-10- E. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het indienen van een verzoek om machtiging voor het verlenen van een tapvergunning geduren de de Phel-feesten. Ook met dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming accoord gegaan. F, Nota van burgemeester en wethouders omtrent de financiële mogelijk heden om te komen tot spoedige verharding van enkele landbouwwegen. Daar dit voorstel niet meer bij de stukken ter inzage heext gelegen, leest de secretaris het, op verzoek van de voorzitter, voor. wethou der Pijs geeft desgevraagd nog een nadere toelichting en wijst op de onbillijkheden van een in te voeren baatbelasting. 3urgemeesoer en wethouders pogen daarom thans deze onbillijkheid ongedaan te maken door het instellen van een kleine verhoging van de straatbelasting op j de ongebouwde eigendommen, ongeacht of deze aan de verharde of onver harde wegen gelegen zijn. Door gezamenlijk dit offer te brengen disien i we "onze broeders in het slijk" te helpen, aldus besluit spreker. De heer A. Luijkx acht deze belasting toch wel wat zwaar drukken op de grondeigenaren, zeker op die, wier grond niet aan verharde wegen ligt. De voorzitter voert aan, dat het slechts een klein bedrag van 1 of 2 °/o van de belastbare opbrengst betreft. Voor de uitvoering van het urgentieplan is nu eenmaal geld nodig, waarvan een gedeelte uit de op brengst van een belasting moet komen. De vraag is nu maar hoe we tot een verantwoorde belasting kunnen komen. Uit de hierop volgende discussie blijkt, zo stelt de voorzitter daarna vast, dat er geen baatbelasting moet worden ingesteld. Hij stelt voor om de overige mogelijkheden nog eens, in overleg met gedeputeerde staten, te be studeren en daarop dan in een volgende vergadering terug te nomen. De raad blijkt een verschillend tarief voor ongebouwde eigendommen aan verharde en onverharde wegen op prijs te stellen. Op de desbetreffende vraag van de heer Willemse deelt de voorzitter mede', dat de grondopbrengst per ha wordt gebaseerd naar de waardege- gevens, welke in 1887 zijn vastgesteld. De mededeling van de heer Willemse, dat uit gesprekken met jeugdige landbouwers is gebleken, dat zij een belasting naar acute opbrengst prefereren, vindt geen genade bij de raadsleden-landbouwers. Overeenkomstig het hierbovenvermelde voorstel van de voorzitter wordt besloten. G. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie van financiën tot nadere vaststelling van de tennisbaantarieven en tot nadere regeling van het beheer en toezicht. Naar aanleiding van een door de heer C. Luijkx gemaakte opmerking, dat dit agendapunt niet in de commissie van financiën is behandeld, zoals in de agenda vermeld staat, deelt de voorzitter mede, dat deze zaak besproken is in de commissie voor sport- en speelaangelegenheden De vermelding "advies van de commissie van financiën" in de agenda berust op een vergissing. De heer van Steen zegt van oordeel té zijn, dat het tennispark nu onderhand een sluitende exploitatie moet zien te krijgen. De voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders juist met uit voorstel gekomen zijn om een sluitende exploitatie te krijgen, verder wijst hij erop, dat gedurende de afgelopen exploitatiejaren telkens de geraamde inkomsten voor de exploitatie als ijsbaan door het uit blijven van de vorst gederfd zijn. Op verzoek van de voorzitter leest de secretaris enkele gedeelten voor uit het raadsvoorstel met betrekking tot de exploitatie over de afgelopen 3 js.&r en vervolgens het voorstel betreffende aanstelling van een beheerder.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1959 | | pagina 118