- 84 -
dat in het college van burgemeester en wethouders de afspraak
gemaakt is, dat zulke zaken gecoördineerd dienen te worden
door het bureau voorlichting. Nagegaan zal worden of deze kwestie
ook in overleg gegaan is met het desbetreffend bureau. Met
betrekking tot de vraag van mevrouw Zuijdwijk inzake het
bowlingcentrum deelt wethouder Qua ij taal mede, dat er inderdaad
enige strubbelingen zijn met betrekking tot deze kwestie, echter
buiten de schuld van het college van burgemeester en wethouders.
Begin maart heeft de heer Maas medegedeeld, dat hij nog niet rond
is met de belegger/exploitanr.De onderhandelingen hierover zijn
nog steeds gaande.
Eind maart begin april zullen de resultaten van deze onderhandelingen
aan het college bekend gemaakt worden. Indien begin april nog
geen bericht is ontvangen zal er nogmaals aan de bel getrokken
worden.
Naar aanleiding van haar vragen inzake de situaties in de Leurse
Haven en bij de Lage Bremberg deelt wethouder Luijkx mede, dat
deze kwestiesbeter besproken kunnen worden in de commissie
openbare werken. Naar aanleiding van haar vraag of er een brief
binnengekomen is van het Oranje comité, deelt wethouder Quaijtaal
mede, dat uit de lijsten van de ingekomen post geen melding
wordt gemaakt over de ontvangst van een dergelijk verzoek.
Mevrouw Zuijdwijk deelt mede, dat gezegd is, dat het verzoek
Tieds 6 a 8 weken geleden ingediend is. Wethouder Quaijtaal deelt
mede, dat nogmaals nagegaan zal worden of een dergelijk verzoek
binnen gekomen is.
Mevrouw Zuijdwijk vraagt of morgen contact opgenomen kan worden
met de voorzitter van het Oranje comité, omdat morgenavond de
verenigingen met het Oranje comité bij elkaar zullen komen om
deze kwestie te bespreken. Wethouder Quaijtaal zegt dit toe.
De voorzitter zegt, dat indien er in het vervolg vragen zijn, die
in de commissie gesteld kunnen worden dit ook in de commissie te
behandelen. De overige vragen kunnen dan op schrift gesteld worden,
zodat al eerder hierop ingespeeld kan worden. Mevrouw Zuijdwi jk
zegt, dat deze kwestie haar pas bekend is, zodat zij niet vóór
19 maart een schriftelijke vraag heeft kunnen indienen.
22. Met gebed wordt de vergadering hierna gesloten.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
j^ggemeenté Et/ten-Leur,
De voorzitter,