- lh -
Zuijdwijk bedoeld wordt, betreft het besluit, dat genomen is op
21 augustus 1978, welk besluit nu op een onderdeel wordt
newiiziqd. Wethouder Luijkx gaat in op hetgeen door de heer van
Harssel is voorgesteld namelijk het blijven houden van de weke
lijkse markt naast de veehal. Hij zegt, dat de beste plaats
voor zo'n markt is de historische plaats waar het altijd ge
houden werd. Eind dit jaar zal er echter een nota verschijnen,
waarin de mogelijkheden uiteengezet worden, wat de beste plaats
zal zijn voor het houden van de wekelijkse markt.
De heer van Harssel vraagt of na de reconstructie van de Markt
langs de oostelijke kant gefietst mag worden, of moeten de
mensen langs de Anna van Berchemlaan blijven rijden. Wethouder
Luijkx deelt mede, dat ook aan de oostelijke kant kramen geplaatst
zullen worden. Dit houdt in dat de afstand van 150 meter overbrugd
zal moeten worden met de fiets of brommer aan de hand. Over
eenkomstig voorstel en advies wordt hierna zonder hoofdelijke stem
ming besloten.
Met instemming van de raad stelt de voorzitter voor om eerst
agendapunt 11 te behandelen voor agendapunt 10.
11. Naar aanleiding van het voorstel van burgemeester en wethouders
met advies van de commissie voor openbare werken en eigendommen
tot het aankopen van gronden van twee eigenaren in het gebied,
gelegen tussen de Haansberg en de Bankenstraateen perceel van
2.76.50 ha en een van 3.58.80 ha, in totaal dus 6.35-30 ha, en
tót het vaststellen van de 13e wijziging van de gemeentebegroting
1979 en de 2e wijziging van de begroting 1979 van het grondbedrijf
voor het nodige krediet zegt mevrouw Zuijdwijk, dat zij in de
commissie openbare werken gezegd had bezwaar te hebben tegen de
redactie van de tekst, dat deze gronden aangekocht worden in het
kader van het structuurplan. De tekst in de toelichting van de
raadsagenda is naar aanleiding van haar bezwaar veranderd. Het
luidt thans als volgt: Deze percelen kunnen eventueel dienen als
ruilobject bij aankopen van gronden, die elders nodig zijn voor
een uit te voeren bestemmingsplan. Ook kan het bezit van deze
percelen van belang zijn om deze te zijner tijd in te brengen in
het ter voorbereiding zijnde ruilverkavelingsplan Etten-Leur - Rucphen.
Met deze redactie kan mevrouw Zuijdwijk accoord gaan. Maar in de
overwegingen van het voorstel en raadsbesluit staat vermeld, dat
het in de verwachting ligt,dat dit gebied in het kader van het
structuurplan aangewezen zal worden voor toekomstige uitbreiding
van de woonkern. Zij zegt, dat indien de tekst zo blijft zij
hiermee niet accoord kan gaan. De heer Ackermans zegt bezwaar te
hebben tegen de bepaling 3b van het aankoopbes 1uit ten name van
de heer J.M.J.G. Heersche. Hierin staat vermeld: dat het gekochte
door de verkoper geleverd wordt onder uitdrukkelijke voorwaarde,
dat hierop geen woonwagenkamp zal worden gevestigd. Hij vindt deze
voorwaarde nogal discriminerend. Het is precies hetzelfde als het
opnemen van een voorwaarde bij aankoop van een huis, dat er bijv. geen
surinamers naast mogen komen wonen. De plaats waar het woonwagen
kamp zal komen is bekend. Indien het bestemmingsplan gewijzigd
moet worden, dan dient vooraf een raadsbesluit genomen te worden.
Zijns inziens kan daarom zulk een voorwaarde achterwege worden
gel aten
Naar aanleiding van het verzoek van mevrouw Zu i j dwi j k om de
redactie van de overwegingen in het voorstel en raadsbesluit aan
te passen zegt wethouder Luijkx dit toe. Mevrouw Zuijdwijk vraagt
inzage van de desbetreffende stukken na aanpassing van de redactie.