1'
De twee afdeelingen benoemen ieder een rapporteurdeze rapporteurs
stellen een centraal rapport samen.Burgemeester en Wethouders dienen
hierop schriftelijk van antwoord.Deze gang van zaken bevordert een de
gelijke behandeling en voorkomt,dat punten worden aangesneden,die niet
in het centraal verslag voorkomen.
De heer VRIENS zegt,dat iet hem heeft gefrappeerd,dat voorgesteld
wordt slechts 2 afdeelingen te benoemen,daar er toch altijd 3 zijn ge
weest.Hij zou hiervan de reden wel willen weten.
De VOORZITTER merkt op,da: dit voorstel van hem is uitgegaan.Hij
weet bij ondervinding dat een commissie van 5 leden,waarop het bij 3
commissies zou neerkomen,eigenlijk te k_ein is om daarvoor een afzon
derlijk rapport op te maken en vergaderingen te houden.Hij deelt verder
mede,dat het de bedoeling is binnen 10 dagen de afdeelingsvergaderingen
te doen plaats vinden,zoodat er behoorlijk tijd is om het centraal rap
port op te maken en Burgemeester en Wethouders de gelegenheid te geven
kalm en rustig van antwoord te dienen.Het college van Burgemeester en
Wethouders heeft daarbij overwogen de wenschelijkheid om Woensdag na
Kerstmis de eerste vergadering van den Raad te doen houden,waarin zou
kunnen worden aangevangen met de behandeling van de begrooting 192Ö.
De heer MUSTERS vraagt,of na de trekking der afdeelingen de leden
desgewenscht kunnen ruilen.
De VOORZITTER antwoord bevestigend,doch ontraadt zulks.
De heer KIEPE zag de raadsvergadering gaarne op Donderdag na Kerst
mis bepaalu.
De heer WALDER wijst op mogelijke absentie van de leden in de week
na Kerstmis.
De VOORZITTER stelt voor de vergadering aan te doen vangen Woensdag
avond na Kerstmis inplaats van Woensdagmiddag.
Zonder hoofdelijke stemming wordt zulks goedgevonden.
De VOORZITTER gaat thans over tot trekking der afdeelingen.De uit
slag is:
le Afdeeling (Voorzitter Wethouder Juten) de heeren,Vriens,Musters,
Simons,Demmers,Harmsen,Dikland,Verbiest en Scheffelaar.
2e Afdeeling (Voorzitter Wethouder van As) de heeren,Walder,Kiepe,
Mourer,Kruize,de Jong,Beent en Loos.
VII. AANBEVELING VAN BURGEMEESTER EK WETHOUDERS TOT BENOEMING VAN EEN
LID DER COMMISSIE VAN TOEZICHT OP DE GEMEENTE-MUZIEKSCHOOLTER
VOORZIENING IN DE VACi.TURE ONTSTAAN DOOR HET BEDANKEN VAN DEN
HEER A.ANDRISSSEN D.Ozn.
(Verzameling 1927, no ..90) -
VTTT.VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BENOEMEN VAN
ËÊNE COMMISSIE AD HOC,BELAST MET HST INSTELLEN VAN EEN ONDERZOEK
NAAR EVENTUEEL GEPLEEGDE ONREGELMATIGHEDEN BIJ LEVERINGEN TEN
BEHOEVE VAN DE GEMEENTE-BEDRIJVEN
(Verzameling 1927no92
Waar beide punten benoemingen inhouden stelt de VOORZITTER ze tege
lijk aan de orde.
De heer SCHEFFELAAR meent,dat het geen bezwaar zou zijn,wanneer het
Dagelijkech Bestuur het onderzoek,dat in punt S gevraagd wordt,instelt
Hierdoor worden ook kosten gespaard,welke een groote commissie zeker
meebrengt.
De heer WALDER is van meening dat de Commissie wel wat groot wordt
genomen.Een commissie van 3 leden kan z.i» gemakkelijker haar werk doen.
De heer HARMSEN kan dit volkomen onderschrijven,5 leden vindt hij
tamelijk veel voor een commissie,ofschoon de omstandigheid dat alle
partijen er in vertegenwoordigd zijn aanbeveling verdientSpreker zou
willen voorstellen de Commissie ook de beschikking te geven over een
matig crediet.
De heer VRIENS zou een Commissie van 5 leden wel wenschelijk achten.
Een Commissie van 5 leden geeft z.i,. - o.a. met het oog op het verhin
derd zijn van een of meer leden - minder vertraging dan een Commissie
van 3 leden.
De stukken behoeven biet- te rirculeeren,maar kunnen in de vergade
ring worden besproken.Blijkt een onderzoek elders noodig,dan kan de
Commissie eenige leden afvaardigen. Spreker wijst er ook op,dat de Com
missie van de Bedrijven een Commissie van B leden gew©ascht acht.