voor Y/elk bedrag geen gas meer wordt afgenomenzoodat dit een zuivere winst voor de gemeente wordt. Juist hierin zit voor spreker de groote onbillijkheid in deze kwestie. Als spreker in de plaats van adressante stond,en verplicht werd om te betalen,dan liet hij voor die f.360, het gas de lucht in vliegen. hu kan men Y/el zeggen, dat bij den verkoop van de zaak rekening ge houden had moeten Y/orden met dit contractmaar spreker kan wel zeggen, dat deze weduwe al genoeg op die fabriek verloren heeft. Men moet er verder ook rekening mee houden,dat voor deze fabriek thans eleetriciteit geleverd wordt,waarvan de winst,welke daarop Y/ordt gemaakt,het nadeel van het derven van winst op de contractueel te leveren gas geheel opheft. Wat het gesprokene van den Voorzitter over de waterlevering betreft, merkt spreker op,dat dit niet juist is.De Raad heeft indertijd besloten, dat het plaatsen van watermeters aan het oordeel van de Commissie voor de Bedrijven wordt onderworpen en de meening van de Commissie was,dat zooveel mogelijk meters moesten worden geplaatst. Spreker blijft er bij,dat,waar de weduv/e reeds voor meer dan de helft heeft verbruikt,het onbillijk is haar de verplichting op te leggen om nog 3 jaar lang te moeten betalen. De^heer SCHEFFELAAR zou,alvorens iets over de kwestie te zeggen, eerst een paar vragen willen stellen.Op de eerste plaats zou spreker willen weten,of er meerdere aansluitingen op deze gasleiding zijn. De VOORZITTER antwoordt ontkennend. De heer SCHEFFELAAR had op de tweede plaats willen vragen,of er ook onderhandelingen in deze gevoerd zijn.Zooals spreker reeds vernomen heeft, zijn door wijlen v/ethouder van As hierover onderhandelingen ge- ■voerd. Wat de kwestie zelf betreft,meent spreker te moeten opmerken,dat hij het geheel eens is met het voorstel van Burgemeeater en Wethouders, omdat bij het stellen van een garantie niet alleen de gemeente,maar ook degene,die de garantie stelt,zich daaraan moet houden.Het is nu^ wel mogelijk,dat reeds voor de helft van het overeengekomen bedrag is afgenomen,maar men weet toch niet,wat er in de overige drie jaren afge nomen zou zijn geworden. Voor wat de kwestie van de waterleiding aangaat,merkt spreker op, dat een bespreking hiervan thans niet van pas komt. De heer DE JONG zegt in eerste instantie zijn voorstel te hebben gedaan op billijkheidsgronden.Spreker had met zijn voorstel geen andere bedoeling dan de kostenberekening naar voren te doen komen. Wanneer daaruit dan blijken mocht,dat dit voorstel aan de weduwe tekort zou doen,dan was daarmede de bewering van den heer Vriens weer legd, en zou het voorstel van Burgemeester en Wethouders voor haai nog het voordeeligst zijn. De heer HARMSEN kan moeilijk begrijpen,dat bij sommige groote con tracten als deze,het gas geleverd wordt aan den kostprijs,zooals de Voorzitter gezegd heeft.Voor wat betreft de opmerking,dat de toepas sing der verordeningen voor Burgemeester en Wethouders en de ambte naren heel wat moeilijker zal worden,wanneer de Raad zijn goed hait in deze kwestie zou laten spreken,zou spreker er op willen wijzen, dat Burgemeester en Wethouders hierin toch reeds het voorbeeld gegeven hebben door te trachten een stuk grond over te nemen,waar tegenover het contract dan zou worden geannuleerd.Spreker kan zich niet vereeni gen met het voorstel van Burgemeester en Wethouders,maar is er sterk voor,dat men eerst een kostenberekening maaktwaaruit de gemaakte en te maken kosten volledig blijken kunnen.Tenslotte zou spreker nogj gaarne vernemen,of de weduwe tot op 5 Maart 192& aan haar verplich tingen voldaan heeft. De heer DEMMERS wil,naar aanleiding van het gesprokene van den heer Vriens over de watermeterszeggen,dat niet de geheele Commissie van meening was,dat overal watermeters zouden worden plaatstspreker was daar toen tegen. De VOORZITTER merkt op,dat deze kwestie thans niet aan de orde is en verzoekt de leden daarover dus niet meer te spreken. Burgemeester en Wethouders blijven van meening,dat zij door hun voorstel ten opzichte der Wed.Hagenaars geen onbillijkheid begaan. Wat de opmerking van den heer Harmsen betreft over het overnemen van grond,wijst spreker er op dat,wanneer de Wed.Hagenaars daarop was ingegaan,de betaling volgens het contract niet zou zijn vervallen,want dan had de gemeente het gegarandeerde bedrag aan de gasfabriek moe een

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1928 | | pagina 102