I 12 n.s. 17192 1 De heer C.M. Lui ilex wijst er op, dat thans een gevaarlijk precedent wordt geschapen. Hij vreest dat er in de toekomst meer van dergelijke ver.zefeken zullen worden gedaan. Ook bestaande industrien hebben dan het recht on die wijze geholoen te worden. De heer van Rei1en zegt door de pertinente mededeling van de heer van Steen in een moeilijk parket te zijn gebracht. De dreiging dat circa 200 man werk zal worden ontnomen, maakt de zaak ingewikkelder. Hij blijft bij zijn bewering, dat deze pressie ifets pijnlijks en onaangenaams is.Wanneer de firma zulke grootse plannen heeft, waarom dan nietliever zelf een gebouw gekocht. Volgens spreker is het voor een industrie van dergelijke omvang toch prettiger om in eigen huis te zitten. Bovendien &an de firma steeds blijven dreigen met vertrek wanneer niet naar hun wensen wordt verbouwd of later nodig gebleken voorzieningen niet naar genoegen worden aangebracht. De Voorzitter merkt de heer Luijkx op, dat wanneer er vantót de ingezetenen een verzoek wordt gedaan om hulp tot vestiging of uitbreiding van bestaande industrie, deze zeer zeker zal worden verleend, wanneer hiermede tenminste een belangrijke werk gelegenheid is gemoeid en het bonafide zakenmensen Betreft. Tot de heer van Rei jen zegt hij, dat fiecSenut eerde Staten voor het tegen elkaar uitsnelen door gemeente») zullen waken, daar ten slotte alle dergelijke raads besluiten aan hun goedkeuring zijn onderworpen. Met zijn opmerking dat een firma als van de heren Wijtenburg beter zelf kunnen konen, is hij het niet geheel eens. Immers, behalve gebouwen zijn er nog zoveel andere voorname zaken te kopen. De investering van een dergelijke industrie eist grote sommen gelds. Nu de firma in de gelegenheid wordt gesteld zijn fabrieksruimte te huren, kan zij de daardoor vrijkomende gelden vóór machinerien e.d. gebruiken. Voor het overige merkt spreker op, dat de tegemoet komende houding van de gemeente niet de firma Wijtenburg zelf geldt, maar uitsluitend en alleen geschiedt in het belang der ingezetenen, inzonder heid van de aldaar werkende mensen. Hij stelt daarom voor het voorstel van B en W onveranderd te aanvaarden. Op zijn vraag antwoordt de heer Aalbers, dat hij hierover stemming verlangt. Hieruit blijkt dat de raad zich voor het voordel van B en W uitspreekt, met uitzondering van een stem, die van de heer Aalbers. Het in concept besluit wordt vervolgens met la stemmen voor en 1 tegen (Aalbers) vastgesteld alsmede de daarop betrekking hebbende ^de wijziging der gemeente begroting dienstjaar 1950. 13.Voorstel van Burgemeester ..en wethouders met advie^ der commissie voorde financien tot beschikbaar stelling van een bedrag voor de aankoop van nieuwe gordijnen ten behoeve van de meisjesschool Etten. met de Ve wijziging der gemeente begroting 1950 Hiertoe wordt zonder enige discussie ma met algemene stemmen besloten. 'V-/ - 1 f-

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1950 | | pagina 17