
zelf een regeling te treffen met de familie der patiënten of de Diaco
nie l en dit niet meer aan de Stichting over te la een.
De heer VRIERS is van meening,dat,wanneer de gemeente een co., ract
heeft met de Stichting Vrederust voor de verpleging der armlastige
patiënten,dit dan door het sluiten van een nieuw contract vervalt.
Waar in dit nieuw contract de verpleegprij zen veel hooger zijn, kar. dit
voor de gemeente ook niet voordeelig zijn.
De VOORZITTER zegt nog niet te weten,of het nieuwe contract voor de
gemeente voor- of nadeeliger is,De contracten loopen steeds voor oen
jaar,en er is dus geen sprake van orn het oude contract te handhaven.
De heer VRIEN3 wist niet,dat het oude contract slechts voor een
jaar werd aangegaan en dan weer vernieuwd moest worden.Du dit echter
zoo is,kan spreker zich met het voorstel vereenigen.
De heer BECHT constateert,dat armlastigen in gevallen als c'eze veel
beter af zijn,dan menschen,die zelf de verpleging betalen moeten er.
maar al te vaak om financieele redenen met voorkeur/verplegi-.g in een
of ander gesticht geen rekening kunnen houden. voor
De VOORZITTER beaamt dit.Spreker wijst er ook op,dat steeds eerst
een onderzoek naar de financieele draagkracht van belangheobenden moet
worden ingesteld.En daarbij is hot meermalen gebleken,dat om onderstand
wordt verzocht door menschen,die wel kunnen betalen,maar niet willen.
Spreker deelt enkele van de vele gevallen,welke hij in deze heeft mee
gemaakt/mede, en gelooft wel te kunnen zeggen,dat de Voorzitter van
het Burgerlijk Armbestuur hier een alles behalve aangename taan zal
krijgen.
4