6. sprekers naar voren is gebracht, n.l, de,t het ontoelaatbaar is om het percentage te brengen van l-§- op 4%, Het percentage behoort vóo'r 1 Mei te worden vastgesteld en Burgemeester en Wethouders zeggen,dat het om verschillende redenen niet is gebeurd. 1926 moet voor Burge meester en Wethouders wel een onbekommerd'jaar zijn geweest.Maar als de inkomsten,zooals wij dat nu zien,minder zijn geweest,dan is het m.i. toch noodzakelijk,dat er bezuinigd wordt.De begrooting 1927 wyst geen bezuiniging aan. Wanneer men nu weet,dat de begrooting van 1926 sluit met een tekort van f.150.000,dan vraag ik mij af,hoe komt de begrooting 1927 aan een nog hoogere uitgave? Als de begrooting in April was behandeld geworden,dan hadden wij destijds het percentage kunnen vasts tellen.Als wij het per eentagedoor Burgemeester en Wet houders voorgesteld,vaststellen,dan is daarmede da. geheele begrooting als het v/are aangenomen. Bovendien is er destijds gezegd.dat in ver band met de vestiging van beter gesitueerde menschen,het wenschclijk wordt geacht om het percentage zoo laag mogelijk vast te houden. Wij hebben destijds voor f.210.000,-- grond gekocht en wanneer wij die werkelijk aan den man willen breggen.wat voor de gemeente toch we r kei ijk een voordeel is.zoudt IJ dan denken .Mijnheer de Voorzitter, dat dit bereikt zal worden als Burgemeester en Wethouders met een voorstelkomen om het percentage vast te stellen op 4/£? U denkt toch ook niet,dat dan de toeloop zoo druk zal zijn? Ik ben het met den heer Kiepe eens.dat het mogelijk is,dat beter gesitueerden Bergen op Zoom zullen gaan verlaten. Ik heb nog een voorstel. Zet het mes nu eens in de begrooting. Wij hebben wel eens in een commissie voor het nazien van een begrooting gezegd: wij zien best kans om,als het moet,op de begrooting minstens één ton te bezuinigen. Wij moeten alleen de allernoodzakelijkste uitgaven doen,dan is het misschien mogelijk om tot een percentage van 7>% te komen. Daïfa zal wel in de reeds opgezette begrooting groote wijzigingen brengen,maar dan bereikt men tenminste iets. De heer SCHEEEELAARIk geloof niet,dat een van de leden van den Raad met sympathie dit voorstel heeft ontvangen. Ik zal afwachten de verschillende toelichtingendie dóór Burgemeester en Wethouders zullen worden gegeven. Ik ben van meening.dat er bezuinigd moet worden. Ik geloof ook,dat Burgemeester en Wethoudbrs met lood in de schoenen met kit voorstel bij den Raad zijn gekomen, Ik zal afwachten met mijn stem te motiveeren,totdat de toelichting door Burgemeester en Wet houders is gegeven. De heer J.P.J.ASSELBEKGSZooals het voorstel hier ligtbcteekent dit voor de belastingbetalers een heele strop. Dat kan niet wegge- cijferd worden.Doch alvorens mijn stem te bepalen,wacht ik de toelich ting van Burgemeester en Wethouders af. Ik meen vooraf eenige oorzaken te moeten opsporen,waaraan dat plotseling stijgen moet worden toege schreven. Vooreerst moet men in aanmerking nemen,dat de begrootingen der laatste jaren openden met voordeelige saldi's. Wanneer ik dan zie, dat de opbrengst van de belastingen dit jaar veel minder is dan het vorige jaar .wanneer ik dan in aanmerking neem,dat de bedrijven minder hebben opgeleverd als geraamd was, dan vind ik daarin een oorzaak voor de plotselinge stijging van het voorgestelde percentage.Maar een van de grootste oorzaken is ook wel deze,dat op de begrooting 1926 paraisseerde een heffing van lj?%. Wanneer de Raad in Mei had geweten, dat de begrooting van 1926 zou sluiten met een tekort van f.150.000,-- dan v/as er wel besloten geworden om het percentage van l-g-% te ver- hoogen tot Welnu,dan zou er op de begrooting 1926 niet zoo'n tekort zijn geweest. Dit zijn,voor zoover ik de zaak heb bestudeerdde oorzaken geweest van de zoo plotselinge stijging. Daarnaast is het nu wel mogelijk, dat wij de begrooting zooveel mogelijk besnoeien,maar dan bedenke men •wel,dat bij een he ff ihgspercentage van 4 er altijd nog f.75000,-- ongedekt blijft. Dat moet door bezuiniging gedekt worden. Vanneer wij nu die ongedekte soèi van f.75000,kunnen dekken door oen tijdelijke geldieening,hetgeen door Ged.Staten moet worden goedgekeurd,dan zal misschien met de grootst mogelijke bezuiniging het percentage op 3 kunnen worden vastgesteld.Vreemd en onverklaarbaar vind ik hetda het inkomstencijfer zoo sterk is gedaald,n.l.f.46000,--.Kan dat be drag werkelijk misschien geen verrassing in gunstigen zin bezorgen, Mijnheer de Voorzitter?

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1927 | | pagina 84