TP De heer A.VRIEHS sluit zich aan by hetgeen de heer Dalder naar voren heeft gebracht.Een uitgebreid onderzoek heeft plaats gehad en thans zou men nog niet weten of het raadsbesluit in stryd is met dc wet en het algemeen belang.Er zyn nu twee uitspraken en van do Rechtbank en van het Hof,en spreker gelooft,dat de zaak ver genoeg is uitgezocht.De verlenging zal voor den betrokken persoon nog te meer een teleurstelling.zyn,wanneer hy later het bericht zou moeten ontvangen,dat het raadsbesluit wordt vernietigd.Spreker sluit zich aan by het verzoek van den heer l/aider om dc kroon te vragen thans uitspraak te doen en niet langer te wachten. De VOORZITTER zegt,dat nu de heer Vriens het verzoek doet een dergelyk bericht te sturen naar den minister,hy geen bezwaar heeft te verklarenwaarom hy zulks niet doet.Spreker doet dat niet,omdat hy nog van mcening is,dat het be sluit,hetwelk de Raad genomen heeft op 25 Februari in stryd is met het algemeen belang.De Raad had eerst 3 maanden te voren met op 1 na algemeens stemmen besloten tot ontslag en op 25 Februari,toen de voornaamste beschuldigingen nog steeds onaangetast waren,besloot de Raad om terug te komen op het besluit van November.Wanneer de Raad dat tweede besruit genomen had met algemeens stommen,dan zou spreker misschien ge.cn_gebru.ik hebben gemaakt van zyn bevoegdheid om het besluit voor vernietiging voor te dragen.Vat was echter het geval Op 25 Februari was de uitslag van de stemming als volgt: 5 leden,dio door de R.L.miesvcreeniging in den Raad zyn gekomen waren vóór intrekking; 5 leden,die eveneens door de R.K.Kiesvoreeniging in den Raad zyn gekomen tegen intrek king; een Vrijheidsbonder en een Vrijzinnig Democrats voor intrek king; 1 anti-revolutionair tegen intrekking; 2 sociaal-democraten voor intrekking en het R.li.lid,dat aangeduid wordt mot den naam "wilde" - spreker bedoelt met deze aanduiding nietsonaangenaams - was ook voor intrekking.Do beslissing was dus van con stem afhan— kelylc,want als het laatstgenoemde lid van den Raad anders had ge stemd, dan zou er staking van stemmen zyn geweest en was het be sluit van den Raad van November 1925 gehandhaafd gebleven.Toen heeft spreker zich afgevraagd of hy het besluit voor vernietiging moest voordragen.V/aar met 1 stem meerderheid een besluit ingetrok ken werd, dat mot op ccn na algemoone stemmen genomen wasachtte spreker het voor het prestige van den Raad en het belang dat by deze aangelegenheid voor dc gemeente betrokken was,plicht van zyn bevoegdheid ex art.70 dor Gemeentewet gebruik te maken.Op hot oogenblik verkeert spreker nog in dezelfde mooning en hy kan daarom niet voldoen aan het verzoek van don heer a.Wiens.Er is geen spra ke van,dat spreker den dictator wilde spelen;ieder voelt op zyn wyze de verantwoordelykheid en ieder moet daarnaar handelen. Dc heer VAN AS zegt,dat hy de opvatting welke de Voorzitter er op na houdtonmogelyk kan byvallen. Wanneer de meerderheid van den Raad een besluit heeft genomen, dan is deze meerderheid er ook vcrantwoordelyk voor.De meerderheid nu heeft besloten terug te komen op het besluit van 13 November 1925.Spreker moet den Voorzitter ook tegenspreken waar deze zegt, dat de zaak de Groot op 25 Februari niet in een ander licht zou hebben gestaan aan op 13 November.Spreker refereert zich aan de woorden van den Voorzitter dor R.K.Raadsfractie,die gezegd heeft, dat men in de openbare vergadering een anderen kijk op do zaak heeft gekregen dan in besloten vergadering. De eerste maal,dat een besluie genomen werd,geschiedde dit op de verstrekte inlich tingen in besloten vergadering.In de openbare vergadering hadden de hoofdzaken,waar het om ging, echter wel degelylc een geheel ander aanzien gekregen.Omdat de minderheid niet- zoo klein was, heeft de Voorzitter gedacht: "ik kan het er wel op wagen".Spreker sluit zich aan by den wensch van de heeren A. Vriens en //aider. De heer /ADDER concludeert uit het gesprokene door den Voor zitter,dat deze geen positieve overtuiging meer had,dat de Groot niet meer kon worden gehandhaafd.Spreker herhaalt nog eens,dat in de openbare vergadering een andere voorstelling van zaken is gegeven dan in de besloten vergadering.Vervolgens wyst spreker er op,dat de heer Bo^chman verklaard heeftdatindien hy aanwezig ware geweest,hy vóór handhaving zou gestemd hebben.De voorstemmers waren de /ethouders en eenige andere leden,die altyd graag aan do zyde staan van den Voorzitter.Andere voorstemmers zyn terug-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1926 | | pagina 2