Hieuwe Rotterdamsche Courant on Maasbode worden bewerkt mede te werken aan publieke verdoezeling. Het laatste stuk van de Maasbode is er moedwillig naast. Het doet mij genoegen, dat ik gehoord word door den verslr^ggever van de Maasbode, die hier nu tegenwoordig is. Ik hoop dat ik mij vergis, doch het komt mij voor, dat men bezig is, de heele mal- versatiezaalc in détails te verknoeien. En waarom toch De op dracht ons gegeven door de overgroote meerderheid van den Raad is door de Commissie volbracht naar eer en geweten. De hoeren Vriens en Beckers, dfe toch zeker niet vijandig staan tegenover den Wethouder Verlinden, hebben ingezien, dat onze bevindingen juist zijn. Het komt mij voor dat er de opzettelijke bedoeling om heel de zaak uit de rails te laten loepen duimen dik opligt. Van oen deel van de Commissie ging veel sympathie in de rich ting van sommige ambtenaren. Doch we moesten alles weglaten of alles vermelden. Lieten we alles weg, dan had de Commissie geen reden van bestaan. Voor die zware plicht heeft de Commissie huiverig genoeg ge staan. Huiveriger dan het schuldige bestuur, die zelf zoo veel slachtoffers maakte zonder genade voor Recht te laten gelden. In dat verband herinner ik aan: Goers, Coumans, Voorbraak, Zander, Kreukniet, Theeu¥/is, van Leer. Om nog te zwijgen van de vuile actie van een idioot tegen Maenhoudt en om nog te zwijgen van de laatste gebeurtenissen. En omdat het nu familie's betreft van ander soort (niet van beter soort) zou men een anderen maat staf moeten aanleggen In de Dors en in de wandeling worden de zaken moedwillig verkleind en averechts voorgesteld omdat men nu eens een bijzondere categorie te pakken heeft of liever gezegd, omdat we die categorie in de kaart hebben gezien. Ik vermoed dat al ons werk "dat ons door IJ is opgedragen geen' resultaat zal geven als men zich niet los maakt van de smoesjes, waarmede oen van Liempt zich ook nog tracht vrij te maken, Smoesjes zijn het als men beweert dat de Commissie uit per soonlijke overwegingen haar rapport zoo samenstelde. Ar zijn van die dingen die men duizendmaal moet herhalcm, Ilc herhaal dus nog eens met kracht en klem, dat het de boeken zijn, die ons Rapport hebben gemaakt. Smoesjes zijn al de verv/eeren die ik heb ingezien. Smoesjes en ontkenningen zijn en zullen zijn alle aanvallen op ons werk. Ik doe een beroep op de objectiviteit van den gchcelen Raad, evenals ik dat gedaan heb op do hccle Commissie, die niet de dienaar is geweest van een bepaalde groep doch uitsluitend en alleen van haar eigen geweten. Van een ding mogen ik en de overige leden van de Commissie berouw hebben, n,l. van het feit dat wc deze taak hebben aan vaard. Menige vriend heeft tusschen ons en hem het tafellaken doorgesneden. Doch nog eens Y/ij hebben onzen plicht gedaan ingevolge de opdracht ons door U verstrekt. Inzake de vaststelling van het te kort produceert spreker dc volgende motie: Dg Raad van Bergen op Zoom, in openbare vergadering bijeen op 26 Eebruari 1926; Gehoord do besprekingen in verband mot de uitgebrachte Rappor- Hen; "Overtuigd dat vooralsnog geen zuivere recapitulatie van des "Ontvangers te kort is to geven; "Stelt het op den Ontvanger te verhalen bedrag voorloopig vast "op f.71798,04, verhoogd of verlaagd mot duidelijk vast té stel- "len bedragen, en is van oordeel, dat een volledige décharge "slechts is te geven na het hangende gerechtelijk onderzoek, "En gaat over tot de orde van den dag." Do heer van As is verder van meening, dat belasting betalen door bestuurders en ambtenaren geen privé-zaak is en wil de mee ning van den Raad in deze vernemen. Hij dient daartoe de volgen de motie in: "De Raad van Bergen op Zoom op 26 Eebruari 1926 in openbare ver gadering bijeen; "Gehoord de uitgebrachte rapporten; Overtuigd dat betalen van belasting door bcstuurdcrcn cn ambte-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1926 | | pagina 43