15. De VOORZITTER roept den heer Kiepe dan tot de orde. De heer KIEEE zegt, dat ce Voorzitter daar nu we 1 mee kan schermen, maar toch neemt spreker de gesproken woorden niet terug.Hij heeft ze eenmaal gezegd en het is zoo. De VOORZITTER: Dan roep ik U voor de derde maal tot de orde en ik sommeer U die woorden in te trekken. 7/anneer U het niet doet, zal ik de vergadering schorsen. I,: laat mij door U niet beleedigen. Ik zit hier als hoofd van het College van Burgemeester en Y/ethouders en ik laat mij iets dergelijks niet in de schoenen schuiven zonder protest. De heer KIESE zal dan zeggen: het heeft de idee gewekt,dat door alle mogelijke kleinigheden de zaak op de lange baan is geschoven. De VOORZITTER zegt,dat die woorden er ten minste mee door kunnen. De heer KIEEE: Het voorstel zelf is billijk,omdat de gemeente ambtenaren daardoor in hun pensioen evenveel moeten bijdragen als alle Rijksambtenaren; het is zelfs zeer gezond,omdat de ambtenaren daardoor hun plicht gaan inzien om voor hun ouden dag te zorgenwaar toe zij in vergelijking met de vrije maatschappijzeer gemakkelijk in staat zijn. De ambtenaren in deze gemeente worden zeer goed be taaldvolgens vele belastingbetalers te goed. Vergelijkingen met andere gemeenten hebben geen nut,er zullen er te vinden zijn,waar de positie beter is, er zul len er ook vele zijn,waar deze slechter is; het gaat er hier om,wat vindt de Raad,als ver tegenwooraiger van de bevolking, in Bergen op Zoom goed. In het begeleidend schryven van Burgemeester en V/ethouders zagen wij als de meening van de minderheid van het College weergegeven,dat de salarissen en de loonen van het gemeentepersonöel niet tot sluitpost van de gemeentebegrooting mogen worden gemaakt. Het staat echter her- gens in de stukken,dat zulks is geschied; daarenboven is de begrooting kloppend,de vermindering der lasten door de verhooging van het pen- siocnsverhaalis dus nooit een sluitpost. Dergelijke re deneeringen achten wij zeer verkeerd; alle posten der uitgaven bepalen samen de totale op te brengen belasting; van iederen post,die strakjes mis schien voor verlaging in aanmerking zou komen,zou men wel kunnen zeg gen: het is niet juist dat de Raad dien post als sluitpost gebruikt. Het heeft ons overigens onaangenaam ge troffen,dat in zoo'n voorname kwestie weer een minderheid- en een meerderheidsmeening bestaat in het College van Burgemeester en ,/ethouders. Het wordt zoo zachtjes aan een gewoonte,dat bij elk voorstel van Burgemeester en V/ethouders een minder- en een meerderheidsmeening is; zulks is zeer zeker niet in het belang der gemeente. Y/ij hopen dan ook,dat de Raad in deze ver gadering zal gespaard worden van de. golven van welsprekendheid der vertegenwoordigers van een meerder- en een minderheidsmeeningDe ver gadering duurt dan noodeloos lang en ieder lid van dezen Raad heeft zeer zeker al behoorlijk zijn meening in deze voorname kwestie vast- ges te ld De heer /ADDEROp gevaar af,dat dezer dagen in een plaatselijk blad zal komen te staan,dat ik bij de algemeens beschouwingen tegen v/ it zwart heb gezegd, wil ik toch een en ander zeggen, ,/anneer de per soon,die dat geschreven heefttijdens zijn wethouderschap altijd tegen wit zwart had gezegd,dan zou de fina.ncieele toestand van Bergen-op- Zoom beter zijn geweest dan -thans. Het doet me genoegen,dat de begrooting voor 1928 ons heeft bereikt. Ik ben over tuigddat het Dag.Bestuur en in de eerste plaats de Secre taris met zijn ambtenaren alles in het werk heeft gesteld om de be handeling van deze begrooting nog mogelijk te maken voor 1928. Eerma nent heeft zich het geval voorgedaan gedurende de 8 jaar,dat ik in den Raad zitting heb,dat de begrooting te laat is gekomen. Ik hoop,dat we ze in den vervolge wat vroeger thuis krijgen om van deze materie, Y/aar veel van afhangt,meer studie te kunnen maken. Ik breng een compliment aan den Secretaris en de ambtenaren,die het klaar hebben gespeeld binnen 3 maanden 2 begrootingen voor elkaar te krijgen. 7/anneer men verwacht te ,da t spreker lange algemeene beschou wingen zou houdendan moet hij teleurstellen. Ar is voor hom geen aanleiding daar toeeensdeels omdat hij geen critiek meer wil voeren op het oude DagBestuurdat historie gemaakt heeft,welke geen mooie bladzijde in onze geschiedenis zal zijn,en hij van oordeel is,dat men uit historie altijd een goede les moet kunnen halen. Hoe sneller men dezen tijd dus vergeten is,hoe beter men kan opbouwen voor de toekomst, Anderdeels wil hij geen critiek uitoefenen o© dit Dag.Bestuur de ge legenheid te geven zich in te werken in de moeilijke taak, die wacht.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1927 | | pagina 88