ZESDE VERGADERING.
Vrijdag 28 Mei 1926; geopend '3 namiddags 2 uur.
Voorzitter: de heer H.Stulemeijer, Burgemeester,
Tegenwoordig alle leden:
de heeren A.Vriens; H.C.Beckers; P.M.J.Daverveldt; P.P.van Kaam;
M.A.Verbiest; A.G.Cr.Juten; E. A.G-.ICiepe; M.JScheff elaar; J.Vriend
J .P. J. Asselbergs; Mevr.M.W.Poldermans-Gerritsen; en de heeren
Th.Boschman; J.B.van As; H.P.M.Verlinden; J.C.C.Asselbergs, Ph.
H.Lauret en H.M.Walder.
Secretaris.'de heer J.A.van de Wouw.
De VOOBZITTEB opent de vergadering en stelt aan de orde punt I
der agenda:
VASTSTELLING- VAN DE NOTULEN VAN DE VEBGADEBING- VAN DEN BAAD VAN
16 APBIL 1926.
De VOOBZITTER zegt zelf een mededeeling omtrent de notulen te
willen doen. In de vorige vergadering is n.l. de hernieuwde vast
stelling van de gemeente-rekening 1923 aan de orde geweest. Vol
gens art.220 der G-emeentewet mogen de Wethouders hierbij niet
meestemmen,doch wegens een vergissing hebben zij toch aan de stem
ming deelgenomen.
Spreker heeft nu in de notulen doen opnemen,dat de Wethouders
buiten stemming zijn gebleven. Hj vraagt of de Raad hiertegen
geen bezwaar heeft en dus wil aannemen dat de Wethouders zich
van stemming hebben onthouden.
Geen der leden heeft tegen dè voorgestelde notuleering bezwaar.
Naar aanleiding van een opmerking van den heer A.VRIENS,wordt op
pagina 27 der concept—notulen gelezen "gemeente—ambtenaar" in—
plaats van "&ameente"
De heer WALDER komt terug op de verklaring,welke hij in de
™iS!LI0!:êa50?,12ê heeft afgelegd.Hij heeft gezien,dat nog steeds
geen ontslagbrief je van den heer Verlinden als Wethouder is in
gekomenzoodat spreker zjjn houding niet kan veranderen en deze
vUS-k zooals hij ze in de vorige vergadering aan den Raad
kenbaar gemaakt heeft.
De notulen van 16 April 1926 worden hierop zonder hoofdelijke
stemming vastgesteld.
II* INGEKOMEN STTTTfTnffM
a* P.opanissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwiis.Bergen-on-
Zoom. 2 April 1926;: 1 6
Aanbieding van het verslag der Commissie over het jaar 1925.
To0^dcfrt 013 Bs-go** Onderwijs, Bergen op Zoom.
Aanbieding van het verslag der Commmssie over het jaar 1925.
De heer JUTEN zegt,dat het hem opgevallen is,dat deze ver
wijf!!! Z°-° arr\aan mededeelingen .Hij herinnert zich, dat
vpoI Van den Raad was,dergelijke verslagen
billik «eïlg?r Warea«waardoor de leden beter op de hoogte
npfii TpeSl-iJ? -toea1Sandetl betreffende gebouwen,inrichting perso-
vflrvnT"f«^i^eï0n ?nz' sPrekQr zou ®r P«js op stellen,dat in den
111% Jdaz® ^slagen meer uitvoeriger waren,
5et e0rstgenoemde verslag uit een be-
femeentebftstunr «n p30nida* er een S®schil was tusschen het
Commissie over de vraag of toezicht op het
Nijverheidsonderwijs tot haar taak gerekend moest worden. Spreker
zou gaarne vernemen of dit geschil al opgelost is. üPre*er
SprekerÖ7ÏnApVRïMS ?®et'dat ook hein dit schrijven is opgevallen.
Nhverhfli 5!Lh aar?e zien,dat er door de Commissie controle op het
Nijverheidsonderwijs werd uitgeoefend.
Comn?cI?0R?ITTEE 1!0st h0t schrijven,dat als antwoord aan de
uommissie is gezonden,voor.
hebbpn^pL^^-,'?^ B^Semeester en Wethouders de Commissie
uitstrekt ovar6^ w- b®voegdheid tot controle zich slechts
"orden gooxploitleïdl l0h,WSll£O d°°r d® 0smesnto
slag^etreft0d2»i Jan^den heer Juten om een uitgebreider ver-
el t de Zoorzitter mede, dat hij in de vergadering
Vv